4+o Y S - Z E E . Y V O I R.
men die verbazende ysbergen, die zoo noodlottig
voor de Zee-lieden zyn. Een der
plaatzen van de Y.s-Zee., in welke.zy het
meenigvuldigfte zyn., is de.Straat Waaigat,
die het grootfte gedeelte van het jaar bevro-
zen is; het ys ’t geen haar bedekt, wordvan
de ysfchörszen gevormt, die.’er de Rivier
de O b y , byna geftadig in afvoert.. Z y zetten
zich op de Kuilen, en verheffen zich tot
.een aanmerkelyke hoogte aan de beyde zy-
den van de Straat.: het middelite gedeelte
.van de Straat, is de plaats die het laatfte
bevrieft , en op welke het ys de minfte ver-
hevenheit heeft; de Schepen die tot de Wal-
vifchvangft naar Spitsbergen varen , komen
’ er in de maand July aan, en vertrekken weder
op den 15de Auguilus : zou men geloven
konnen , dat zy ’er in dit jaargetyde,
.zomtyds meer als vier hondert verbazende
Ijsklompen ontmoeten , die zeftig., zeventig
.o f tachtig vademen dikte hebben, -welke van
de met ys.b.edekteKuilen, afgefcheiden zyn,
.en in de openbare Zee dryven : men heeft
plaatzen op welke het fchynt, dat de Zee
tot aan.haren bodem bevrozen is ; het y s ,
.’ c geen boven het oppervlak der Zee ver.-
.heeven i s , is zoo helder en glansryk,, als
JGlas., .. .
Alle de Zee-lieden getuigen dat men mede
zeer veel ys in de Noprdelyke Zeen van
Amerika , enz., heeft. Robert Lad ze ch t,
dat de Bergen van Frisland, geheel met
■ fneeuw , en alle de Kuiten met ys bedekt
zyn , even als met een bolwerk , ’ t geen
. niet duld dat men haar nadert. Men vind in
deze Z e en , Eilanden van zoet y s , die meet
als een half uur in omtrek beflaan , en wier
toppen boven het oppervlak van het water,
de hoogte .der mailen van de grootfte fchee-
pen overtreffen, en zeventig o f tachtig vademen
diepte in Zee hebben. De Eilap-
, den van Ys o f Ysbergen , zyn zoo beweeg-,
.ly k , dat zylby ftormachtig weder, de vaart
van een- Schip volgen. Wanneer deze verbazende
ysklpmpen verbroken, worden , o f
f zich van de met ys bezette Kuilen affchei-
.den, zoo verwekken zy een zoo groot geraas
, dat het onmpgelyk i s , om het uit te
: drukken. "Schoon men vegl ysbergen naby
;Nova Zembla v in d , zoo is het mede’ niet
zeldzaam dat men ’ er naby Terra del Fuego
. ontmoet. Wafer ze ch t, dat hy verfcheide
. van deze dryvende Eilanden van Y s , gezien
h e e ft; waar van eepige , hem ,;e en lengte
van een o f twee uurén fehenen te hebben,,
.en het hoogde van alle fcheen hem vier o f
v y f hondert voeten hoog te z,yn.
W y hebben hier voor gezacht., dat men
zeden lang , telkens epnen doorto.cht door
het Noorden, naar de Öoft-Indiën zoeki,
.maar door de vrees van een te groote kou-,
de, wanneer men de pool te naby.koomr,
heeft men zich niet >verr,e genoeg van het
Land verwydert, en men heeft de Zeen
door het ys , gefloten gevonden. Echter
.fchynt het waarfchynelyk , dat men mm-
der ys in de volle Zee heeft, als naby de
Kuilen , .alwaar de Rivieren zich .met haar
y s , ontladen : pehalven dit,, weet men.,
dat eenige Hollanders , welke de Pool zeer
naby gekoomen waren, ’er eene opene en
.ilille Zee , en een gematigde lucht gevonden
hebben; dit is miifchien niet onmoga-
■ lyk in den Zomer , ter oorzake van de ge-
itadige aanwezigheit der Zon , geduurende
zes maanden, omtrent den Noord-Pool. Zie
de artikelen Y s , Y s b e r g e n , K oude,
en V orst. Wy herhalen het noch eens ,
het is alleen omtrent de Zee-Kuilen , in de
ilille ftreeken der Z e e e n in de ftreeken
o f golven van de bevrozen luchtftreeken ,
en op alle plaatzen alwaar de Rivieren een
groote meenigte zoet water en ysfchörszen
uitgeeven, dat de Zee bevrieft,, en de aan-
een-gehechte ysfchörszen , ilrekken zich
.geen twintig uuren van de Kuiten uit,
Y T A H U . In Paraguay., geeft men dezen
naam aan een foort van Holle Verfteende
Jicbamen. Zie V e r s t e en d e L icha men.,
(H01.J.E),
Y V O I R , iEbur. (" Ryvoegz. ) Dus
noemt men de groote o f ilagtanden der
Olyphanten. Deze ilagtanden koomen ter
weijerzyden van den fnuit dezer Dieren,, in
den vórm van lange hoornen , voort. De
.Kooplieden in ’ c g ro o t, geeven den naam
.van Elpenbeen aan deze tanden : men geeft
dien van jPluweel-pwart, aan ’ t been-zwart,
,’ t geen met water fyn gewreeven , en to,t
een foort van koekjes gevormt is , men ge-
-bruiktdit ip de -.Schilderkonil, .enz, zie op
;he.t artikel O p y p h +tjt.
