
*8 M M B O N
Ais ook golfee, jformgai té ferèogcn, Y geen hÿ
H T 2fcr.<Jb&lyk verrigt, gelyk ook den
die van
•Henrik
Zm* A.’
*ï|iÉl
Godsdienft byzonder voortgezet heeftj
terwyl zig de Portugeftn van die tyd af
ook na de Uliaflèrfe Eilanden hebben beginnen
te begeven.
Haïr's Wat ve^ólgíngeb' zy lfter over A.
4otxL i f ô f , door vt woelén der onftandvafti-
ge Hitoeëfen, en de van hun ter hùlp
gevoepen-javanen kirie j&æn lang loden,
zulfea wy > daar wy van den Godsdienft
ipreken, breeder aanhalen. Alleenlyk
mpeteu wy Seggen, dat dir Hair in den
jare i y6f ?t leven koftte, dewyl -hem de
Portugefen in .zyn eigen pafeis ombi agiten
.D
e Ternaîaanfehe Koning Babee,
Hayrs zoon over den moord aan zyn
vader bedreveu, uitnemend .verbitterd,
en zfcride dat Samarau al te flap in zyn
Koningheftier was, zond A. i fyo Samarau's
. Baboe zoon^ 4ca grooten Roebobongi na Am-
bon, 4ie zig met de weer afeevallene
Â. ij^o Hiîpeëfen zanjen voegde, en aePomi-
na Am- gefeo-dfe beifenfcelyke afbreuk ,en groo-
bûiàa. i t.e veroyeringen vin Landen voordeTer-
nataanfe Kxoon deed, waar van wy on-
der .de daden der Teraataanfe Koningen,
en hun regt op Amboiça3reçds bevorens
gehandelt hebben.
Zyne De Portugefen ondertuflehen ontrent
jwrrich- A. i f 72 door Koning Baboe uit Terna-
®en* te veidieven, en na Tidore (daar zy het
zedert de verdryying nog wel 36 jaren
gaande bielden) verhûift zynde, kregen
door de Tidoreefche hulptroepen onder
Kitsjili Salamat, Zeevoogd des Konings
van Tidore, gefterkt met eenigé Púrtu-
gefen, wel wat verademing, tôt zo verre
, dat zy voor çemgen;tyd den loop
van Roebobongis over winhirigen (door
dien hy na Tomini getrokken was) ftui-
tten , maar dat duurde niet langer dan
tot zyn wederkomft van dien togt,wan-
nefr hy alles, ’t geen zy veirgt niuiden,
als in een oogenbhk vemietig¡de, en hen
alle uit die geweften weer na Temate
dfeed vertreHcen, in welk te rug keeren
Wdke Kitsjjfi.SaJamat met zyne Tidorêfen op de
Landen Noqrdkuft, van Ceram aanlfep, en de
SaLma! Ooft-kant van dat Eiland, van Keffing
onderTi-af tot- „Wajroe toe, onder de Kroon van
dore gc- Tidore bragt.
„ Dus waren de aanilagen der Portugefen
door den Temataanfen Salahakan, of
Koninglylcen Stadhouder, Roebobongi,
metalicen vemietigt, maar hunvreeze,
zedert .de vereenigde magt der Temata-
nen en Hitoeefen (die hèn geen ruft lie-
ten) zoodanig toegenomen, dat zy hoe
längs hoe meer zagen, dat hun Fortje
bragt
heeft.
DoPor-by den Roodenberg, zoo om dat het te
tugeefen na daar by gelegen, als om dat het te
J e k l e i n en fleet was, hen niet langer te-
by den gca geftadige aanvallen van hunne
S Æ H E
-onveribetflyke befpringers -zoii können Roodcn-
befchermen. Dit deed hen dan na eenbe*S-
beter plaats om tíen, die z y , osntrent
een musquet-fchoor na ’t Weilen, tot
hun genoegen op ’t ftrand van Honipo-
. po vonden, en deden dezelve, fehoon
met een Sagóe-BoféL bézet fípoedig door
’t uitkappen en opruimen van alies , ’t
geen hen hinderen kon, tot hun voor-
nemen klaar makén, eri dengrond éffe-
nen, om ’er een kleen Kafteel met vier
punten te zçtten.
Dit Kafteel dan wierd begonnen na Begin.
A. 15*72,en A. ïf88 eerft voltooit,eribynen A-
de Inlanders Gota Laha genaamd. Na.^]^?
dezen tyd begonnen zichde zaaken der teel te
Portugeefen tot een regte wyze van be- bouwen.
iiiering Ceicshikken,gelyk zy Zedert,tot
de overgave des Kafteels Vittoria aan de
Nederlanders, ook hunne ordentelyfce
beftferders en Landvoogden gehad hebben.
