HOOFDSTUK XVI. De Kaffervolken. ( Vervolg) .................................................. 247
IV. D e B e c h u a n e n . Verbreiding der Bechuanen. — Stammen.
Basuto’s. — Makololo’s. — Karakter der Bechuanen. — Wapens.
Metaalbewerkingfip Hutten. —• Verdeeling van arbeid. - - Familieleven.—
Staatsinrichting. — Parlement. 0 - Bijgeloof. ^ Regendokters. — Ceremo-
nien. — Broederschappen, -— Proeven der meisjes.®- Overlijden en begrafenis.
HOOFDSTUK XVII. De Kaffervolken. (S lo t).......................................................................... 257
V. De H e r e r o ’.s o f D a m a r a ’s en de B e r g - D a m a r a ’s. Lichaams-
uiterlijk. — Vermenging., — Sieraden en kleeding.^- Wapens. B - Oorlog. — -
Karakter. — Woning. — L ev en sw ijz e .|J| Besnijdenis. —: Huwelijk
Zang. — Karakter. — Communisme. — Godsdienst. — Vuurhaard.
Mythen. — Overlijden.— Berg-Damara’s |l|ljL itte ra tu u r over de Kaffervolken.
HOOFDSTUK XVIII. Znideljjke Bantn’s .................................................................................. 265
1. D e O v a m b o ’ s. Woonplaats. — Hutten, t-'-i Wapens. — KleedingM^jp,'
Muziek. Karakter./.“ Huwelijken. ;—- De Koningrapg Noordelijker stammen.
— Litteratuur.
HOOFDSTUK XIX. Znidelijke Bantn’s. (.Vervolg) . 270
II. H e t M a r o t s e - M a m b u n d a - r i j k en n a b u r i g e s t a m m e n .
. Geographische ligging. — V o lk ss tam m en ^ ^ ^O n tsta an van het rijk, ;
De Marotse’s. HT Bedrijven. '-4-, Muziek. —• Kano’s Batoka’s. — Wijze
van groeten. — Makalaka’s. — Bayeye’s.. :— Bakuba’s. — Levenswijze en
karakter der Bayeye’s. — Maschukulumbwe’s. — Litteratuur.
HOOFDSTUK XX. Znidelijke Bantn’s. (Vervolg)...................................................................... 278
III. H e t L u n d a - r i j k , K a s o n g o - en Ms i r i - r i j k . Ontdekking
van het L u n d a -rijk .'^ g De Koningin of Lukokessa.,',— Gezag van den
koning.' • - Handelspolitiek. — Dood van Muata-Jamvo.S i Begrafenis van
Muata-Jamvo. |EH ?Y ap e n s i|||g Huisraad. — Muziekinstrumenten. — Eer-
bewijzen.;—.'Landbouw. | f Fetischisme. H- Fetisch-priesters.rV-7 Kioko’s .—
Kasembe. —- Msiri-rijk. — Kasongo —* Gvnaekokratie.p-4- Litteratuur over
het fetisch’isme.
HOOFDSTUK XXI. Volken van Oost-Afrika met vaste woonplaatsen.............................. 289
I. S t a m m e n a a n h e t N y a s s a - m e e r e n de B e n e d e u -
Z a m b e s i. Tonga’s. E - Manganja’s. — Haartooi. —- Pelele of lippenring.
— Tatoueering. — Bedrijf. — Landbouw. — D o rp en .||||N ijv e r-
heidH Sj Het dorpsplein. — Begroeting van vrienden. — Sterfgevallen. —
Badema’s. — Banyai’sl — Hoofden. H- Ridderschap^^p Beteekenis der
vrouw. — Matriarchaat. fe- Jacht op olifanten. — Eigendom. — Babisa’s.
II. S t a m m e n t u s s c h e n de o o s t k u s t en de g r o o t e me r e n .
Mamwera’s. — Makua’s.KgH Makonde’s. Ä Wagogo’s: p f De Tembe. —
Wanjamwezi’s. — Arbeid. |||l|K le u r. — Lichaamsgesteldheid. — Tatou-
eering.|Vfp Kleeding. SBSHutten. Etiquette. — TromiSfp Zang en
dans. — PombeL/-^- Landbouw. — Veeteelt. — StaatkundeÄjSt Bloed-
broederschap. f l Victoria Nyanza.
HOOFDSTUK XXII. De Wahnma s t a t e n ..................................................................................307
Higgingder staten. — Bevolking. —' U g a n d a . « Geschiedenis. — Karakter. —
R e lig ieH J Invoer van het geweer. — Arabieren en Blanken. — Mtesa en
zijn opvolgers. — Mohammedanen en Ohristenen. ; Vestiging van het
Britsch gezag. Kleeding en bijgeloof. B H Hutten. — Wahuma’s volgens
Stanley. — Religie. — Amuletten. — Nijverheid. fp Dranken. — Jacht. —
Wapens. — Kano’s.p%|ei Wreedheden van Mtesa. — Wapensehouwing. —
Muziek. — Begrafenis. — Veelwijverij. — Unjoro. $$ Vrouwen der hoofden. —
Huwelijken. — Geboorte. — Erfenis.ps- Bijgeloof. — Toovenaars. —¡Nachtelijke
tochten. — Eten van menschenvleesch. — Bewoners van Karagwe. — Litteratuur.
