
£j¡&g| B E S C H R Y V
toezyn nakomelingen daar van hebben
gegaudeerd j zo dat wy (onderfubmis
fie van U Wel Ed. Agtb. veel wyfe:
roordcel) van gevoelen zyn , dat, vol-
gens ’s Lands Wetten, en Çoftuymen
Nahoeloea, de Soons Soon van den t we-
dén Orangkaja van dezelve naam , tot
deze waardigheid de gcwettigfte is,bo-
ven dien ípreekt hy redelyk goed Ma-
leyts, -zynde de Qrangtoeha’s, en ’t ge
mqene volk, pok tot hem mçeft gcm
clineerd, latende voorts decifie yan deze
zaak, in alle fubmiffie, aan U Wel
Ed. Aght. .over.
Naar dat wy onderzogt badden , of
geen queftien , of oneenigheden, onder
malkanderen hadden, en die niet gevon»
den hebbende , begaven wy.ons naar
boord , met meergemelde Laffiapalla, van
Tehoewa , latende daar op ook ontbieden
den Orangkaja , Lucas Tamilaubefi, van
Tamilauw, met het pi. Hoofd van Toe
loeti, genaamd Nahoeloea, en zyn t we-
de item s Hapadican, met nog cenige
Orangtoeha’s, nevens den ingezeten van
Toeloeti, die , naar zeer iware won-
den van de Leymoeëfen ontfangen te
hebben, alleen van zyn Landsliéden
doen ter tyd met hem op Leymoe ge
weeft zynde, overgebleevcn was.
Welke Perfoonen dan alle by malkanderen
zynde, vroegenwy hem Las%
fiapala cerft a f, of hy ten tyde dat de
ingefeteeen van Toploeti op Leymoe
vermoord wierden, aldaar niet mede prefect
was geweeft , antwoordde hy van
necn , zeggende te dier tyd in zyn Negery
Tehoewa verbleeven te zyn.
Waar op dan dc hier prefept zynde
Toeloetiers dieswegens ondervraagd
wordende , waren in ’t eerft zeer aar-
felende , om regt uyt te antwoorden,
niet anders könnende bemerken , of de
zelven moeften door meergemelde Las-
fiapala, zeerbevreeft zyn, endatzyuyt
dien hoofde iet dorften ietwes ten zy -
nen laften inbrengen.
Eyndelyk egter vcrklaarden zy met
haar allen gefamentlyk, dat, ten tyde dat
zy Toeloetiers door die van Leymoe vcr-
moord wierden, driepçrfooncn, als La-
ha, alias Sihtewa , van Werinama , en
Lesfiapalla, met Malesfi, beide van Tç~
hoewa, tot haar waren gekomen, met
verfoçk , dat zy mede wüden naar Leymoe
gaan , alzo die van Leymoe met
die vanToelpeti aldaar iets te beraadfla-
gen hadden, en dat de Toeloetiers, niets
quaads denkende,daar op mede gegaan,
en zoo ellendig vermoord geworden
waren.
Niettegenftaande deze eenparige ge-
tuygenifle van vier perfoonen., bleef hy
Lasfiapalla,, egter by de negative hartnek-
kiglyk, periifteeren, variecrende als doen
Ì N G È V A N
in zyn Alibi, want daar hy van te vò-
ren gezegt hadde, dat hy in zyn Nege-
ry Tehoewa was verbleven, antwoordde
hy als nu , dat hy doen ter tyd, met
eenige ingezetencn van Toeloeiey, naar
Honimoa was geweeft:, om Sagoc te
verhandelet . j -
En wat moeytc wy, ook aanwend-
den, om hem tot bekentenis te doen körnen,
was ’t egter alles vrugteloos, als
hartnekkig by zyne ontkcntenis volhar-
dende zeggende zelfs., op afvragen,
meergemelde Laba. , oi.Sihtewa , van
Werinama -, niet : cens te kennen, veel
min met. hem tot Toeloeti geweeft' te
zyn.
Egter alle omftandigheden en getuy-
geniflen wel ovcrweegendc |$!wjr (on-
zes geringen oordceisLnicp anders den*
kem, ojF ’t rapport van Tamilaubefi, zo
wcl aangaande Lesfiapalla als Laba,r, alias
Sih tenu a, aan U WeLEd._Agtb. gedaan,
was met de waarheid accordcerende.'
