838
praecipue vero in R a ja , cujus in Mufeulis,
dum Nervi, irritantur , validiflimi motus rena-
icuntim
HorumCe motuum, qui in MufcUlis produ-
cuntur j cum eorum Nervi faltem adtre&antùr
aut ftimulantur, fondamento nixus faepiufcule
mecum conilituebam , limili ratione Nerves
quoque interaneorum , in :quibus maximè nota-
biles hic illic fibras carneas offendi, laceflere :
quemadmodum circa illos etiam Ne rvo s , qui ad
R en e s , Hepar, Lìenem , Pulmones j organa
Genitalia, & alias ejusmodi partes tendunt,id
ipfum expeririin animo habebam; quippe qui
tantum non pro certo adfeverare aufim > per-
quam infignes in iftis partibus, praeferdm vero
in Renibus, contràótiones a tali irritatione pro-
du£lum iri : ut hinc , iftius experimenti ad-
miniculo, longe profundius in veros illarum
partium ufus penetrare liceret. A t temporis
anguftiis exclufus hucusque propofitum meum
exfequi haud potui. Propterea impraefentia-
rum mihi fufficit, tribus haec verbis faltem in-
dicaffe; ut aliis inde occafio nafeatur in horumce
difquiiìtione ulterius elaborandi: Natura
enim communibus auxiliis inveftiganda e li ;
nec nifi perparum ab unico quodam Homine
in rebus infinitis promoveri valet.
en ViJJchen ; en. byfonderlyk ih de Rag1,, fa Bjg
fterke beweegingen in fyne Spieren hemm t. als
men fyne Senuwen irriteert.
H e ic vero nunc animadvertere ju v a t , .quod
memorati Mufculorum motus in Animantibus
fanguine calidìore praeditis haud adeo infignes
Ì in t , aut potius tanto tempore non durent.
a c quidem in illis, quae fanguine vivunt frigi
d io re} uri funt Piìces, & p lu ra a lia aquatilia.
muìtis, paucis,nullisque inilru6laPedibus,quiri
& Amphibia. Unde in Rana potiflimum i i l
haec mèa experimenta femper inflitui. Neivi
enim in hifee Animalculis admodum funt con-
lp icu i, & facili negotio detegi atque denuda-
r i pofliint. Praeterea Medulla Spinalis nec
non Cerebrum in Rana id libi peculiare ha-
b en t, quod colliquefaótus veluti S ai, intra tunicas
conclufus, Vafisque fanguineis intertex-
tus, usquequaque ipfis adjaceat 5 ita ut vel in
Vertebrarum quoque cavitate , & ipfo in Cranio
, reperiundus fit. Colore is gaudet Margar
i n e fplendorem referente , atque fub forma
nodulorum, juxta Vertebrarum tra&um, in
Dorfo ,' difpòfitus eft ; ubi loci quam facillirte
fernet confpiciendum exhibet. Nativus ifte
S ai, cum acido liquore commiftus , vehemen-
tiflìme effervèfeit. Subftantia ejus quam pro-
xime refpondet granato illi ac calculofo pulve-
r i , qui inC ap ite Canis Carchariae inveiiitur: atque
Op de fondamenten van deefe beweegingen
die in de Spieren veroorfaakt worden., als inen
■haare Senuwen alleen raakt o f irriteert : fio heb
ik dikmaals ' voorgetioomen 8 om 00k || die
de Senuwen der Ingewanden aan te raaken, al*
waar ik hier en daar feer merkelyke vleesagtm
Vefels verhoomen beb: gelyk als ik 00k wilde doen
omtrent de Semen, die naa de Nieren gaan , naa
de Leever, de M ilt, de Longen, de feelleeden,
en andere partyen, waar omtrent, maar voomame-
lyk de N ieren , ik haafi niet en twyfel., of men
fa i daar merkelyke contraBien veroorfaakt fien te
worden ; en alf0 0 door, dit experiment veel nadet
tòt het wäre gebruyk deefer deelen indringen : dan
de tyt daar toe heeft my tot nog toe ontbròoken,
Waarom het my voor tegenswoordig genoeg is, dii
met een enkel woort te hebben aangeweefen, m
00k andere occafie te geeven , dit verder naa te
foeken, alf00 de Natuur door een gemeenen arlqt
moet onderfogt worden ; en Ook, om dat een perfooit
alleen niet als feer weynig kan uytvoeren, im-
trent faken die oneyndig fyn.