Terwyl zy nu met het opbouwen
van die fterkte bezig waren, kregen zy
een quaad oog op die van Noeflanivel en
Oerimefling, meinende dat zy bedelcte-
iyk met de Hitoeefen zamenípanden, en
in hun belang zig lieten gebraiken. Zy Nemen
befloten derhalven om hen gevmigcn te verfchei-
nemen, esi vonden, om dit behendig uit
te voeren, goed, hen allen aan ’t Gafteel gevan;.
te ontbieden, orn een zwaar metale ftukgen. |
gefehut daar op te brengen, welk.werk
zy naaulyks zonder eenig tegenftreven
maar begonnen hadden, of de voornaam-
ften wierden gevat en geyangen, eerft'
na Malacca, en van daar na Goagevbert, M •
alw^r aog . vericheide huisgezinnen van^lJ0^ !
i derzëlver nafeten woonen.
Deze , en'vericheide andere gew eldena-
verbitterden deze Ingçietéîen zoodanig,
dat Zy zig ten eerften van dçPor-
tugefen geheei afzonderden', en na ’t
hoog en fteil gebergte van Potta,”Èri-
hatoe genaamd, vlugtten. Doch alhicr
bleven zy niet lang geruft, maar wierden
door den eerften Portugeefchen Land-
voogd , Sanchio Kafconfelho, belegerd, en,
door de Inlanders verraden zynde, van
Hen overweldigd.
Die van ’t
den daar zoo
door de Portugeefen in de pan gehakt,Tn
buiten ftaat van ooit hunne kragten te
herhalen gebragt wierden, .zoodanig dat
zy na die tyd een der kleenfte negryen
van.Lcytimor geweeft en gdïleven zyn.
Sy wierd Oçai Meffing, dat is, ’t iterk
dorp, om dat zy f dorpen met Sima,
Cappa, Sen en Awahang, fterk waren,
bevorens genaamd; dog wierden toen alfe
door de Portugefen verftrooit cn ,ver-
nielt.
Na deze nederlaag niet langer; beftand
zynde het daar tè' houden, namen de o-
vergeblevenpn van Nociîànivel en Oeri-
¡ 1 meffing,
A"’ A ] I
riieflîDè5, ‘hun jjitwyk na 4e kuft vanlii^.
to^maakten zig met verfcheide vere^
ÈÎN^feÂitoeëfen op ’t gebergte van Kai-
tetto donnent de klip Hatóé Nöekoe;;
nevens die van' ÈÜtôehalat (dié niedë Afan
Éêytimôf gevliiet waren) vail, ei* zyn
daar tot de komft van den Poitugeefehen
^eevoogd Don Andréa Furtado de Men-
dofa gebleven; te meer, dewyl ' zÿ iili
ook. belydénis: van *t Mohhamrifedaari^
gelöof met die van Hitoe dedeif : ■
•t Volk :-^Ondertuflehen ftookten dfe Temátái;
Vjnbödetanen;op Loehoe by die van Hitotí}véfel
fllöad en dreven héri oriophoftdelÿk
g j 1 aánj om de Portugefen s diéi hep allé
I ' ;.^g(tterheden bewezerl, en Zéèr quàlyk
k fe k maakteri zig agier Hoekoenaloy op ceriteniiqfk-
plaats, riog heaensdäags. aan den opgarig“ ^ u_
des bergs ald^ir,' thefde naam van Coita
Java bekendjVaftj èri begrfepen eene vé-
iling tegen over ’t Portugees Kafteel ^
waar iri ook de gezàrit van d'én Javaan-
fcheri Pangerang een tÿd läng zig ont^
houden heeft. XJit. dit Käfteeltje rriaak-
ten zÿ den geheelen iiihäm j hoewel zÿ I
op ’t Portugees Kafteel ganfeh geeri
voordeel behälen kbriden^ onvry; maaf
zîende, dat Ken gedü verfeh Volk van Ja-4 '
va toegezonden wierd 3 zöö kèerdên zy;
na ontrent drie jààren daar geroefemoeft [
te hebben, over Hitoe weaef dfcrwaarE.
Vérmìts riti hfet; verborid tüflbhen dien
Javáanfchen Vbrft, en dé Hitoeëfen vari-
driuf en ih. zyn ' wezen . bfeef; m enden
de Hitoeëfen bell te zuÙén doen ; hunrie' '
Javaanfe vrienden én gélbofsgerioten, nog
eenS te hulp te roepeh. 1 ■
fe^mdelden, te verdryvéri> dewyl hun
p^^pödsdienft mettoeliet^ en henalleen, bui-
. teff alle andere bUlyke voorwqndirigen,.
