Verum redeamus ad propofitum hoftrum. jv Mmrmn. tot em rnnflel weiter re ieertn,.^
Noteiur itaque | Quartum noltrum Mutatio- y is ’t te vxeten, dat onje Zierde Order van etrait
iium Ordinem in eo utiice c'Güfiliere, quod Ver- j Geringen niet anders en' i s : als dat een'fdurn
rais, prima, qua in Ovo fuo, in quo , Nymphae de eerfie geßaltc dien by in.fyn Ey lia,'
ia lta r , abfque pabulo haefic, ¿praeditus e ra t, j in b y als een 'Popken jtmder medtfel' <
forma derelidta , fenfim , Vi foris ingefti ali- ten hebbende; allengskens^ dom wn- buytens in«*
menti, fub cute fua accrefcend© alia acquirac | noom metßl, m vordere leedemaaten onder k
merabra, tandemque poftea intus in illa fuä I wl komt aan te groeyen:. . t.ot .dat hy naderhand bk. cute , quae ab ipib minime , uti. ab aliis
Vermiculis in Nymphas abeutitibus, deponi-
tu r , fecundae Nymphaë habituai induac, &
quafì prima vice oranem fuum motum amittat:
qui tarnen motus, per fuperfluorum humorum
evaporationem, paucos intra dies ipii reftitui-
tu r : ut adeo Vermis , tum denique memoratis
exuviis fefe liberans, duas fimul pelliculas depo-
n a t , & , elegandore veluti ami£lu jam fuper-
biens, atque connubio quail maturus redditus, ad
exequendum generationis opus ilico feie para-
tum oftendat
Enumeratto Infeüorum,quae a dQ U JR -
T U M Näturalium Mutatiomm O R D IN
E d l quem N TM PH AM V E R M IF
O R M E S ! vocamus, refermtar.
P oftquam ea , qua potuimus, perlpicnitate
& diilin&ione Quatuor noftros Mutatio-
num Or dines propöfuimus , atque Primi, Se-
cu n d i, Tertiique Ordinis. Infeña ante enume-
ravimus ; jam ad illoruin Animalculorum pro-
gredimur recenfionem, quae ad Quartum no-
ftrum Ordinem pertineré obiervamiis. Eorum
autem pariter haud exiguus nümerus in noftro
mufaeo reperitur.
Primo itaque ad Quartum huhc Ordinem re-
ferimus in genere O v a Infeâorum: ñeque ïo-
.lummodo e a , quaetn Órdine Primo perfeSum
Animaicutum in lucem edunt, & quae iñ Secando
Ordine Vermiculum continent ; verum
.etiam illa, quae in Tertio cSt Quarto Ordine E-
rnculam & Vermiculum proferirne. Animad-
verto eniro, quod difta Animalcula & Vermi-
culi iimiii fere modo in Ovis five tunicis fuis
difpofita" fia t , uti'Nympham Quarti Ordinis,
paullo ante* defcriptam, in non depofita ente
fua effe diximus. Quapropter etiam Animalcu
la , qnae vel perfe&a vel imperfefta ex me-
moratis iltis O v is , five membranis, in confpe-
cfaim prodeunt, binas itidem pelliculas fimul de-
ponunt: id , quod in nonnullis evidentiifime
nobis confiitit : imo vel exteriorem quoque pellicunenin
het genoemde vel, dathyx ,
Wurmkens die in Pophens veränderen doen niä
a f en flroopt| de gefialte van een tweede Poplm
komt aan te neemen, ende als de eerfie reife ulk
beweegiog te mijfen.. Welke heweeging nogtm
door het . uyt dampen van overt ollige vogtigk.
den, binnen körte daagen weder verkreegen mi
Waarom, ah by bet genoemde Vel verlaut, te,
lyk twee buytkens, komt d f te leggen; ende aim
een cierelyker gewaat m omhangen weefende, enk
als houbaar geworden, fynde, tot de voorteefagfe
datelyk gereedt toont.
O p te liin g e d er D ie r k e n s , dewelke öndet
- d e V I E R D E O R D E R van de natuit-
r e ly k e v e ran d e r in g en 5 WURMGE-
L Y K P O P K E N g en o em t 3 behöorei).
