
124 A - ' Xi B O
#38. Hy zonid van Hier een Capitelli aan de
Hee^Otfflw* en gaf hem kennis vaù Ki-
mekb.dl^ehoé's nieuwe, en aanheirizelfs
betöbnde wederlpannigheid, daar byvoc-
géride, dat hier van geen andre oorzaak
•-was, aan dat men Leliato te vroeg ver-
^ voert had. Maar iridien hy Djouw Loe-
hoc met den Heer van Diemen had mede
gegeven, zou hy hem dien hoori niet
aai^edamii en hem niet buiten zyn eigen,
kndrgehoudcn hebben.
De;Koning verzogt ook z jagten,om
hem na Ternate te brengen. ,
DeHcer^ De Heer Ottens raadde zyn Hoogheid
md&n voorai niet te vertrekken, maar dien
Koriing geleden finaad te wreeken, en dezen we-
na niettederipannigen met al zynen aanhang eerft
vertrek- te dempen,liever, dandat hy dit nunog
itneulende vier tot een groote vlam zou
laten uitberften, dog aangezien hy dien
goeden-raad verwierp, zond men hem
gen waar-twee jagtenj maar met die betuiging en
fchou- veraekering, dat dit dan ook *t verderf
wing, van zyne landen en inkomften na zieh
ileepen zou, wanneer de E. Compagnie
zyne vrederipannige onderdaanen aoor
hare wapenen beteugelen en intoómen
moeft.
Vertrok . Daar op vertrok zyn Hoogheld den
Ternate. 16 SePtember 1638 met die z jagten,
’ en zyne Coracora’s van Manipa na Ternate.
Voor zyn vertrek, heeft hy in plaats
van den Kimelahdy vier Hamba Radja's
N S C H E
o( grern Helfen gefteid, om zyne zai- i i g
|en hier waar te nemen. Deze waren
20011 van Kalambatla op Loehoe,
Bimbi op Amblauw, Manlojfa, -op Manipa,
en Longa op Leflidi, dien hy be-
val alle zaaken met den Heer Landvoogd
te vereffenen, en te befteljen.
Den zo Oftober ging de Landvoogd De Boa
uit, om de buiten-comptoiren te vifitee-^ttens
ren. Hy had maar fcs Ooracora’s van ’tIULtccr<1
Kafteel, t groote van Oma, en z
Honimoa by zieh. Hy fchepte eerft ria ren.
de kuft van Hitoe, alwaar Kakiali by
jyn Ed. op ’t ftrand van Wawaüiquarm
Hy beklaagde zieh zeer ovér veel lafte- Kakial,s
nngentegen hem uitgebraakt, beloofdegefprek
öp ’t ftrand van Kay tetto te komen woo-met hem.
nen, en alle de dorpen van boven tè zullen
af brengen 3 dög had niets minder in
zyne gedägten, want zyn befluit met Ki-
melaha Loehoe was niet af te komen, eq
pns niets toe te ftaan, voor dat Leliato
ook; yrcer vry zou zyn -op welken grorid
die van Cambello 09k weigerden ’t ma-
ken Van een fteene Logie op.hun ftrand
toe te itaan, föhoorii hiin Koning het
belaft had, ■
Ook bleef ’t gefqhil tüÖchen dékleene .
dorpen van Hoewamohél mét die-v a r ia v i
Loehoe nog als voren , zoo dat dèderfpan-
Heer Ottens genoodzaakt wierd een jacht n,8heid.
en een koopman derwaards te zenden,
om de nagelen af te halen, alzoo zy die
aan de Loehoeneefen iiiet wilden leveren.
gjHH E R D E H O O F D: S T U K.
