124 GALEBIJ BN BOVENZAAL.
Anna van den Boetselaar, een geestelijke van grooten invloed, lot
de Hervormden overgegaan, maar later tot de R. C. kerk terug-
gekeerd, die voor de lezers van v an L e n n e p ’s P l e e g z o o n
geen onbekende is. Behalve twee ongenoemden vinden wij hier
nog Karel II en Jacobus II van Engeland, boven de deur Willem
I I I , voorts Willem I , Charlotte van Bourbon, zeer fraai
geschilderd, Maurits en Frederik Hendrik. In de galerij Hevens
de deur hangt het portret van Geurt van Reede. Overigens zien
wij er een groote kaart met afbeeldingen der edele huizen van
Utrecht, en eenige kasten met verschillende vuurwapens. Ook
dit gedeelte van het huis schijnt niet geheel door den brand ver-
woest te zijn geweest. In de ruimte achter de eetzaal, nevens
de diensttrap, is een digtgemetseld kamertje, waar de Heer
van Amerongen zijn kostbaarheden had verborgen, toen hij het
kasteel bij den aantogt der Franschen verliet en waar zij, toen
hij weêr bezit nam van zijn huis, ongeschonden werden terug-
gevonden. De eetzaal, aan de regterzijde van de vestibule, heeft
boven de deur der buffetkamer de portretten van Geurt van
Reede en van Geertruid van Nijenrode, knielend voorgesteld.
Hij was Heer van Saesveld en Nederhorst, zij de erfdochter
des Heeren van Zuilestein. De hooge heerlijkheid Amerongen
werd hem in 1561 in pandschap opgedragen. Hun kleinzoon
Godard en Anna van den Boetselaar hangen aan wederzij en nevens
den schoorsteen, die met een fraai portret van een’ ongenoemde
versierd is , de afbeeldingen van prins Willem V en den eersten
graaf van Athlone.
Zagen wij in de benedenvertrekken van het kasteel dus reeds
menig vorst en edele, de groote bovenzaal bevat er nog velen.
Aan de eene zijde de hoöge Heeren van het huis: Godard,
Frederik Christiaan, Frederik Willem en Frederik Christiaan,
l ste, 2de, 8de, en 5de graaf van Athlone en lord Aghrim, de
6de graaf, met hun voorvaderen, Frederik, Godard en Godard
Adriaai) van Reede. Daartegenover hunne echtgenooten : Cornelia
van Oostrum, Anna van den Boetselaar, Margaretha Turnor,
Ursula Philippota van Raesfeit, Henriëtte van Nassau Zuilestein,
BOVENKAMERS.
Louisa Isabella van Wassenaar Duivenvoorde, Anna Elisabeth
van Tuyll van Serooskerke en Henriette Hope, als een komngm
in kroningsgewaad.- De achterwand is behängen met de afbeeldingen
van Geurt van Reede,, zijn huisvrouw Geertruid van
Nyenrode en op een tafereel Adriaan van Reede en Lucia van
Goor, zijn ouders. Twee schoone stukken, zwa n e n van Honde-
koeter en een h e r t e j a g t , versieren bovendien de bovenzaal.
In de overige bovenkamers vinden wij weinig belangrijks meer.
Een er van, ,/de groene kamer,” heeft een fraai schoorsteenstuk:
bloemen van Justus van Huissem. Een ander heet ,/de konings-
kamer” en strekte aan Willem III van Engeland tot slaapver-
trek tijdens een bezoek, dat hij zijn’ vriend op diens edele hui-
zinge bragt.
Daar is veel, wat ons boeit en ongemerkt' den tijd doet
voorbijgaan. Maar om de wille der merkwaardigheden binnen de
statige muren van het kasteel moeten wij toch het bosch met
vergeten. Ook de kerk eischt nog een deel van onzen tijd. Daarom
slechts een enkele blik in de sierlijk en doelmatig ingerigte.
stallen en in het pavilloen bij den ingang van het voorplem,
waar in het kantoor van den rentmeester een platte grond der
tuinen van het huis te Zeist is te zien. Yergeet in ’t voorbijgaan
niet, de oude kanonnen op te merken, die bij de brug
over de, buitengracht liggen en een wapen met vijf aaneenge-
sloten spitsruiten vertoonen. En dan de laan weer uit, het dorp
door, naar het bosch en den berg.
Een aantal lanen, deels met zware beuken, deels met jong
hout, leiden naar den boschrijken berg. Het schoonste gedeelte
ligt in de nabijheid van het Be r g h u i s , een logement en uit-
spanning, die een druk bezoek ontvangt, zooals het vreemde-
lingenboek door tal van namen bewijst. Zoolang echter sommi-
gen in dergelijke boeken inscripties plaatsen, alleen waard om
er zoo spoedig mogelijk te worden uitgescheurd, is ’t niet raad