
2j6 B E S C H R Y V I N G E
D cÄm- boínccfenbeweenen
haare
Dooden,
Vçrdre
plestig-
heden
in de
Rouw-
T yd .
Andre
V o lke ren,
buy-
ten den
Amboi-
nees tig
hier ont-
houden-
de.
wagten geen koude drank’er optedrin-
ken. Zy -is ook zeer dienftig in Gra-
veel, als men 7 ä 8 druppels met wat
Jenever inncemt. ,
Als zy nu alles, dat zy können , hier
aan de Sieken gedaan hebben , en zy
eyDdelyk komen te fterven, zyn z y ,
(gelyk dat meeft over al in ’t Ooften
•gefchibd) gewoon hunne Dooden te be-
weeneri,' en luydkeels daar over tehuy*
len, en te wee-klagen, zig op de borft
te flaan , ja ’thair uyt het hoofüte ruk-
ken,cn andere diergelyke uytlpoorighe-
den te bedryven, iprekende de dooden
aan; ceh dank-, die niet alleen by deHei-
denen en Mooren, maar ook nog (zoftil
als’t mogelyk is, om niet in handen van
den Fifcaal te vervallen) by vecl Chri«
ftenen gefchied; hoewel men dat meer
op de buyten-plaatfen, en op *t geberg-
te, da» wel aan’t Hoofd-Gäfteel, ver-
neemt.
, Als zy in den Rouw zyn , zullen zy
op vreugde-maältyden nog wd fingen,
dog niet anders dan zekerdroevigLied,
’t geen zy ten tyde , toen zy nög Hei-
denen waren, plagten te huylen, om de
dooden te beichreyen j ook zullen zy
dan geen Tifa, die ’er anders altycTby
is, gebruyken.
Hier mede nu meinen wy , zoo niet
alles, altoos zekerlyk het voomaamfte
aangehaalt te hebben,van ’t gene ’er van
de Amboineefen in ’t byfonder aan te
merken valt. • ... - . ; ggjg|&j
Buyten dezelve heefe men nog veel
andere Natien , die mede in Amboina
woonen, en zieh daar hebben nederge-
fet, ’t zy op zieh zelven of die onder
de magt van anderen geraakt zyn. Als
daar zyn Javaanen, Ternataanen, Ma-
caflaren, Boegis, Baliers, Boetonders,.
Timorefen, Papoewa’s, Bengalers, Pam-
pangers-. (of Manilhefen) Bimanefen,
Mixticen , Chineefen , en Europiaa-
nen.
JDe Mixfti§en zyn kinderen of van
Hollandfche Vaders, en fwarte Moe-
ders (want-noit heb ik daar kinderen
van een blanke Moeder, en fwarte Va-
der gefien, nog daar af gehoort) ofwel
van fwarte Moeders , en Portugeefche
Vaders ,v-dib men Toepaflen noemt,
zynde äffetfels der Portugeefen, die in
de eerfte tyden met eygen bewilliging
hier gebleven zyn.
De cerfte äffetfels van een Hollandfche
Vader, en een fwarte Moeder, noemt
men Mixfticen, zynde vaal, en fommi-
ge al vry bruyn van kleur, de kinderen
van een Mixfti^e en een Holländer,
uoemd men Poeltigen , en de kinderen
van een Poeftige en een Holländer Ca-
ftigen , die by na zoo blank, als een
Holländer, zyn , en na welke men de
V A N
kinderen, uyt de volgende huwelyken
voortkomenae, weer onder de Hollandfche
telt. t,
Dit geflagt is, fchoon meeften tyd
niet zeer fraey (hoewel ik ’er eenige ,
die fchoon waren , onder gefien heb)
zeer moedig en trots, zeer Tyrannig,
en onverdraagelyk wreed tegen hare fla-
ven, fchoon zy meeft zelf van flayenaf-
komftig zyny
Deze ingefetenen nu van Amboina
moet men weder ondericheiden in vrye,
of in flaven. De vrye zyn de Amboi-
nefen- (hoewel ook eenige der zelve, als
de Boeroneefen ,en meer andren , door
den Oorlog in flavemy geraakt zyn)
de Mixfticen, eenige MacalTaaren,Ternataanen
, Chineefen , en Europeers.