Rednit > Noeflä Tplo gelegt. Patiwani verzinkt den Koning. van Macaflär
om hulp mt Kalnah s naam. . Laurens de Silvi, Koning ™» Soya overkdm. Heiden-
fche En moeite her mt gerezen. Thomas de Silva in zyn plaats rekmn
1559. De Bonoers komen tot ons over. Baros goguetft door Kafciah’s befiel Die van
Anm en Laala afgfvalle». Qefibil der Hitoeefe OrangKaja’s. Vemzeryen van Ka-
kiali, by de. Heer Ottens met veel geagt. De bezüting van Hitoelama geliebt Sleote
tyitng van zyn Macaffaars ontzet De Heer Landvoogd laß Cambello vergeefs I n
Laala door Wefterman verovord. Patiyiani’s komft met ontzet van Macafflr Die
van Loehoe en Hitoelama tot afvaigeperß. Moord op Leffidi, e» fieono veßingdaar
gelegt. En door den Kunelaha vrugteloos aangetaß. Ferdre bedryven van Kakiah en
van hem En trotfe taal des eerflen. De Heer Ottens doet een Hongh/erf* Ferbrand
Aflähoedp Enmaaktvrede met Caybobo. Ridjali om hulp na Maäflär gezonden met
aanbieding van de Ambonlche landen. Kakiak’s geveinsd verzoek, en’t mtvioerd Z n
vordro tooleg en bedryf De Heer Lucaffoon na Ceylon , daar de onzen Ncgombo
veroyeren. De Heer Ottens Ordinär,s Raad gemaakt. Nieuwe ßreken van Kakiali
venMt. Kirnclaha Loehoe’s gevemsd verzoek omvrede. De Heer Ottens gaat met
de Hongi na Bonoa. t ContraCi met |dezobve gemaakt. Eon baricaie op AITahoedi
gelegt. Nagelen d,t jaar afgefcheept. V Kafteel verbot erd. Oerien e» Liffibatta tot
ons overgekomen. Madjira’s eerfte opkomfl. Dos Kimelaha’s tweede geveinsd vetzoek
om vrede Jan Ontgerszoon op Hitoelama ye/eXl. Toeloecabefi’s djval. Madjira doot
Anm, Laala en Afflhocdi, tot ons overkemen enz. Iman Towale alsgezant na Ma-
caffar gezonden. En van Kunelaha Loehoe gevolgd. Het \dorp Tapi overrompeld.
Caybobo verzoekt om bezettmg. Amblauw in genade autonomen. Oerien dwr Ka- •
kiah i«4, vergeefs belegerd. Zyn,floate taal Tocloecabefi's werkomfl. Kimelaha
Loeho s wederkomß. Manipa verzoend. De Heer Ottens met de Hongi „it. Zyne
verrtgtmgen. Capitem Weftermans dooi. Siegte ßaat des Kafteels. De Heer Ottens
■ 2 5 - A A K È N; ; i l j
T638. JooJó " De Heer Domkens word voorzitter. Ridjali verbraml eenige dorpèn bj) Hitoe.
Kimelaha Loehoe’s verrichting op Wawani. Larike door Kakiali overrompeld. De
Heer Caan elf de Landvoogd À. 1642. 'Koning Hhamza’s brieven. Coracora’s .legen 7 . Maèaflaars ontzet uit gezonden/ Hoe die JLlpot doorde onzen ontfangen werd. Deszelfs
Hoof den door Kakiali misleid. $ e tiènr ’Caan 'Hterfterkt Larike, eh Oerien. Hitoe-
j : I r iama door de Macailaäreri^hSergdefs crangetäß. Diè dp van Öuthooms gezicht de vluebl
a nemen. Gelyk ook Kakialf Dapperhefd van de Heer van Outhoom. Vergeefß onder-
¡Hfneming van Moehot. Komft van de Heer Demmer, De, Heer Seroy als preßdent na
Temate; Votìnial met de Macaffaaren. Verbond van die van Hatoewe, en andre
'/ Ceratpfe dorpen. Kowß van Macaflàariè Baros ontrouw. Vergeeffe toeleg op
Maffklyri. ; Kimelihà Loehoe’s huvfejyk: De ffeert Cam bejegend Cajoan fcherp:
Hitoelama verßerkt. Dood van den ßoniiig van Noeflànivèhj doot zyn broedet vervan-
gen. Die borg voor 1000 Ryxdaalders moet fiellen. Jan Pais Hoofd gemaakt. Der .
Macaflàaren morren. Cambéllo v.erzoekt vrede. ‘ 7 Verdrag met hen gemaakt. Zeven
Macailaarfe vaartuigen Heeren »^ /Màékflàr. Cambello in bez&.genomen: Kimelaha.
■ • Lòehoe verzoend met ons.J ì)e Heer Démmer A. 164.Z. twaalfde Landvoogd;
Red ait
op No eft
fa Telo
gelegt. I" N dezèn tÿd vbnd dezë Lanávpogd
ook goed op het Noordelykft Eiland
van de arie gebróeders, en op
des zelfs IJoordclykften heuveleen
driekantige Reduit te leggen, waar
aan déh 18 Occober begonnen, en waar
in vooreerft ecn bezetting váfl 4b töldaä^
ten, en 4 princeftukjens gepilaatff wierden.
.
Patiwani Men hoordé óok, dat Patiwani met
verzoekt yo mattnén, en z Ltfamphps met een ge-
m’nevan van io bhaaren nagelen, den 7
Macaflar November na MacaiTar vertrokken was,
omhulp om* hulp te verzoeken ; waar by men
nitKakia-leçrde ,'wat men _van Kakiáli 9 en; zynen
Ifs naam.aanhang,te wagten,en vrat ftaät menöp
zyne geveinsde beloften te iriälcen hád^
- akoo alles maar diende, om ons in flaap
te wiegen , en tyd te winnen.
