B F.204 S C fl R Y V I N G E
land het avondmaal hebbende genuttigd,
wierd om verfcheide redenen goed ge-
cAr"onden, nog deefen nagt, of wel morgen
ogtfent, voor het lumieren van den
'dag een tweede befending naar die van
Beii te doen, om haar befluit van afko-
fiien te doen wcrkftellig maaken, en op
deliberatie, wie daar toe bell z-ouden
'employeertfn, quam Titametcn, Grang-
* aJa van Bönoa, daar toe zelfs zyn
dienft aanbieden, om in peribon der-
waards te gaan , en zyn uyterfte'vermögen
aan te wenden,öm die van Befi
met hem te gelyk te doen afkomen,
qm nog voor net aangaan der Vergade-
ring alhier prefent te zyn , welke pre-
fentatie zynae nangenoomen , begaven
wy 6ns naar boorcl, om- op onze Cor*
corren onze nagt-ruft te nemen.
Verga- Donderdag den zp. Oktober,’s mor-
deringopgem ten 7 üuren quam van Befi weder
Somaw daey , te rü0g de Orangök aJi a Tita, mete, n5, v,an BoGefchil
a » ons rapporteerende , dat hy, op
len daar Befi zynde aangekomen , nog eenige
afte mwoondcrs van de Negerye van verre
doen. in de zelve had gezienj dog dat op zyn
aannadering de zelve waren geweeken,
en niet tegenftaande alle aangewende
devoiren de zelve niet tot ftaan hadden
können krygen, veel min met haar te
fpraak had können'koomen, weshalven
hy, om de zelve niet weder vlugtig te
maken, weder was af gekomen, welk
rapport zeer difcordeerendc met de bc-
V A N
loften, door die van Befi opgifterenge*
daan, wy lang öp de reeden daar van
onze gedagten lieten gaan, als wanneer
ons Voom. Titameten verhaalden, dat,
naar Befi voorfc. toe ieheppende , hy,
in ’t fcheemeren, alzo de aag maar ee*-
ven begon aan te breeken, vän verre aan
de ftratid van Befi een praeuw met eeni*
ge inlanders had gezien , die op zyn aan*
nadering zig uyt de zelve praeuw bege-
ven,en in de Mangi Mangi verfchoolen
hadden, zo dat hy geloofac, dat die van
Befi door d’ een of d’ ander moeften
zyn gewaarfehouwd , en afgefchrikt,
waarom zy niet dorften af koomen, welke
reden ons 00k niet heel vreemddagt,
en waren wy van gedagten, dat dezelxe
praeuw , of door den Corp*., of door
Iman Sarajja, derwaards wasgezonden,
om alle mogelyke middelen in ’t werk
te ftellen, ten einde die van Befi van ’t
afkomen af te fchrikken , waar door
hare gepleegde infolentien mogten verholen
blyven. Naar ’t öntfangen van die
rapport begaven wy ons naar land , en
vervolgens naar de baleeuw van Saway,
om , in gevolge van ’t op gifteten in
deezen genoteerdö, alhier Vergadering
te houden, en te onderzoeken , of ’er
00k eenige queftien waren , zynde ons
zodanige zaken voorgekomen, en alhier
voorgevallen , als U Wel Ed.
Aghtb. by de ondervolgfende R o l, zal
können confteeren.
Dmderdctg d e n 2 9 . OBober, 1 7 0 5 .
Vergadering gehouden op de Baleeuw
van de Negery S a w a y , prefent:
De Onder - Koopman , en Secretaris der Potitie¿mitsga,
ders Admiraal der Preßnte Honei-Vlaot, W I L L E M
d u RI EU.
De Boekhouder , en Secretaris van den E . Aghtb. Land-
gertgte,CAROLUS SGHULERUS, Pati LILIBOY,
. zynde d’ eenigtte Orangkaja van den Landraad, o f
Kamer-Orangkaja.
De Orangkajd's Landraden deezes Dißricls, en de ver-
dere Hoof den der Corcorren van de prefente V l o o t .
Mallheu; Ti^era 3 Mardc. Eyfcher.
DEn Eyflcfeer tot fundament van de-
zen zynei\ Eyfch, zegt op den .8. Contra
Septb1. pafluto alhier gearriveerd zyn- ■
de, aan den Gedaagde heeft aanhefteed Lietjing, Radja Saway;, gedaagde, om-
7000 takken Sagoe, en tot voldoening Eyfch te aanhooren.
van dien zyn Ly waten reeds ter zelver
tyd aan hem Gedaagde verftrekt heeft, met Conditie, de befproke Sagoe over
30 dagen te moeten leveren , en dat tot nu toe daar niets op gevolgt is , en zyn
Eys-
' A M B Ö I N A* iöf
Byflchcrs Päs reeds vervallen, en hy derhalven niet Vermögens is, langer daar naa
te wagten, verzoekende de voorfz. 7000 Takken Sagoe , als zulks met de co*
ftuimen deezer landen over een körnende.
