
t708.
‘ ¿'7 0 A M B Ö7
François Valentyn , Bedienaar des
■pÈGoddelyken Woords* ; .
éÀ Habbo Enno, Wondheleï des Ka-
•íteels. : r- 7 .V ¿tait <¡¿ tr:'xA r/>
BfwMplSr Lcden. van den--Polirycqucn
Raad, aile agter maikanderen.
j T e weten':
De Hccr Storm, Opperkoopman.
_ m .jl-t ; Hoofd der
v k'uft van Hitjpé.
■— — 4f Undéborn^ Hoofd van
•. Honimoa^ ;g,
Bottendorp, Fifcaal.
MqoE NuytiyOnderkoopman.
— — DeBruyn, Geheim-
Ichryver.
• Welkealle. Tes weeken lang zou-
, den .in de Rouw gaan.
Verder ycrfehenen hier by ook
aile de Collégien ,* als : .
De Eerw. Kerkenraad.
. .... De Raad van Juftiüe.
De Landraad.
, Mitsgàdcrs aile Orangkaja’s 5 waar on-
rier 00k vertcheide Mooren , als Radia
rïwoij -dali, de Orangkàja van Wac-^
cafihoe 3 mitsgaders de Orângkaja’s van
Oerien , en Negri Lima , die 00k aile
noerfb Rouw-Tulbandcn kregen.
Dus ftatelyk trad men onder een na-
ren Rouw-toon van de Trommen nade
MaleytfeKerk , al waar het Lyk ter
aarde gefet , de. baar , met de, ruyf en
Wapenen’er boven geplaatft* en pok
bet byfonder Wapen door den Hofpita-
lier gedragen, ’er aan ’c eynde boven op
gelegt wierd.
Ondertuflcben liet een van de
* Chaloepen op de- Reede een Rouw-
vlag ter balver fteng vanagtcren,eneen
Rouw-Wimpel van boven afwaejcn.
Na dat men in de Kerk gekomen
was, wierden ’er 5 Charges doof de
Snaphaanen en Muskettiers van ’t Bataillon
op ’t Kerkhof, en tuflehén ider
Charge een Kanonfchoot van ’t Kafteel,
en daar na nog agt byfondcrc Kanpn-
fchooten van ’t zelve gedaam
Daar op ging de trein de zelve Weft-
poorc , die zy ingekomen was , weder
uyt, dus ’t grafje längs, en zoo verder
längs ’t ftrand.
Daar na wierden 00k vandeChaloep,.
t eindigen der Kanon- ichooten van
t Kafteel, en na’t ophyflèn derRouw-
vlag, die ter halven fteng was, nogvyf
zulke fchooten gedaan.
Na dat men nu weder in ’t ‘Kafteel
gekomen was, was aan ’t einde der
Caldery een tafel met allerlei fpyfe voor
de Dragers (en daar na voor de Oppas-
fers, en Matroofen, die ’t overichot
en 2.0 of 30 kannen Arak kregen) en in
N A S C t f E
de“ kleenc Rouw - zaal een deftiger ¿70®-
tafet met fpyfc voor dc Vrienden/, die
in den fWären rouw waren j klaar gc-
maakt. ; ; r.
Do Heer Landypbgd bleef een quai-
tier uurs in de Zaal; döggingtoeivvan
den Heer Storm, err denSchryvef’dezes
werks begeleid 3 zeer bedroefd na-zyn
vertrek,. zullende' niet voor den 14 dag
uytgaan, om zyri Kerk-gang te doeir,
enaan buyten verfehynen, om ’sCbm-
pagnies faaken , die gecn langer uytftel
lyden konden , waar te nemen. - :
De Tafel der Raadsperlbonen was
voorfien met een fchoon vet fchaap ,
een ham $ twee garden, eenigc hoen-
deren,en vcrder met zeer fchoon oflen-
vlteich j dog andere waren na cvenma-
matigheid van dien met wat mindere,
dog egter- zeer goede fpyfen vöor-
zien.