. Wanneer men de dwars-fnede van ha£
Yvo ir befchouwt., zoo ziet.men , gelyk de
Heer Daubentan zecht ,. dat het uit kegel-
wormige 5 e.v.en-middplpundge , en by-eenge.
Y V O I R . Y V O I R . 44t
gevoegde lagen , te zamen geftelt is. De
nolligheit van dat gedeelte van den tand , ’ c
geen het naafte by den kop geplaacil is , is
met vleefch vervult, ’ t geen nieuwe lagen
fchynt te vei’fchaffen , die achtervolgens in
been veranderen, en zich.aan den tandhech-
ten , naar mate dat hy aangroeit.
. Wanneer deze ilagtanden geheel zyn ,
indien het niet te lang geleden is,-dat men
hen van den Olyphant afgefcheiden h e e ft,
en men hen doorfnyd, zoo vind men
dat zy een Olyfkleur hebben , die met een
weinig groenachtig gemengt is. Het Yvoir
word, in dezen ilaar, door de Werklieden,
groen Tvoir genoémt,: dit yvoir word witter
, naar mate dat bét droogt; hier om {lellen
de werklieden het yvoir , na dat zy bet
be-arbeid hebben , voor de warmte van het
vuur bloo t, om het den trap van droogte té
doen verkrygen , die bet tot'dien ilaat van
witheit brengt, welke alle zyne waarde en
verdienfte uitmaakt. Dit zelfde wit-yvoir,
word geel wanneer het voor de lucht bloot-
geilelt blyft ; hier om befluit men die kleine
werkjes van yvoir die men in hunne zuiverde
witheit bewaren w i l , in.doofen, die
met glas befloten zyn. , Men w i l , dat het
groene yvoir van het Eiland Cylon , en het
Eiland Achand, nooit geel word, gelyk dat
van de vafte Kuil ; het is om deze reden,
veel hoger in prys als het- andere.
Voor ’ t overige, wanneer het yvoir door
de lucht geel geworden is , zoo is men gewoon
om het zyne eerfte witheit weder te
doen verkrygen , dat men het voordendaauw
blootftelc , en byzonder voor dien genen ,
die gedurende de maand Mey v a lt , om dat
hy alsdan overvloediger is; maar men moet
zorgvuldig yermyden dat ’ er de Zon niet op
fchynt, want z y zou het, door het te fterk
te droogen, doen barften.
■ Behalven dat het Yvoir aan geel worden
onderhevig is , zoo heeft het noch eenige
andere hoedanigheden , die het gebrekkig
maken. De Yvoirwerkers , verwerpen het
yvoir waar van de vezelen te zichtbaar zyn,
en dat gene dat gevlakt is : zy beteekenen
het eerfte door de benaming van gekorreld
yvoir, en zy geeven den naam van bonen aan
de'vlakken : deze vlakken worden door een
gebrek Veroorzaakt , gelyk door een vermolming
ó f ander gebrek : zy zyn van ver-
fchillende grootens , en dringen meer 6 f
min diep in het yvoir in.
Dekorl van hetyvoiris minder zichtbaar in
de in de lengte loopende fnede van het yvoir,
als in de dwars fnede , om dat de vezelen
’er zich alleen op eenige plaatzen in kruis-
fén , en zich op andere in ’ c geheel niet
kruilfen ; hier om fchatten de Schild+rs de
in de lengte loopende fnede hoger, wanneer
zy op het yvoir fchilderen willen. De
Yvoirwerkers fchatten dit zoo hoog niet
om te verkoppen ; w an t, hoe minder korl
het yvoir h e e ft, hoe meer men genegen is
om het voor been aan te zien, wanneer men
niet in ilaat is om het aan zyne gladheit, en
aan de geringfte byzonderheden van deszelfs
zamenftel te herkennen. Om doorkonftge-
maalcte tanden zamen te ftellen , . zoo fenat
men het yvoir hoger, ’ t geen uit den fchors
van den tand genomen is , om dat dit het
hardile-is , en. zoo ligt niet geel wo rd;
maaar het yvoir van de tanden van het Nyl-
paart, -is noch hoger te fchatten : zie N ï l -
p a a r t .
Y V O I R van den N A R H W A L .
Dit is het wapentuig van den Eenhoorn-
vifcb: zie dit woord , op het artikel W a l -
v i s c h .
De Heer Ogier , voormaals Afgezand van
Vrankryk , aan het Hof van Denemarken,
heeft handrottingen van dit fóere van Yvoir
doen vervaardigen. W y hebben opgemerkt
dat zy alzoo blank , glansryk hard , en
zwaar zyn , als o f zy van gemeen yvoir gemaakt
waren. De bekwame Koppenbaag-
fche.Konftenaar, die dit yvoir op de draaibank
be-arbeid heeft ; nam in acht om alleen
van het pyramidale gedeelte van dezen
hoorn, gebruik te maaken , vermits dit het
volfte is , en de minfte ; uitholling heeft.
Men vind tot in hef middelpunt, een gering
kenmerk van de krultrekken , waar mede
deze hoornen natuurlyk uitwendig ver-
fierr zyn. Deze rottingen zyn zeer recht ,
en hebben' vier o f v y f voeten lengte : men
heeft geen Olyphans-tanden welke groot genoeg
zyn om ’er Hukken uit te neemen die
zoo lang zyn , en geen bochten hebben.
De Heer Ogier bewaart mede in zyn Kabinet
, de opperkaak van den Vifch , in welke
deze hoorn o f tand, ingevat was; en met
hem te befchóuwen , hebben w y opgemerkt,
dat de holligheit, o f het foort van
tandkas, horifontaaj is , en zich in het linker
gedeelte van de kaak , geplaatft vind:
K k k deze