o
712 J O A N N i S SW A M M E R D A M M II
futurae fu n t, ab aliis etiam internofci queant. omirent de eerfie manier, almar mit
Id vero potiffimum in primo ante defcripto modo,
quo multi Vermiculi Emcam perforant, ma*
nifefte patet: quando enim Vermiculi fubter Eru-
c a e , quam perforarunt* Ventrem fefe conferunt,
Eruca fimul, iis ut locum cedat, Ventrem quoque
fuum elevai : im o , etiamfi vulnere haec
lethali tum affeóte fit,generali tamen texto o-
mnes Vermiutìi telas peculiares quamfolicitifli-
me adhuc indudic & conrieélit, praecauttira,
ne eae difpergantur : quo prìus pera&o intra
bidui deineeps vel tridui ipatium moritur.
Quapropter lane omni cum ratione concludo
, quod, fi memorata Erucae perforatio &
interemptio calli fortuito fieret, nec ordinate
ac confulto ante conifituta fo r e t , vulnerata
ifta Eruca tantam interfeftorum fuorum curam
minime habitura effet ; ut eos texto generali
obvolvens a pluviae & ventorum injuriis de-
fenfaret , quippe faepius proxime fequen-
ti demum anno in Mufcas transmutandos.
Is ipfe ordo autem in aliis omnibus , fupra
recenfitis, tam Erucarum , quam Chryfalli-
dum , perforatiónibus , interfeélionibus , cor-
porisque & interaneorum cofìfumtionibus, pa-
riter animadvertitur. Unde fola fané infoitia
atque ftupiditas noftra e il, quae effecit, u t,ni-
mis praecipitanter judicantes, Naturae artificia
putredini, tanquam caufae, adtribuerimus. Quo
de effato fecuri deineeps tam Eruditi , quam
plebleji Homines, in utramque aurem conquie-
verunt ; neque interim cogitarunt, quod fua
ipforum praejudicata opinio , àtque in per*
velligandis D E I Operibus fegnities , foli illi
fontes fint , qui univerfales ejusmodi erratio-
n e s , quibus veriras abfcondita & obfignata
e l i , in medium protulerunt.
Hanc ob rationem mirabilia Domini opera
animo quam attenriifimo perluflremus, atque
accuratiflìme quoad omnes fuas conditiones
examinemus oportet; fi vera eorum imbui co-
gnitione volumus. Neque adeo temere cum
Arìftotele aliisque Gentilium Philofophis fiatuen-
dum e l i , quod eximia Operum D E I nobilitas
e putredine oriatur: quam vis equidem idipfum
tamen,certa ratione acceptum, coram iis affir-
mare liceat, quorum oculi eousque illuminati
funt, utDivinae.lucis adminiculo cognofcant,
in calamitofo hujusce vitae curriculo corruptio-
ni omnia mortique, putredinem poft fe traben-
t i , obnoxia effe : D E I namque dextera artifex
uequaquam ab Ejusdem Juftitiae aótionibus fe-
paranda eft ; quandoquidem , juxta eifatum
Spikens
de Rups doorbooren; want als fy haar
de buyk v a n ie Rufs begeeven, H
bebben.fio ltgtfy die ook op, m haarphu,„
geeven, en niet tegenßaande dat f e doodeU
quetß is , foofpintfy met een generaal
le die particuliere fpinßls beel forgvuläg m „
faamen, op dat fy niet verßrooit fanden min
En äanßo fie rft fy binnen tme a drie !w n .
Daarm foo beßuyt ik met alle reedtn,
dien dit doorbooren en dooden van de Mups
lig was , en niet ordentelyk te vooren geordinm
dat deefi gernnde Mups dan geehfms tu,
moorders fou confeneren, door een algmietifpin.
fe i, dat haar voor reegen en wind btwaon, Ml
deefi Wurmhns dibnaals eerfi bet jaar daarm
in Fliegen vergroeyen*
En foo ordentelyk gaat bet ook toe, met alle
de andere befchreeve doorbooringen, dodingen, tn
verteeringen van het Licbaam, en de Ingem.
den der Rupfen en gulde Poppern Synde bet al
leen onfe domheid en onwetentheid, deweh hi
een voorbaarig oordeel de kunßwerken der Na-'
tuur aan de verrotting toe gefcbreven heeft. En
daar op hebben de wyfe en gemeene Heden genß
geßapen, fander te denken, dat haar hiyheid en
vooroordeel in het naa laten van de werken GQDS
te onderfoeken , alleen de oorfaaken van haar alge-
meene dwalingen fyn geworden , waar dm b
waarheid verborgen en verfegelt is geworden.
Daarm foo moet men de wonder werken Jet
Heeren met alle attentie bemerken , en in ßllt
haar omßandigheeden onderfoeken , fal -men tut
haar kenniße kamen : fonder foo ligtveerdig met
Arißoteles en andere Heydenfche . Pbilofophm tt
Jeggen , dat de beerlykheid der werken
de verrotting voor een oorfpronk heeft. Hw®
dat in feekere opßgten kan en mag geJtr(f
ken worden, voor die fiende oogen hebben, en «f
door een Goddelyk ligt erkennen, dat in dit ranp
falig leeven alles het verderf, en de dood metb
"otting onderworpen is. Ward men moet«
hand GODS van deefe daaden fyner geregtig^
niet affcheiden ; alfoo bet Schepfel felft ^
der fyn verderf, en m de wyheid haakt , $
Gnf,
Spiritus DEI, qui vel cuifl Animantibus quoque
föedus inivic, ipfa Creatura fub corruptela fua
jngemifeit, & libertatem fofpirat.