In de Groote Zaal wierden allerley
Koekjens, Krakelingen , Letters , tn
verdcr Banket met SiWcre fchotels rond-
gedceld , en buyten dien zeer rykelyk’cen
flas Wyngefchonken j waar meaedan
e toeftel dczer ftatelyke Begravenis van
haar Ed;' een einde ham.
Ter Gedagtenis van haar Ed: is dep - •
goudc' Penning j N°. LIP. letter D.terGe-°’
aan de Dragcrs gegeven j en het navol- dagtenis
gende Graf-fchrift , hebbe ik op
Ed. hier bygevocgd. P
;.G- R A- P - S' C H R I F T ! Gilf.
- Qp.de. Wcd-Edde, jeer Veriiandiec, ßdmft,
' en Peflgdtyke MiTeoo wB ' l & k .
HILI.F.GONDA KRANENDONK,
In haar WeNEd*. Leven 2eer Dierbare Ge-
malinne, van den Wel-Edelen Ge-
ftrengen H e e r e
A D R IA A N t a n d e r S T E L j
E x t rm l t tu u u Rami van M i r la a d s I » d 1 » ■
mttgodtrs Gouverneur en Direfieur ’ 1
van A M B O I N Ä .
Koftelylc is in de Oogen des Heeren, de Dood
zyner Guntt-Genoten. P f dm CXVX ' ü H Ier fonk de Ljkbus m et het Edde Gelernt
van K r a n e n ^ o n k , de laß van haar Gemaal tn rundren,
Die Vrcdegond , die noh fegt anderen te binären,
Teras van ont geruht in 'tG r a f ,d o g z te r leweend.
Het K r an en -o o g van haarG doof te v a ß op God
Geveßigd, votrd d eZ ielva n H i l i e g o n d na boven
Om daar den Heei met al de Zaligen tejoven.
W d Zalig isZ r, die den Heer heeft tot haar lot.
Overladen in Amboina,
aan’t Kafieel Viftoria,
den i t Novemb.i7os.
Geboren A0.1671.dca *
14.September. ‘ " y . V A L E N t Y N . '
Den
¡S A À It’ Ë K:
.^708. Den ¿8 dito, 's nagts tuflehen io en
Sdd&a- y i uuren, is een zeer vreemde aan-
taeWV periling van water in den inham alhiej
Vernomen, zoo dat het Zee-water met
geben, een fwaar gedruys quam oplöopen tot
lo mögen zicn j dog die vriend ve^klaar- 7° •
de , dat hy den zelven by een fwarprl
brand quyt ;geraakc wasyeq^dieri zédfert 3
tot zyñ g ro o tc " drbefheid 3 niec meet
gefien had. v, . , .
Daar zyn *^.ivc|ic-v^.illen 3 dat deZe lteen
(by dé inUñft¿r¿ ^zccf w tr bekenft) vobr
in ’t hoofd Vati zekere Slang valt, die
; zig zclden anders dän ’S nagts da^r nae-
de vertoond^ en die de idanaers .verklären
aan dé huifen* die aan de Zee^kant j en
vooral die aan de Roodenbérg íton*
den. V '* ^ -tin’ñ rrr|
Men Zag dit ook zeer fterk onder de ;
bruggcn j daar 4t water als een fluys,
quam inloopcn * ¿ryyénde gehecle T sjam?
pans’cr onder aodf , en ook íommigé
in flarden flaande. m H
Dit inloopen duiirde ontrent zo lang,
als dat men 100 à i fo teilen zou j dan
liep het weer met eén groat geweld af j
zoo dat men werk had de Zee te zicn,
dan quam’t weer 4 na. too a ifo; telle
ns j gelyk bevorens ¿ oploopen, en dat
duiirde dus tot ’s niorgens ten 3 uui-en.