Soo klaar ende onderjeheydenflyk bet ons mgety
geweejl is , onje Vier. Orderen van yeranit*
ringen voorgefielt hebbende j ende de Dierkens ander
de Eerfie, de Tweede, ende de DerdeOrkr
beboorende, hebbende aangeweefen; foo befceevenw]
ons nu tot de öptellinge van die ßeeskens, denxSt
wy onder onje Vierde Order bevindenf Ende‘UM
van wy nieede een gvöoi getal vertoonen hinnen-
Voor eerfi dan, /teilen wy onder onfe Fier^r‘
der, en dat in hei.gemeen, de Eycren vandeßlot'
deloo/e BeeSkjens; ende dat foo wel die foortwn
Vyeren, dewelke in de Eerfie Order een volmfflü
Dierken te voorfchyn brengen; en die, dewejkt in
de tweede Order een Wurmken in baat beflvfi*-
flls die Eyeren , dewelke in de Derile en Ent j
Order een Rupsken ende, tVurmken wort h1*
gen. En foo bevind i i ook , dat de ,
Dierkens en Wurmkthts in haare Eyeren ofie
Jen haaft eeven eens gefihikt fyn ^ *
het Popken, nu in onfi Vierde Order \
ven; in fyn onafgeleide huytken, gefigf ^ ^ \
weefin. ,Waarom ook de .Dierkens die votyf y
ofte ook bnvolmaakt, uyt de genoemde Eietßs,
Vliefen te voorfchyn koomen , meede iw«« ¿“3^
te geiyk afieggen: gelyk.wy dai in fotiimig1
o
iitfuram àb ihtériore feparare in quibusdam
•poflumusv uri infra ex iconibus. noilris inno-
tefeet. Ind,eig¡tur heicnütic .darò patee ratio,
ob quam memorata haec In fe fla , quae Nym-
pharum inftar in Ovis fuis haerere diximus ,
aque a vifù nollro remota fu n t , .ac ,Ny.m-
phae Quarti noilri Ordinis, modo defcr’iptae.
Scilicet, uri fupra jam indicavi, cutis exterior
impedir, quó minus Nympha c o n c ic i atque
.cogn'ofci qùeàt.
Ejusmodi àutem Ovorüm , quáé. in Primo
ineo Mutationum Ordine Nymphas-Ammalia
Ovìfortnià, atque in Secundo ,, T ertio , &
Quarto, Pidinibus Nymphae-Permiculi Oviformes
mihiaudiunt,multas adfervamus variasque ipe*
ties,magnitudine,figùra atque cploribus difere-
pàntes, nfec non a diverils Infeólis partas: ini
jam alibi diéfcum. eli. Inter alia praeprimis
Mufcas aliquot adfervó minùtidimas, immediate
ex illis prognatas Ovis , quae Papiliones
noílurñí arborum ramis, annuii inilàr, circum
àdglutinant: tic adeo hinc quam evidentiiEme
pateat quod horumee Irifedlorum Ovùla ad
Quartüm Ordineni,hujusque Priiñum Mbdüin,
pertidèanti
Hifcè ita generàtim de Ovis in medibiR ad-,
latís, peculiáriter jam atque fecundo loco
Vermiciilos làtrinarùm àd hunc Ordinem, hu-
jusquè Primum Mbdum j referp : qtìandoqui-
dem ii, cum in Nymphas Vermiformes mutan-
tur, nihil penitus de priilina fua forrpa amit-
funt; dura quippe & tenace epte inveiliri.
Ex hilce Vermiculis, eorumqne Nymphis Ver -
iiiifoiniibus illam monftrare valeo ipeciem, e
!qua vulgarés .Mufcae latrinarum originem tra-
hunt: unde & in Quarti hujus Ordinis Iconibus
tam Vermis iftiüs fabriqam , quam Nym*
pham&Mufcam, Tabula X X X V i II depiftas
exhibeo. Praeterea etiam Ovula harumee Mu-
fcarum, perqüam fane confideratu digna ^ dì-
ctoque loco itideni delineata , àdfervo.