Maar hier dieni mèn nu àan le merken , dat
in de Dieren,die het heetfie bloet hebben,dèefe. ht-
wegingeh der Spkren foo opmerkelyk niet en fyn,
o f liever foo lang niet en continueeren, als n i
in die Dieren, die met kouder bloet begaaft fyn,
als daar fyn de Viffcheri, en veèle andert wter
1.Dieren, het fy met veel, met weynig, df fondet
Voeteh, o f ook in die tè gelyk ôp het lant en in
het watef leeven. È n waar omtrent ik in de Ki •
vorfeh deefe myne èxperimenten voornamentlyk ge*
noomen heb. JVant in .déefe Dierkens fyn de e
nuwen feer Jigtbaar, en fy kunnen ligtontdt tende
ontbloot worden. En het Ruggemergi ois w 1
Herfenen die hebben dit in de Vorffcbèn p'tW'
lier, dot er dis een vloeybaar fo u t, in rû f” -
flooten fynde, en met Bloedvaten doorweeven ^
dende, overal en omtrent aanlegt ; foo dat^
in de holligheyd der Wervelbeenderen evo
wort, als ook in het Bekkeneel felve. De cou eur^ ^
van is als een blinkende perél; eh het Jefid .
daante van knoopkens langs de rey der ^
deren en de R u g , daar het■ feer ligt &° ^
wort. D it naturel fout bruyfi f ee} J)t
neer het met een zm re vogt vermengt wo ^ ^
fubfiantie daar van komt feer over . eB ^ yfden
greynagtig en fien ig poeyer, dat m ^
:atq0Ei„officWS.vénaIis .prôftat)tP,en»éram ab,;, van de Zee-ffonäe» Carcharías gem nit nvondch
imperius pro Cerebro hajus Pifcis habitus; quum wort,en voor ieH M n en van dì. SsSt j . . . ü *** --------- t ------— 5 r . tr —
imperitis pro Cerebro hujus Pifcis habitus; quum
nóhnifi lapxdoia vel calcaria veluti fi t matèries,
quàe limili modo, ac lapis Percarum diitus in
Capite Percae., intra Canis Carchariae Caput
collpcata eli. Ejusmodi pulverem in. Capire
Rajae quòque deprehendi, cum acido, itidem
yalidiflime effervefeentem: undefimilem etiam
hùie inefle Salem Alcalinum exiftimo* qualis in
lajnilis, quos Cancrorum oculos adpellant,
animadvertitur. Quamvis autem fubilantia irta
faiina in Ranis , aquae inftar-, fluida fit; mox
lamen manus vél digitorum calore exficca-
tur;ut ut nunquam adeo valide induretur> quin
apicibus digitorum quam facillime in tenuem
pulverem epmminui poflit : quòd ipfum circa
cateariam illani fluidamque materiem •, quae
in Raja datur, pariter obtinet. Utrum Sai ifte
virtute quadam medicata pollea t, mihi haóìe-
nus incognitum e f t , nec nifi experiundó de.
mura addifei poffet. Verum ad Mufculos re-
vertor.
Jucundiilìmum pòrro juxta ac utiliifimum ex-
periraentum aliud inftitui poteft , fi quidam e
maximis Mufeulis de Ranae Femore ieparetur,
atque una cum adhaerente fuo Ne rvo ita prae-
paretur, ut hic illaefus permaneat. Quodfi
i l enim, hocperaóto, utrumque Mufculi hujusTen-
««•dinem na manibus prehenderis ; Nervumque
ejus prppeiidentem forfieulà aliove quodam in-
ì-ftrumento dein irritaveris b ; priftinum > quem
amiferat, motuin fuum m o i recuperabit Mu-
fculus. Videbishinc ilico eum contraili, .binass
e manus , quae Tendines, ej us adtinent, ad
fe mutuo veluti adducere: prout olim jam , an-
no / , llluftriifimo Du ci Hetrufcó, cumma-
xime regnanti, démonftr^vi; quiim Is immerito
fané favore ad me invifere non dedignaretur.