HOOFDSTUK XXIII. De knststammen aan beide zijden der Kongo en in Neder-Gninea. 324
Algemeene opmerkingen.
I. D e k u s t v o l k e n t e n z u i d e n d e r Kongo. Angola-Negers. —
Killengue’s. §2 Mundombe’s. — Bangala’s.
II. K o n g o - v o l k e n . Geographische indeeling. — I . Bewoners längs de
Uust en in het zeegebied. —- Godsbegrip. — Christendom. — 2. Bewoners
van het gebied der kristallijne gebergten, der katarakten en van het
Kuango-district.%Sä Fiote-taal. á—!' Indeeling van den tijd. — Lijk-
gebruiken.'.~ü 3. Bewoners u it het gebied va n het groote woud. —r
Scheppings-sage. — Bestaansmiddelen. — Handel. — 4. Bewoners der
noordelijke gewesten. — Begrafenis-plechtigheden. — 5 en 6. De
oostelijke en zuidelijke gewesten en h u n bewoners.
HOOFDSTUK XXIV. Knststammen ten noorden van de Kongo.......................................334
Algemeen overzicht. -—“Karakter der Fan’s. Kleeding. 0 Nationaliteit. —
Wapens der Fan’s. — Schilden. -L- Jacht. —: Industrie, -gl Kannibalisme. —
Huwelijken. — Bijgeloof: '— Dansen te r eere van de volle maan. -Äi Maan-
feesten, — 1 Dualla’s. M Bimbia’s. — Bakwiri’s. — Bubé’s op Fernando-Po. —
Litteratuur.
HOOFDSTUK XXV. De Sndanvolken......................................................................................343
Algemeene opmerkingen. :— Volkenvermenging. — Toestanden in Sudan. —
Invloeden van den Islam,,— Statenvorming.
I. B e w o n e r s v a n d e k u s t v a n O p p e r - G u i n e a . Indeeling der
kust. — De Ibo’s l p l Talen. — Benin. — E p h e -N e g e rs .|||| Staatkundige
toestand en levenswijze. S Dahomeh. |é - Inbezitneming door Frankrijk. —
Het koningschap in Dahomeh. ||p |§ P le e h tig h e d e n voor den koning. -
Fetischen. — De Amazonen in Dahomeh. — Bewoners van de Goudkust. —
Het Aschanti-Rijk. — Gewoonten der Aschanti’s. — ‘ Wapenen.fpl|Erfopvol-
ging. — Fetischen. — De Crooboys of Kru-Negers. §|- Litteratuur over de
volken van Opper-Guinea.
HOOFDSTUK XXVI. De Vrijstaat L ib e r ia ...........................................................................362
Stichting van den Staat en geschiedenis. | | | | Bewoners van Liberia. -
Vereenigingen. Sí- Godsdienst. — Onderwijs. p - Litteratuur.
HOOFDSTUK XXVII. Eenige volksstammen in het achterland van Opper-Gninea . . 367
I. De J 0 1 o f ’ s,
II. D e M a n d i n g o ’ s of M a n d i n k a ’ s.
III. D e S e r e r ’ s.
HOOFDSTUK XXVIII. Volken in den Midden- en Oost-Sndan........................................ 370
I. De F u l b e ’ s of F e l l a t a ’s. V e rb re id in g ||ä | Karakter. — Sokoto.—
Kano. — Industrie te Kano.
II. D e S t a t e n om h e t T s a d - m e e r . Kanuri’s en hun verbreiding.—
Uiterlijk der Kanuri’s | | | | | Stammen, ¡p-g Arabieren in den Sudan. —
Schoa’s. — Buffeijacht. Dansen. -¡¡|§ Vrouwen. Kanem. — Visch-
vangst op het Tsad-meer. j^<|,Bornu. — Levenswijze in Bornu. -
Staatswezen. — Bagirmi. — Staatsbestuur. — Wadai.jW Toestand der
vrouwen. — Dar-For. — F u r’s en Arabieren. -— Litteratuur.
HOOFDSTUK XXEX. De volken aan de Boven-Nijl en in het binnenland.......................383
I. N e g e r v o l k e n . De Boven-Nijlstreken.ylÄjg Dinka’s. — Madi’s. —
BarPs. — Schilluk’s. —. De Djur’s. — Industrie. — Pijpén. -P Schuli’s. —
Madi’s. — Kleeding.— Geboorte. 0 Dorpen.
II. L i c h t e r g e k l e u r d e s t a m m e n . De Niam-Niam’s. pÄ P h y siek e
gesteldheid. ■— Bongo’s. —.. Vrouwen-versiering. —• Hutten. Landbouw.
— Voedsel. — Slaven. — Trommel-signalen. --— Industrie. — i■