Naar ycrrigting van. dit onderfoek,
lieten’wy *t gewoonclyk Avond-Gebed
wedcrom vcrrigten , en naar gehouden
Avpndmaal , ontrent ’s avonds ten 10
uuren, wierden op gewoone zcynfchoot
de dreggen wedcrom geligt, krygende
wy kort daar na een fraje koclte , die
ons. by ttarreligt zo ver voortfettc , dat
wy,D
ingsdag, den io* dito , ’s morgens
ontrent half 4 uuren, ontrent een .quìa'»
tier uyrs beooften.de Ncgeiy Haja . ten
anker quamen 5 om dat hot vlak voor de
Negery zeer recvagtig, en bygevolge
gevaarlyk te leggen was.
Naar gedaan Morgen-Gebed, begaven
,wy pns per Orembaay naar de Ne-
gery Haja, al waar .alle de Orangkaja’s
ook ycrfcheenen zynde ,. wierd Verga*
dering belegt, en daar in voor eer’ft
op de tafcl gebragt,-:hct .gefchrift, ’t
gcen door die van Tamilau, Toeloeti
, en Lcymoc , mocft ondertekend
worden , werdende de laatftgemelde
afgcvraagd, wat redenen haar gemo-
veerd hadden , om ’t zçlve gefchrift,
I door die van; Tamilau op Leymoe ge-
bragt zynde, niet te hebben willen om
derteekenen, antwoordden daarop zulks
çeweigerd te hebben , om dat den in*-
toude van dien , haàr nice, ter d^en
v.Q®rgehouden was:,- en.zy derhalven be-
fehroomd waren iets- té ondertekenen,
waar van haar de, inhoud; onbekend
vas*,.
Waar op haar nader afgevraagd wierd,
of niet iemand vari faaarc nabuurcn v en
wel fpeciaal de Radja’s van Werinama ,
enTouw , of wel de .Orangkaja van Haja,
haar van ’t ondertekenen van dat ge-
tehrife hadden afgeradén ,/ of wcl tot
dieweigering opgcftookt, antwoordden
zy
wla i v o b a
zy neen , zeggende niemand daar aan
fchiildig te zyn, maar dat zy uyt eigen
beweeging ae ,ondêiteekening hadaen
geweigerd, om dat de inhoua von . het
gefchrift haar, onbekend was , en niet
tegenftaande wy daar op zeer aandronr
gen, onder verfekering', dàt haar daar
over nicts quaads : zoude wedervarèn-,
konden wy egter niet verder komeri,als
blyvende de Leymoeëfen , by haar ge-
zcgde perfifteeren, en y totbékragrigmg
vari dit zyn zeggen, verzogt deGrarig-
kaja van Leymoe, dat hem, als nu, dén
inhoude van voorfz. gefchrift, mögt wer-
den voorgeleefen, op dat hy den. inhoud
van dien mögt kundig wezen,zo wierd
hem Zülks géaccordeerd, en den inhou*
de van dien^heói in’t Maleyts, doof den
onderfz. Jan Louis l Munniks, zynde
voôrgelezen , verklaarde h y , op àf-
vrage, den inhoud van dien wel ver-
ftaan te hebben, en .als nu bereid te zyn,
*t zelve nevens die van T amilau, en T oeloeti
, gefamentlyk te onderteekeneny
Wëlke onderteekening dan door de
Hoofden der voorfe. drie Negeryen
metharetweedens zynde gedam,' aaven
daar op,'malkanderen in voile Verga-
dering de hand, tot teeken van.toeko-
mende onderlinge ; vrindfchap , dog de
tweede van de Negery Leymoe., w ge*
naamd Seriata , was een wyl tyds tôt ’t
geeven van de hand ganfeh on willig,
egter op ons bével, *t zy uyt vrëeze, of
uyt5 goede mening, gafhy eyndeiykmede
, gelyk de andere, de hand onder
malkanderen.