Van die flaafägtige zyn met ’er tyd, Mardy»
öf door vrykoopmg, of door vry-ge- kers.
ving , veel fwarte Vry-lieden (anders
Mardykers genaamd) . voortgekomen,
die zig zedert met varen, vilichen,ook
wel met den koophandel, hebben weeten
te geneeren»
De Kleeding van de Mixftige Vrou-» Hecding
wen , als ook van die der Mardykers in^^1“'
’tgemeen, isaldus. ' •
2Ly hebben op ’t voorhöofd nu en danwen.
krullctjes, die met Quee-korlen , ofiet
anders daar op vaftgeplakt leggen. Ook
hebben zy veel hair -op ’t hoofd , :dat
wel gewaflehen, gefuyverd j met Clap-
pus-Olie glimmend gemaakt , en zo ag-
ter flangs-gewyfe rondom ’t agterrliooJu
opgewonden , en op .^talkanderen hoe
langer hoe kleener toeloopende , gelegt
en vaftgemaakt is. I Hare tanden. zyn
wit, en met houts-kool en lout wel ge-
wreven, en eefuyverd, en hare lippen
gemeenelyk door een Pinang rooa ge-
verft. Over *t bovenlyf heboen zy een
fyn Neteldoeks Badioe, of half hemdje
aat ontrent de boeiem en op de fchou-
deren , en ook wel aan de handen., en
onder aan befet is met fyne kant tot
een boven-dekfel, onder’t welke de
vermögende nog eenTsjole, ofonder-
borft-rokje , dragen , dat zy of toery-
gen, of met gouac knoopjens toeknoo-
pen. De mindere van vermögen dra-
gen maar een enkel, ’t zy wit,grof, of
fyn, of voor dagelyks meeft een Salam-
poeris, of Bafta’s , Badjoe, dat rede-
lyk ruym om ’t boven-lyf, en tot; aan
de middelen hangt , hoewel de armen
vry nauw om ’t lichaam fluyten. Van
haar middel tot byna aan de voeten dragen
zy eerft een Tapi, of Onder-klecd-
je ,e n o v e r ’t zelve een ander fraey, ’t
zy Zyde , Chits , of ander kleedje, dat ,
verfcheide malen om hun lyf gewoeld
zynde , met eenige groot© melden vaft
gemaakt werd , en zoo gelpannen om
het lyf ftaat, dat men de ganfehe figuur
DeChiaeefen.
Ä JVf Ö-
Vüh Báár liglmm alzó klaar ziet, als öf
zynaakc vöor u ftonden, dat, my in’t
cerft zeér önftiehtelyk' voorquara-, dög
met ’er tyd ,werd men die dragt al meér
enmeer géwoon;
:: Aan ;haar voeten- hebben zy rood&j
groene ^ blauwe , of andre 2Wde öf ka-
tbené-Garen Kotífén, en Mfuyl'én met
goúd gebóord j dite gemeenelyk drie,' á-
dffe én cen halve Ryxd. kofteri -, ’en o-
ver haar Knkér föhouddr eén’groote Rode
,7 Pfeerfe , of andfere Salihdang , öf
Sliiyeff dié:3 4 etfsjnlahg, en öntfrent
éeñ’ ófandbrnálve el breed fe y de goudé.
Kantmef lovertjes¿,die1’errondom loopt,
ch wd i . .of> vingeréií breed is-, mede
gerék'end. i Déze-salifidáng flaan .Zy- z
ofdríémaal over-dd link1^ ßhouder, en¡
i<fó ovér' malkandefcbn' hdheb j dat. méd
byna niet,' ais efe1 soáde fcancj zict,-téírJ
•r?yl het eené eind van agterén op de rug
tot áán haar’ middbl körnt j dög yan voô
ï H A. 3
ren hangt het byna tot de knyen j- dög
zy maken dit eenigfins- ontrent de'middel
vaft , breidende" *t onderdeel wat
wyder: bVer baren ; fchoot uyt ; dat zy
voornàraehtlÿk doëh ^ als;Zy;zullen he-
derfitttenV
; Aan1 harb- régtérfydô1 is gemèënélyk
een witte Néusdock met kant, die zÿ
,|tuflchén haar )yf en klecdje: iöflbeken .
latende die méede wat breed îdhangen.