Hoc ipfum vero experimentum eodem in Mu-
fcùlo tam crebro & diu reiterari poteft, donec
ulja Nervi pars illaefa fuerit: ut ideo toties fic
priitinam contra&ionem fuam IacefTere
Mufculum valeamus , quoties nobis Jibue-
Qpodfi autem porrö volupe fueric, quam
exaftiffime obfervare, quo gradu Mufculus in
Qontraftione fua incrafletur, & quoufqueTen-
. s ejus tum ad fe mutuö accedant I oportet
r.yi.0<.. ,cuum^xe per vitreum tubulum transmitte-
ib- tis Iltru]rn^ue ej us Tendinem, quialiterdigi-
en an^us erat> fubtilibus duabus Aciculis bb
ter nS 5 asJ ue tandem, nec laxe neefirmi-
s> culpidibus fuis in fegmento fuberis
defi.
............— 6W.1/P/«* gpuunuen
worden voor deliirjjenen van die ViJ]chen door een on-
verftant m de Winkels verkogt wort. Want het is niet
als een fieen ofkalkagtige Tnaterie,djie,even als de ftecn
H H f l W M Hoofi van
e Mond Carcharm geplnatfi wort. Diergelyk een
P m heb ,k m het Hoofi van de Rog:om%H , d a t.
mee e feerflerk met zuur opbruyfl, en waarom ik oor-
deel, dat daar meede een Alkalifih gelyk ,fout in
is: gelyk ook in deßeenkens, die men Kreeftogen
rnernt, En hoewel deefe fubftantie in de Forfchen
vloeybaar als een water is , f 0 droogi fy.dadelyk
op, doqr de wärmte van de bänt o f vingers, dm .
nomtfoo hart ¡ o f men kan f e feer, ligttuffchen de
tippen der Fingeren, tot een fy n poeyer vryven i
gelyk dat Oik omtrent die kaikagtige :en vloeybaare
matene in de Reg plaats ,beeft. O f m dit ß u t
eemg gebruyk in de Medüynen heeft , o f hebben
ta n , dat fin de emareütbeyi moeten leeren , tot
nog toe is bet my enbeient. Udar ik Heer weertoe
de Spieren. , .
B e t is dan een feer aardig en nitt experiment,
als men een der grootße Spieren van een Forfeh
uit de Lenden fepareert, en die met fyn aanhangen-
de Zenuw prepareert, dat defelve ongekwetft is.
D it gedaan hebbende , foa vat men de Spier aan
weerfydmbyfymPeefen a a ; en als.men dan de
neerbangende Semw met een febaarken o f iets
anders irriteert b , flo doet men de Spieren jy ii
voorige en Verhöre beweeging weer herbaalen.
Waarom ook dadelyk de Spier ,fig contrabeerende ,
de twee banden, die fyne Peefen vatten, als tcja -
men by een komt te trekken, gelyk ik al in bet jaar
idy S dat aan fyn Doorlugtigheid ,den tegenwoor-
dig regerenden Hertog van Tofcanen, kwam fe
vertoonen, wanneer hy my feer onverdient geliefdi
te befoeken. En dit experiment kan men foo mee-
nigmaal met defelve Spier herbaalen, als de Sc-
nuw mg maar ergens ongekwetß is. Waar dook.
men bem fyn contraäie foo meemgmad kan doen
herhaalen, als bet ons geleegen komt.
Maar foo men m w il fien , ien dat heel d iß in ü ,
tot welken graad de Spier in fy n .contraftie ß g
kamt te verdikken , en hoe Ver dat fyne Peefen te
[amen getrokken worden ; foo moet men bem door
een. glafe pypken loßilyk been fteeken a , en in de
plaats dat men 'de twee Peefen met de Fingeren
■naß hielt, foo dient men daar twee fy n e naal-
den door teßeeken b b , die men, niet te vaß en
niet te los > in een ßuksken kurk met haare m -
ß d d d d d d d d d titi