De Hitoeëfche OrangKaja’s, Baros,
Bermeja * en ToiohatOe, hier över aange-
T fprokën, ¿eiden, dät dit wél waar,1 dog
sspr. buiten hun kerinis gelèhied y/as j dat dé
Heer Landvoogd egter niet geloofde.
lAurens Het was ontrent dezen tya, dat Lau-
delSflva, tens de Sylva, Koning van Soya , ziek
Koning wierd. Gelyk hy een Chriften. in naam,
ovcrlc°y a n o g een Heiden in zÿn hàçt was,
' alzdo; ontbood hy een beroemdèriwiéhe-
laar .van Amblauw, om hem te zeggen^
wie oorzaak van zyn-ziekte ’was. Deze
wichelaar j wel w:etende, hoe men het
geerne had, en wie by dat geflagt ge-
haat was, bdchuldigde ten eerfte den
P,ati vz,n Soya. Zy behoefden (zoo hen
dagt) niet meer, om hem aan te klagen
by.den Heer Landvoogd* en dan te be-
Hcidcn- dcrveri. Zy vielen dán me^ een groot
^eber geweld daar over lclagtig aán zyn Kd; 5
rom o e i te49g die Heer, die van geen Mawei, of
hier uit waarzeggen,hield, toonde hem de valS-
gerczen. heid van die konft. Dit alles mögt niet
helpen, hy möeft evenwel gevangen
gezet werden. De Landvoogd deed dit>
dog zette den wicchelaar (die dit niet
haa konrien voorzien) tegen aller gedag-
ten 3 ’er by gevangén. Kort daar op,
'den 24 December ftierf die Koning, na Tilomas
dat hy groote pyn geleden had, en men” " " a
kóos den .8 Tanuari 163p zyn broederjpij/^ gc.
'Thomas de Sylva j als Koning in zyn koren A.
plaats. 1 . , v ’ ' o 1633.
Kimelaha LoehoekssA ondertufTchen met
14 Coracora’s in December een inval ontrent
Loehoe gedaan 3 dog met dit Es-
quadre uit Aflàhoedi , Erang en Cambello
byeen gezameld,weiniguitgèricht*
alzoo hy ten eerften door onze bezetting
verjaaga wiefd, voerende z of dtie vrou-
wen met zicH. Oók zeidd inen, dat hy
Aflahoedi begon fterk te maken, alwaar -
hy yö inan ¿van Bonoä geligt, geplaatft
had , oiri zieh des nooas, eri by *t verJ
Hes vari Cambello, daar af te bedienen.
Die van Bonoa, daar over zeergeftoord, DeBrfi
zyri onder ’t geleide der Leffidiers aan ’tnoërs ko-
Kafteel gekomen, en hebben zig, evenmcn tot
als die van Loehoe eenigen tyd daar aarions QYCr*
ook, met de E. Compagnie vereenigti
In. ’t begin van die jäar wierd oök O- Baros
rangKaja Baros, door toedoen van JT<?-Sc<luetft
halt I die 60 gewapende mannen met y ^ ,^
Iman Ridjali op hem ' atgezonden had, ftd. "
deerlÿk op tweeplaatzen gequetft * alleen
om aat hy belet had, dat Patt Toebdn
de clappus^boomen van Hila niet be-
klom , die mét éenig vdlk van Wawani
daar heen gegaän was ¿ om koft tegen de
Mooriche vaften te zoeken.
Die van Anin* en Laala leéfdennog Die via
al in geichil met'die van Loehoe, dieAnin cn
ook eiridelyk ons af- en den Kime/aba^k. aft
toevieleni dat Pati Loehoe$ en Madjira, den 2evallcfl.
zoon van Sabadyn al vooi'zegt hadden,alzoo
hy zieh te partydig tegen hén toonde.
< Op Hitoe rees in Febi*uari ook een
groot geichil tuflchenl meeft die de der Hi-
Hoofd-OrangKaja’s , térwyl zy op detoeëfeO-
bruiloft van Hongilamoe, den jongeri Ko¿ f*tngKa-
ning van Hitóe* en van de dogter väilJii s*
Bermela, waren. Daar wicrd ook zeer
fnibbig over ’t qtietièn van; Baros , dat
Kakiali gtweteri wierd, geíprokén 3 dog
Kakiali trok'zig dat niet aan* inaarbe-
Q.,3 looif*