Men kan dbzeïve önder de Stoffe van
TernaiÄy'by:de letters D. D. afgebeeld
zieh'. ' ; ; r'/'
: Die opgeprpnkt zynde ^ ftapt zy ort-
dbr een liita^fol, of ibnnèiçhérm, zoö
moedig henen;1 dat zy *er weinige bo-
Yen baar felven agty vöorai,: zy zoö
verre gekomen is , dat Zy‘ op een Ebben-'
houté Stoel ook m de Kerk , ' cn' hiet
maar ^ als de fnÿdbrs in Holland j met dé
béenen brider ’t ly f , op een mat ne^
der zit.
TWE EDE HOOFDS TUK .
T^VE Chineefen', en hun Erneeririg. Hun Capiteyn | en zyn Macht. ' Van *£
A^'Opflüyteri *üan. ^«>rPochters , eh üan hare Huwelyken. ‘ Van 'i Prägtig
Hjmefyk van Capiteyn Lim Thiahgko*s Dochtcr, in ’t jäar’ 1709. Schoohe Vuur-
Tyeribriy io?» vertoond. ßet ^ÖbkföT, en Dekken van V Aangeficht der Bruyd. 7 Bruydegom, en zyn Speelnöötbn ontfangen wierden, &c. Des Brityds Moe-
fefibrev&t. y'jßt>e-'di Bifttya Mrtn^ Bruydiegom ontfdngt. Huri .Sbmbajen
JSunXedbkatit, en verdere verrigtihgl; Hun Speeltuygeri öp Bruyloften, 0» Begra-
vieriiflen. De Toeberieyding •danjmn Tafel. r E« nbtte Huyshoiidihg: Huysraad.
Hunne Jälbuzy over hun Frowinen* Seldfame gewoontß in ’t Gctal van huri
Dochters behend te maken. Hm Gedrag als de Vrouwen opvrugtbaar zyn. Huh
Tabak-rookcn, en, gevaarelyke <wyfe van Vechten. Ein dag, 0/Nacht * in’tjaar
voor de: Jonge Döchters , om Buyten te mögen kom.en..Hun Ofterhande aan de Sielen.
der Afgeftorvenen. 'Sende«, Gbfchcnkeri. op hun en op ons Nituwe Jaar aan
de Groox.cn. Hun fpelen met de Slang. i 7«» Theengs , in Prent verbeeld. Hun
'ftetk kloppen ep Bekkens by een Eclypfis in de Maan. Spei hurtner. Kinderen.
Hunne BegravtoHTen.' 1 ^nPyptxs by aezeivey Wit-gepleyfterde Graycn. Grau-
We Rouw-S^kerir Ä00 lang zy' Rbuw dragen* De wyfe der Vrouwen, om de.
Graven te .befbeken. Pude, 0» Jegeriwooraige Erneering defer Natie hier. Haar
W^t-geld. B’evelen har er Edelheden tegen V flerk inkomen der Sehe. Mögen
hier ¿¿¿¿Tempel hebben. Verßbeide-, Vooirechteti' van ¿»»Capiteyn. Chinee-
fche Boedclmeefters. Ternataanen , Macaffaaren, Baliers , enz. Hier noch ivoor
nende.
BEhaiven dit foort van Volk zyri 00-
der de befte Ingefetenen van Amboina
de Chineefen te teilen j een
Natie, die zeer vernuftig, en byfonder
neerftig, gedienftig, en händig isi, om
een ftuyvertje te winnen.
■ Zy zyn al voor ’t jaar itfzy. in Amboina
geweeft, en voomamelyk met dat
irifigt hier met der woon geduld , om hen
tot het bebouwen , en bethuynen van
het land te gebruyken, daar zy zeer be-
quaam toe zyn : ; want fonder hen zou
- II. Deel»
men veel Möeskruyden, als kool, iala-
db, heerlyke radys , zo dik als onze con-*
commers, en rykelyk zo goed van fmaak,
pieterfeli, furing, gi'oené turkfç boont-
je s , concommers, batatas, fpenàgie,
water- meloenen , meloenen, geele peen
(hoewel ’er die feldiaam zyn) fuyker-
riet, groene gember , anariaffbn, goja-
va*s,neveris meer andre dingen, moeten
mißen; hoewel de Baliers mede goede
thuyniers, eil zeer neerftig zyn.
Zy houden hier, en ovcral, waar zy
K k zieh