. Tertio etiàm Nympharn Vermiformem Mufcae
Afili huic Oidini accenfeo j quum &haecpriili-
uam Vérmis fui figuram prorfus retineat illiba-
tàm. T abulis.XXXIX, X L , XL I & X L I1, harum-
que explicationibus, omnes exhibeo, quae defieran
a quopiam pofiunt, huic Animálculo prò-
pnas affeftjones. Ibidem quoque Vermem,
ynjpham Vermiformem, & veram Nymphàm
1,1 i a reconditam, tum porro omnes hujus
mutationes, ad Mufcam ufque, repraefènto.
. c? J^haec4 liti re&e memorat Arifioteles,
atiufculis quibusdam nafcitur Belliolis flù-
vioi
blykelyk Bevonden hebben: kunnende ook in eenige
het buytenfie Vlies aftrekken van bet bimenfteyali
onder in onfi a f beeldingen blyken fa l. Soo. dat dan
de reeden hier nu klaarelyk blykt, waarom de genoemde
Dierkens , ßte We dls Pqpkens in haar Eyeren
gefegt hebben lt'e weefin ffo o wel aan ons ge*
figt onfigtbaar fyjk: als defelve' nu in onfo Vierde
Order befcbreeven. ...Synde. de reeden als gefegt,
dat | de uyterfie buyt de kennijfi ende ,bet gefigt
van 'bet Popken beneemt.
Van de 'genoemde Ejeten nu, dewelke ik inmyn
eerfie Order van veranderingen Ey.gelyke Dier-
Popkens noeme en in niyn Tweede', Der de ende
Vierde Order Ey- gelyke-Wurim-popkens, bewaa--
ren wy vele en verfcheide foorten, die van verfchillige
grooite, figuureh en couleurenfyn, en van verfchei-
de Dierkens voortgebragt, als elders alreede gefegt
is. Ende onder anderen bewaar ik eenige feer klee-
ne Vliegskeris, die imme’diaat uyt de Eyeren fyn
voortgekomen ,d k de Nacbt-kapellekensals een ring ,
om de takkeh der Bornen lymen, waar uyt onweer-
fprekelyk blykt, dat de Eyeren deefer bloedelofo
Dierkens onder de Vierde Order behooren ; en
dat in de eetfie pladts.
Dit foo in het geheraät van de Eyeren bootgefielt
fynde , foo plaats ik nu particulierlyk en teilt
tweeden, de Wurmkens in de focreten in deefe Order
, en dat op de Eerfie Wyfe : alfoo die het dl-
derminft, wanneer fy in PVotmswyfe Poppen veränderen,
liaare vorige gedaante 'niet en Verliefen, als
fynde van een Bat de ende iaye buyt. Van deefi
Wirmkens, en haare Wormswyfe Poppen kan ik die
foort vertoonen , daar de gemeene Vltegen in de
fekreeten haar oorfprorik uyt neemen. En van dewelke
ik in myne c f beeldingen van deefe Vierde.
Order, het mdakfel foo van de Wurm, als bet
Popken ende Vlteg, in dt X X X V I II . Tafel kom
te vertbonen. Ndg bewaar ik de Eyeren deefer
Fliegen, die feer curieus fyn , en die ook aldaar
fyn meedd afgebeelt geworden.
Ten derdeh fie l ik iri deefe felve Order de
Wormswyfe Pop van de Vlieg Afilus, die van ge-
lyken fyn gedaante van de Wurm in het alder-
geringfte niet en verlief; en waar van ik in de
X X X IX , X L , X L I , en X L IL Tafel; en haare
verklaaringen, alle de byfonderheeden kom voöt fe
fieilen, die men fou Hunnen vereyffihen. Öok beeide
ik aldaar a f de Wurm, de Wormswyfe Pop , in
het waaragtig Popken, dat daar in befiooten is ,
eh dan voorts alle haare veranderingen tot een Vlieg
toe. Defe Vlieg, g?/y£ Ariftoteles wel aantekent,
dieneemt fyn ooorfprbnk, Uyt eenige breedagtige Bees-
V v v v v v r kern»