! Waarop haar dan wel emftelyk yin ’t
algemeen wièrd gerecommandeerd y dat
geen van hen allen zig weder zoude on-
derftaan, zyn nabuurige bondgenooten,
met wie zy nu beloofd hadden in vafte
vriendfchap te zullen leven,in eeniger
hande manieren fe beleedigen, maar dat
alle voörgaande vyandfehappen enmoor-
deryeff , nu met - den dekmantel van
vriendfchap en eenigheid bedekt , en
daar onder als begräven , in eeuwige
vergeCtenis moeften gebragt werden , of
dat, zo Zy anders deden, dan de E. Comp »
(die deszelfs geduld niet al te lange kon
laten tergen) d’onichuldigen , ofbelee-
digden-, zöude te hulp komeri, en haar
aarigedaan ongelyk zoodanig wreeken.
dat de belcediger zyne nakomelingen
daar een eeuwigfmertelyk berouw o-
ver- zouden hebben , welke vermaning
zy alle met darikbäarheid beantwoord
den, en beloofden, zig aan geen toc-
komende beleedigingen, meer te zullen
fchuldig maken.
Hier naar rénoveerde de Orangkaja
vari Leymoe, zyn 5 verzoek reeds op
Werinama gedaan, dat hem mögt gepermitteerd
worden , buyten die van
mm A ¿ • 8
H b ja e en , Corcor älleeh 'te mögen
feheppen;,': zeggende daar toe in ftaat
te zyn y en die Görcor met ontrerit 70
man .van zyn onderhoorige te zullen
bemannen^ waar op, de Orangkaja vari
Haja opftaande,zcide z ig ,ten dezenop*
figte te refereren , aan zyn .gezegde op:
Werinama,- en dat hy zülks weT lyderi
mögt;, dog met deze conditiey dat by
aldien de Leymoeëfen tot het alleen
feheppen van een Corcor ’ onmagtig
mogten wezen , zy dan met- niemand
anders , dan ; alleen met hem , zouden
mögen feheppen-¿’’c welke doof die van
Leymoe aángenomen l wierd-,'; zeggende
, zo dra zy niet in ftaat bevonden
mogten werden, om een Corcor alleen
te feheppen , Ì zy zig dan gaárne wildert
onderwerpen , om in toekomendc met
Haja tc feheppen , ¡verklärende de O-
rarigkaja Fitameten , van ßonoa , dat.dic
van Leymoej over het koopen van een
nieuwe Corcor, met drie Gnadjo ’s ,
r.eeds met; hem in onderhandcling waren
, naar ’t welkë gehoord te hebben y
wy de Leymoeëfen, en die van Haja, te
gemoet voerden , dat wy dit U Wel Ed*
Agtb. fehuldpligtig zouden bekend maa-
ken, en zy-vervolgens daar, op.U Wel
Ed. Agtb. hoog-gecerde difpofitic konden
afwagten. ;... •• 3 tu •..
• Hier na lieten de eeapprèhendcerde
Orangtoeha’s , en Marmjo ,. van de Nc-
gery Nuniali, verfoek doen ,dat z y eens
mogteninVergaderingbinnen treeden ,
om eenig. verfoek te aoen,’t welk haar
zynde toegeftaan , verfcheenen daar op
de Orangtoeha*s j Elak Kafifi ' , Elak
Hatikoe , Elak Manoeelekoe, .met den Ma-
rinjó , Maccatita, zeggende de Orangtoeha’s
, dat, ten tyde zy van Nuniali
als gevankelyk wierden. weggevoerd,
zodanig door vrees cn fchrik bevangen
waren geweeft , dat zy de redenen tot
haar onfchuld .■ niet hadden durven o-
penbaren , en dat de Orangkaja Kakias-
fan, haar als de oorzaken van de önge-
rcegeldheden in zyn Negery , en van
hare quade intende tegens .de Eù Comp.,
hebbende befehuldigd , zy nu verzog-
ten, het tegendeel in zyn prefentie te
mögen aantoonen, dog haar daar op te
gemoet geVoerd xynde, dat zulks door
haar op Nuniali (als wanneer afgevraagt
werdende, of iers tegens den Orangkaja
'Kakiaffdn hadden , .van necn .tot ant-
woord hadden gegeeven) moeft - inge-
bragt zyn, verontichuldigden zy zig al
weaerom, op de voorfz;vrees,en fchrik,
en daar mcde-tot het noodige. verhaal
körnende, zeidendat:,.».Ti < ■'
a Ecritelyk ', zy altyd bereid waren geweeft
, om in gevolge van Comps, bevel,
haaf door den Orangkaja Kakiafian,
bekendgemaakt^ van den berg a f, zig
F f 3 met