Den Gedaagde, voqr antwoord,bekend degoederen,tot voldoening van 700Ö
Takken Sa«oe, van den Eyflcher oritfangente hebben , dog zegt, vermits ver-
ibheide befigheden niet in ftaat geweeft te zyn , zyri beloften, van de zelve
Sagoe naar 3a dagen te leeveren, te hebben können volbrengen , zeggende naar
eqn maand tyds aaar toe in ftaat ,te können zyn.
'* Den Eyflcher zegt zyn Pas reets verloopen te zyn, en derhalven niet vermag
de zelve met länger wagten te violeeren , perfifteerende derhalven als by
fi,yich j als zeggende door gebrek van die Sagoe een geheele verloore reys te
hebWn gedaart.
Den Gedaagdet als1by,antwo,ord;
De ÖrähgkajHi van LiiTabatta, Hatoewe, Hatilen, en Vefdere Inlandiche
Hoofden , gevräagd zynde , o f ’t. voorgeeven van Eyflcher waaragtig
is, en by manqucmeiit in de leevering der befprooke Sagoe, of gehou*
den is, ’t öntfangen goed te reftitueeren, boven de helft der beloofdc
^ ■ Sagoty antwoorden cenmondig van ja.
Den raad ingevolge van voorfz’. berigt condemnecrd den Gedaagde,
in de prompte reftitutie van de ontfangene Ly waten, en dat hy
daareri boven tcr eerfter verfchyning van den Eyflcher wederom
alhier aan den zelven zal moeten leveren , 3 y00 Takken Sagoe,
. zynde de helft van 7 Q 0 0 , met de koften.
De Eyflchers zeggen, dat haar Cör- Raul, Radja TTerinama , en Boilili,
cor eergifteren tcr flrand van Wapoe- Radja van Tobo, Eyflchers.
al is gebrooken geworden door een lip '
Vao de dreg van des Gedaagdes Corcor, Contra
en dat daar door een groote qiiantiteyt
Sggoe, en andere levensmiddelen , van Thomas Netra ^ Pati van Ouw, gedaagde
Eyflchers bedurven waren , verzoe- de, om Eyfch te aanhooren.
kende derhalven in haar fchade te gemoet
gekomen te mögen werden, te meer de jegenwoordig iiog refteerende
mondkoft niet kan iiifficieren, om de reys tot hare negerye te doen.
. De Gedaagde zegt, dat der Eyflchers Corcor niet zodanig door zyn dreg ge-
brooken is, maar dat de Eyflchers, haar prauw in de Corcor hebbende opge-
zet, altyd de zelve CorCor zo na aan de wal haalen, dat zy daar op en afkomen
’zonder eens een prauw._ te. gebruiken , en het ter dier plaätfe vol fteenen geweeft
zynde, ’t gemakkelyk heeft können gebeuren, dat de Corcor, op eenfeher-
pe fteen geftooten hebbende, aan ’t finken is geraakt} over zulks fuftmeerd ner-
gens in gehouden te zyn.
De EyiTchers, voor replicq, zeggen voor den gedaagde ten anker te hebben ge*
leegen, en hy daar op zoo digt by haar ten anker zynde gekomen, niet Vermögens
was zyn landtouw aan een drpg, digt by ftrand, ceven ondef water te laten
vallen, maar dat hy zulks zelfs aan land moefte vaftgemaakt hebben, zeggen00k
di.en Gede.. tot verlcheide maal te hebben laten weeten, dat hy de dreg watnazig
zoüde hälen, ’t geen hy geweigerd had naar te komen, en dat 00k de opening
van onder in haar Corcor oogenichynelyk kan gezien worden, door de lip van
cgn dreg yeroorzaakt te zyn, perfifteerende vorders, als by Eyfch.
De Gedaagde yoor Duplicq zegt, dat *t voorgeeven der Eyflchers, van eerft
ten anker te hebben geleegen, waar is, dog dat de voorfz. Opeping niet door de
lip van zyn Dreg kan gemaakt zyn,door dien als dan de Dreg in de opening zoude
hebben moeten blyven fteeken, en de Corcor daar op neerzinken, ’t welk niet
gefchied zynde , hy 00k fuftineerd genoegzaam te confteeren , dat die opening
aopr zyn Dreg niet gemaakt is, perfifteerende voords als by antwoord.
Den Ra'ad Condemneerd den Gcdaagden in dezen, om aan de Eys*
fchers op te leggen,en te betalen, een fommetje vananderhalve
C c 3 Ryxd.