De Berbers.
In de eerste plaats willen wij ons met de Berbers bezighouden, een overblijfsel
der oude Hamietische bewoners van Noord-Afrika. Men duidt hiermede de bevolking
aan, die tot de 7®. eeuw na Chr. het noord westen van Afrika bewoonde en in dien
tijd door de Arabische legers werd onderworpen. Hassan Ibn Numan, de stadhouder
van Afrika, wist de Berberstammen, die onder een als priesteres of profetes hooo-
geëerde koningin, bij de Arabieren Kahina, d. i. „toovenares” genoemd, tot nieuwe
kraehtsinspanning gedreven waren, door de hulp van een verrader te overwinnen en
de koningin te dooden, 697 na Chr. Daarna keerden de Arabieren hun wapenen
tegen de stad Karthpgo, die nog altijd in Grieksche handen was, maar eindelijk, in
699, na de overwinning op de Byzantijnen, een prooi der vlammen werd. De oude
wereldstad, die te midden van zoovele stormen was blijven bestaan en na zooveel
vernieling telkens weer opnieuw was opgebloeid, een gevolg van de voor dien tijd
günstige ligging, bleef thans twee eeuwen lang een doode stad, en Tunis trad weldra
m haar plaats. De Arabieren vestigden zieh thans. aan de kust, ondernamen roof-
tochten naar Sicilië en Sardinië, onderdrukten de oproerigheid der Berber-stammen
met het zwaard, dwongen hen tot aanneming van den Islam en trokken zegevierend
door Afrika tot aan de kusten van den Atlantischen Oceaan. Wat of wie zieh tegen
hen verzette, werd onverbiddelijk neergesabeld of te gronde gericht; vrouwen en
hinderen werden in slavernij verkocht. In deze verwoestende oorlogen gingen de
laatste sporen der beschaving van het stedenleven en van de burgerlijke orde, die
hier gevestigd waren, te niet. De vruchtbare velden, die in den tijd der Puniërs
op bloeiende tuinen geleiten en in de laatste jaren van de heerschappij der Romeinen
de behoefte aan koren in Italië aanvulden, werden woestijnen en de nomadische
Berberstammen, de nakomelingen der oude Numidiers èn Mauretaniërs, zagen
eindelijk, nadat hun flinkste en dapperste mannen in den strijd waren bezweken en
het gebied van Fez en Marokko-tot de kuststad Tanger in de macht der Arabieren
was gevallen, van den strijd af en traden met de overwinnaars, waarmede zij in
zeden, karakter en levenswijze veel overeenkomst hadden, in nauwe betrekking,
zoodat zij tot één vollt samensmolten. De Berbers streden vervolgens ondèr de vanen
der Khalifen, om den Islam te verbreiden, en van dien tijd af werd Noord-Afrika,
eens de zetel van Romeinseh-Christelijke beschaving en zeden, uit de rij der
beschaafde landen geschrapt. Bereden Bedoeienen-stammen grondvestten op de puin-
hoopen dier cultuur Mohammedaansche rooverstaten ; het licht der Christelijke leer
werd uitgebluscht en vervangen door de heerschappij van den Islam, die in de
8 e eeuw reeds algemeen was.
Het bovenstaande geeft ons een enkel bedrijf uit den grooten strijd, dien de
Arabieren in Noord-Äfrika gevoerd hebben, en men kan er uit afleiden, dat na dit
procès, hetwelk eeuvven duurde, weinig zuivere overblijfselen der oorspronkelijke Berbers
in Noord-West-Afrika gevonden worden. Toch wordt de bevolking in Noord-West-
Afrika van den Atlantischen Öceaan tot de oasen van de Lybische woestijn nog als
Berbers aangeduid, en al vindt men de onvermengde nakomelingen niet meer, toch
tre ft men er nog typische eigenaardigheden aan van het volk, in dien ethnographischen
smeltkroes gevormd.
Men kan de Berbers verdeelen in drie hoofdgroepen : de Amazirghen, de Schelluh’s
en de Kabylen (van Kebail Arab = stam).
De Ama z i r g h e n , 2—21/» millioen in aantal, bewonen Er — Rif, het land ten
noorden van den Atlas en het gebied ten oosten der Uad Kurt. De S c h e l l u h ’.s of
Schloh’s, pl. m. 1.4 millioen in aantal, wonen tusschen 32—38° N.Br. van de kust
to t den meridiaan over El Arisch. De Ka b y l e n vindt men in Algiers en Tunis;
in eerstgenoemden staat ongeveer 760.000. Deze zijn hoofdgroepen; het werkelijk
aantal Berber-stammen is legio.
Tot de Berbers worden door sommigen ook nog gerekend de volken van de
Sahara, als de Sanhadscha’s in het westen, de Tuaregs in het midden, de Teda’s
of Tebu’s in het oosten. Wij zullen deze echter afzonderlijk behandelen.
W a t het uitwendig voorkomen betreft, kunnen de Berbers van het land nog het
best als normaaltype der Hamieten gelden. De huidkleur is betrekkelijk blank.
E E N GEZXN VAN KABYLEN (B E B B E B S ).