Bij de Kaffers is polygamie algemeen. Omirent het aantal vrouwen wordt in het
wetboek der traditie, dat ook de Kaffers volgen, geen bepaling gevonden. leder
g -..y
.vrnTnDfr-
OPTOCHT VAN DE BRUID.
man mag zooveel vrouwen koopen, als hij kan beköstigen, en in den regel neemt
hij meer vrouwen, naarmate hij rijker is. Een gewoon man moet zieh meestal met
een vrouw vergenoegen; Goza, een mächtig opperhoofd, wiens portret wij gaven,
bezat we) een paar dozijn vrouwen. De koning heeft een buitengewoon groot aantal
vrouwen. De ouders komen eerbiedig bij hem, om den vorst hun doehters aan te
bieden, en eischen er geen betaling voor; het is hun reeds een eer, wanneer hij die
geschenken aanneemt, en voor den Kaffer beteekent het heel wat, een dergelijk geschenk
te geven. De koning heeft in de kralen van alle deelen des lands gewoonlijk een
aantal vrouwen te zijner beschikking, zoodat hij zieh overal tehuis gevoelt, waar
H zijn residentie heeft. Meestal weet de koning op geen vijftig na, hoeveel vrouwen
hij bezit, en evenmin kent
hij hen allen; daarom laat
hij zijn huishouding streng
bewaken, opdat geen der
vrouwen, die hij soms
rhocht verwaarloozen, zieh
aan de liefde van een
ander oyergeeft. Meestal
verkrijgt een der vrouwen
een zekeren voorrangboven
de anderen; wij zagen echter,
dat dit bij Chaka niet
het geval was.
De gebruiken bij de ge-
boorte van een kind komen
bij de oostelijke Kaffers vrij
veel overeen. Onmiddellijk
na de geboorte wordt de
medieijnman geroepen, die
zieh volstrekt niet met de
moeder, maar uitsluitend
met het kind bemoeit.
Hieraan . verricht hij een
operatie, eenigszins over-
eenkomende met de vaeci-
natie. Hij maakt in ver-
schillende lichaamsdeelen
kleine insnijdingen, wrijft
er geneesmiddelen in en
vertrekt. Den volgenden
dag komt hij bij het onge-
lukkige kind terug, maakt
de insnijdingen dieper,
en wrijft ze opnieuw in
met geneesmiddelen. Het
kind lijdt hierdoor natuur-
lijk veel pijn, doch de plicht
is vervuld. Vervolgens
wordt de kleine gewasschen
en gedroogd door het in
den rook van houtvuur ■wteg e e n e r a a n z d e n l u k e v r o t tw .
heen en weer te bewegen.
Later wordt het kind met een roode verf besmeerd, die telkens vernieuwd wordt,
wanneer zij is afgesleten. Misvormde en ziekelijke kinderen worden niet grootgebracht;
er zouden geen krijgslieden of huwbare doehters u it groeien.
Eenige dagen na de bevalling vangt de moeder gewoonlijk den arbeid weder aan.
Het schijnt, dat deze gebeurtenis bij de natuurvolken gemakkelijker plaats heeft
dan bij de meer beschaafde volken. De moeder neemt gewoonlijk het kind mede
naar den arbeid; zij draagt het bij zieh in een stuk van een of andere zachte huid,