. Irç^en genoeg gaf,om m?t die, Käfters en
'longeloovigcn niet langer 3 ten wäre zydé
xVSgemeigde ftraffen vàn hunnen Pröpheet
■.yj¿ wilden afwagten j in een goed verftand tè
" léven. r - _
Ptriira t ' Het eene dan ’t ander helpénde^' Was
Twfede oorzaalc, dat die van Hitoe zig volkó- 1
Portu-.* men tegen de Portugefen aankantten^J
pW zoodanig,' dat de tweede PortugeefcM
"¡Li. Landvoogd ; GoHfalvus Pereira, genooefej
zaakt wierd hén té beoorlogén, sdoch
; Over- met zoo göeden uitflag^ dat hj^ die V a n
: mut de Hitoey-en die yäri'Ihamahoe jp n ^ f e z y n
^^Lwapenen deedbuigemyf-’' - j %.•-
' Na ’t vertrek ryan: draën Landvoögd
inahoc. quam ’ef^vän Gbàrweiriig ontzet, waaf
door de zaaken der '^Pbrtugefeh weermer-
Hier bp kregeri zy A. ifpp weder "En hçp.
huìptfoeperi van jáva j hy AVeíke oók ee-Á. i S99-
nige Ëngelfchen waren , die Voor ¿’aari-4.^ ^ ?
komft der Nederlândèi-s deie Landen alhu]p qua¿
! eenige jareri (zonder dat mèri de nette men.
tyd wèet, wanneér zy dat begonderi)
bevâren,en reçds een Logie op Loehoej
daar toen meer nagelen dan op Hitoe wa^
ren, bekoinenhadderi. . .
iV: 'kttyk vervielen-, en te rüg liepén.
fe; : De weerbarftige Hitoeefen dtfor ’t
i - . aanhitfen van Roebobongi, die in dittroe-1
- '-V hei water vifèhte, en hèn geweldigftyf-
ia^ dë ,* weer gaande gerriaakt, ftelden zig met
¡ p al hun vermögen tegen de Portugeefche
M Landvoogden. "Joan Cajado % Steven Tet*
xeta of Ticera, cn Ga/pur de Milby ioo* ■
danig dat die beftierders, Voor ^ de
Kroon van Portugal niets van belang úit-
• voerden, en genoeg-te doen hadden met
zig maar in ftaat te houden , hoewel zy
nu éri. dari met zommige dörperi Veifchei-
de fchermutfelingeri gehad hebben.
Betii- Die van Hkoey het over een anderen
toeefen hoeg wendende j riepen de Bandanefen te
riegen dehulp., om ,*door derzelver vereenigde magt
Banda" met die der Terriatanen van Loehoe, ae
Portugefen. te doen .vertrekken ; inaar
En Ja- dit werk bleef vrugteloos ileken. Dit
vwnen deed hun den mibed nogtans niet verloren/
, A-JSps- geven,-maar zy hadden A. 1 fb f dé Ja-
P‘ vánen te hulp geroepën , en Radja Gki,
- ; (bok wel Radja Bóekit genáao^) ver*
re gebragtj.dat zy door een vaft ver-
^ - bond veel hulptroepen eri vaartuigen van
hem kregën.
Wélke - Deze Javanen^die hunne vaartiügenop
hatfte Hitoe lieten, quamen over Land en
Dit- deed niet wejriig hunnen inqed' “ CTetó
aarigròejéri. Men riikte al de ,ftpepen^g|^
vanHitoeLoehbé en Boefb byeenj omf^e^ :
niët 'die'>M g t hèt Kafteel dér Portrige-
fèri^mèt befer uitflag aari tè i^fteriv Iri de
màiùid Februari ," dès jaars 1600 , ftelden ; .
zy dit ônàèrKimelaha Bajfi Frangi, zoo- . ííetde
ne van den grooten Roebobongi^ die zynen
vader, even voor de komft der Neder- j-en
landers gèftòrveri ; met deri zelven haat vergeefs
tegen de Portugefen vefvingf in ’t werk,*aantafteri.'
maaf Koe driftig zy ’ef ook op aanvielenj
voerdeft zy nogtans weinig uit,; eriwier-4
den niet alleen gedwongen met hunvaar-
tirigen af t é wykèn, maar na dat de
Qhriftenen. htítíne Coracora’s mede in zee .
gebragt,^-eri-zig iriftaapvan een Zeeflag
te wagen (gëlyk ontrent de Laha ; met ': |§j
zeér veel h'èVigheid i&n wederzydèn ger;
fchiéde) gefteld hadden ,' zoo hadden de
Mooren vàri Hitoe riog ditongeluk,dat,-
him büskrnit in brand geraakt zynde , fzy
daar door van htm beile Coracòra, tc
wetCn die van' Noeflanivel ^ beroofd
wierden. Dit gaf zutk een verbaaftheid •
onder hen,datzejdé vlugt nèmende,
dcrt. njets vsui belang tegeh de Portuge-
fen hebben durven ondernémerig In der
ze ftorm bleef onder de voorvegtera oòk
zekere XJfmail, zoonë van Saptìroan, uit
het Adelyk huis Tòmmagofe- borfpron-'
kelyk. ¿
Ondertuflehen was Wybrand y«nWir-
wyk , A. ifp8 als -OnderZeevoogd
onder Jacob Cornelijfen - vàri Nek ,
O 2' na1