Verum vulgaris illa , brutis, quam homine ,
dignior, opinio, quod Animalia ex putredine
etiam prognafeantur, & cafu fortuito accrefcant, :
fanae profe&o rationi e diametro oppofita e it ,
& Atheifmum fapit, neque vel umbram qui-
dem experientiae aut veritatis prae fe ferens
fola nititur focordia, praejudicio, fatuitate, &
errore :id quod tanto certe minus negari poceft,
quoniam in minutiifimo quovis Animalculo tantundem
ordinis, ardficii, inventionis, decoris,
fapiendae, & omnipotentiae, animadvertitur,
quantum in conftruólione vifoerum Animalium
Vaftiffimorum. His namque majoribus reliqua
oraniaAnimantia,ratione C ereb ri, Nervorum, i
Mufculorum, Cordis, Ventriculi, Inteftinorum,
Genicalium, & aliarum ejusmodi partium,fimi*
. Ja funt: ut ideo revera adferere lic c a t , quod
DEUS unicum tantummodo fabrefecerit Animal,
idque per infinitè .värias membrorum fi-
guras, flexus, convolutiones, & extenfiones,
veluti abfeonderit atque interllinxerit, difere*
pantem infuper indolem, diveriumque viven- \
di modum & viftum, fingulari cuilibet Ipeciei i
impertitus.
Quemadmodum Erucae, quae in Papilio- !
nesmutantur, plerumque Verme s, e quibus I
Mufcaeprocrefcunt, continent; ita Verme s,j
qui in Scarabaeos abeunt, quam fréquentiffi- !
me Vermiculos ejusmodi, qui in minoresl
Scarabaeorum fpecies mutantur, intra vifcera*
fua fovere animadvertuntur* Caeterum vero
inpoltenoribushifce idem ordo & modus,quern
circa Erucas ante expofui, locum habet. -Unde
tandem concludo, ex putredine nihil pro*
gnafa; fed generationes omnes regulariter or*
J am s f li. E t fane fi Phyfiophili rite exa-'
Maflbt , quaenam fit natura pntredinis/
cum haec in Creatura quadam , Animante,1
TO'Animantis pane , qnae computrefcit fuum-:
lam V 'Ì i ” Ì folvit“r > obtinet; porroque il-i
« — P^edinia
tummet I ^ corPonbus. vel in fuis f f i f f l
neceffario ex-,
rantiae a ft“ ? idae illius àgno-:
potuiflent. s p e d ir e atque liberare
tent, Vernfihiir ^ cariat> “ > fiuos conti-
W o i e C t 5 eUan,num i " Cafeo ..degente»
1»Nympha8n1J t-7uPpil^ n* mam , quando
tj nulla haftenus obièr-
Qeeß G O D S fey t: die Hk fy¡) vtrhont met de
Dieren ¡¡emaali heeft,
Maar dat gemeene beeßagtige gesioelen, van dat,
de Dieren uyt.de verrotting fe lfs finden gebmm
worden, en cäfueel aan groey/n, dat is reedenhot
en atheißifch, en fonder de minße fiiaduw van,
eryarmbeid o f waarheid, en het ßeunt alleen op
achtcloosheid, yoor oordeel, onverßani, en dwa*
1mg : en dat te meer, om dat in het alderminßt
Dierken f io veel Order, hm ß , inventie, heerlyi.
. I wyshiiäe» aImagtigbeid tt fpeuren i s , alt
tn de conßruOle der ingewandeh van de alder-
grootße fchepfilen. Met f i welke dat alle Dieren,
omtrent de Herftnen, de Scnuwen, Spieren, Hert
Maag, Darmen, Teel-leeden en fio voorts ove’r
een körnen : foo dat men met Waarheid kan fe i g
en , dat GOD T mqar een eenig Dier geformeirt
heeft en dat onder meyndigt geßalten, begingen
, fumen windingen , en uytreÚángen van lee-
dematen verborgen, en onfirfebeydenheeft: waaf
by hyditfelve een vcrfebilligen aart, mattier van
leeven, en Voetfil helft toe gefebiit.
Oelyk de Muffen, die in Kapellen Veränderen
meeß JVvrmen in haar hebben, die tot Vliemi
vergroeyen-, foo fu t men, dat de Wurmen, die in
de Scbalfyytßrs vergroeyen? meeßpn tyt Wwnikens
in haar ingewattden beßtten, die tot kleender firnen
van Schalbyters aangroeyen , f i t f i n a, defilve
order en manier toegaat, als van % Rupfija ge-
feyt ts; waar meede ik f in bfßnyt, 'f i t -a „¡¿t
uyt verrotting voofí kamt, maar dat f l e yeori-
teebngengereguleext fyn. E n fio men wefondv-
Jogt had, wat de verrotting in eenig S e h f e i ,
Dm , ofgedeelte vaneen Dier was,.betwelke verni.
tn fyn lugtßofßg refolveert: met dart dit fior i
van verrotting, dat de Wurmen in de liebamen
o f haar fielen folfs Vermfakcn, en mtfikeìyk vei-
oorfaaken meten: men bad ai lang uyt f i M m
aeejer domine onwetentheid çntknoopt en ontwart
geweefi.
Wat de Wurmen in de Kaas.belangt, en o f
Ify door haare Wurmen aldaarmeedcfiorboort 'wor-
Jden , f i n o f dat in haar Pop gejebiet, daar beb
<* tot nog toe geene obfervatien vim : ajfoo ik dee.
S t t s t s s t a f t