Dit heéft .men ook aan de buyteniyde
van de Pas Baguwala ’s nagts ten i zud-
ren,. dog aan ae overfydc van deicn inham
, nogté cldérs buyten j niet het
minfte (dat egter té verwonderen is)
daar van vernomen.
De Moorfchc Paap aan den. Rooden-
berg voorfpeldé hier uyt, dat hier cenig
froot Koning in’t kort konien zou j
og .myn oordeel is ^ dat hier, of daar
een fwaare Aardbeving geweeft, o f ’t
een o f ’t ander groot dcel van een ^e-
bergte in Zee geftort, en dat het .hier
door verobrfaakt is. r
v . aal Den y Deceinber dezes jaafs 1^08;
wegens verhaalde my de Pari van. Soya 5 dat ee-
eenCar- nigen cyd geledén,onder het beftier van
bonkel- j j ecr Qoyetti fommige Handelaars van
Stecn’ Key j eoA-
*cyu gcicutn —
de Heer CÖyett 'i fömnlige de Suyd-Oofter Eylanden, Key,- en A-
roe, oö . XT Nocffalaoet àn en H Honimoa n n im o a geko-(TPKO-
menzynde, aldaar op Smtbrfi.aan ze-
keren vriend van hem een Cofltala , or
Carbdnkel-fteen , dien hy mcenigmaal
by hem gefien had , verkogt hadden,
welken hy vernam, dat des nagts een
zeer groot licht, by na als dat. van.een
kaars van" zig gaf, zo dat men daar by
alles, wat in dat vertrek was, klaar be-
fchouwenkon. Voor dien fteen hadook
den Koning van Papero hem een groot
ftuk Lands geboden.
• Ik heb door dien Pati grootc moeite
aangewend y om dezen fteen maar eens
j op een der. Talautfe. Ey.landen i onder
Témate beíibreñdc, en tjigt by t
Éyland Mangindanao lcggende 3 hierug-
maal gezien, en by ’t Ucnt Van deze C ó mala
alieeii die Slang vcrnonien te heb-
ben. _/ . ; j .r . '.’j . i
Oök verklaarén veelé Macafla^tt i “ .
zy meer, dan eens , zulk een flang met
die Cómala in;’t voorhbbfdj’s pagts in
’tbofeh gezien hebben 5 érimen moet
’er des te meer geloof aari geyen5. alzoo¡
dé tegenfapordige Koning van -Bätsj^.
my j b y zyn aánwéfen álhier gelegt
heeft, onder andre faaken oök hier ge-
koomen te ¿yn i 01h zulk een CGmala^
döor cch vah zyne voorfatén bp dé^kurc
van Hitoé dnáéf imand van' zyné goede
! vrienden gélaten , en te beWaren
ven, wederorii té halen j dog die Pj-10»
zeide my ook, dat die man,aan welken
ze was gegeven, al lang overleden , en
dat die fteeri by zyne erfgenanien met
te'vinderiwas./ ' **• á'í¡
Dé Heer' LaHävöo^d vári dét Stil, die
névchs;íi^0íiáfdééldfe 3 ''fáat die fteen b y .
die nazaatenniaar géloochend wierd,oni
ze niet te riioeten overgeven, heeft veel
I moeite gedaan , om hem voor den dag
te doen komen j dog alles vergeefs.
D é inlander-, die nog vol bygeloovc
iS, öordecld,' dat * als hy zulk eenJfteen
bezit, hy dan voor zyn ganích leven ¡j;
in alles wat hy onderneemt, gelukkig
wezenzal j en ditis de reden,- dat die
hem heeftden zelven niet ligt overgeven
zal.
Weshalven ik gelbove, dat b’eide de
befitters van die fteénen dé zélve nog-
wel gehad, maar zulksJ geloochend
hebben, uyt vreefe, gelyk zeer waar-
fchynclyk was * die te zullen moeteh
miflen.
Z È Sif.
t