*92- F A N I K K O O R N .
neer het zich , even als den Egel klootwys
kromt. Deze fchubben zyn zoo groot, zoo
hard en zoo fcherp, dat z y alle de Verfcheu-
rende Dieren afïchrikken: dit is een aanval-
lenc fchild, zecht de Heer de Buffon, ’t geen
te gelyk kwetft , en wederftand bied ; de
wreedHe en verhongertft'e Dieren, gelyk de
ïy g e r en Panther , wenden alleen vruchte-
looze pogingen aan om deze gewapende Dieren
te verflinden; zy trappen hen, rollen
hen ; maar te gelyk bekomen zy fmertelyke
wonden , zoo ras zy hen willen aangrypen;
zy konnen hen, noc-h overweldigen, noch
verpletten, noch verflikken , met herr door
het gewicht van hun lichaam te drukken.
D it zyn onder alle Dieren , zonder ’ er zelfs
het Stekelvarken van uit te zonderen , die
gene, wier wapentuig het flerkfte en belee-
digemfte is; in diervoegen , dat zy met hun
lichaam in te trekken , en hunne wapenen
op te zetten , de woede van alle hunne vy-
anden trotzeren konnen.
Wanneer-dePangoling enPhatagin zich te'
zamen rollen , zoo neemen zy , gelyk de
Bgel , geen bolronde en'gelykvormige gedaante
aan; hun lichaam neemt, met zich té
zamen te trekken een balswyze gedaante aan;
maar hunne dikke en lange Haart, blyft uitwendig
, en dient tot een kring o f band aan
het lichaam. Dit uitwendig deel , door
welk het fchynt dat deze dieren- aangegrepen
konnen worden , verdedigt zich zelfs ; het
is onder en boven met fchubben bezet, welke
alzoo-hard en fnydende zyn , ais-die gen
e , waar-mede het lichaam bedekt i s , en
de zyden van den Haart zyn met fnydende
Ichubben bezet, waar door by beveiligt word.
Maar het Menfchelyk Geflacht, zegenpraak,
door kracht en geweld * over alle de foorten
van Dieren. De .Negers eeten het vleefch
van den Pangoling en Pbatagin, ’t geen zy
aangenaam en gezond vinden , en zy bedienen
zich van hunne fchubben tot verfchei-
ue kleine gebruiken.
De Pangoiing en Pharagin, hebben niets
affchuüvvlyks als alleen de gedaante; z y zyn
zachtaardig , onfchuldig , en doen geen nadeel
: zy voeden zich alleen met Infedten;
zy lopen langzaam , en wyken wanneer zy
konnen op het aannaderen van het gevaar- in
de gaten der Rotzen, o f in de holen die zy
zich vormen^ en in welke zy hunne jongen
werpen.
F A N O R P A . P A P A Y A .
kelk van het Panikkoorn , zecht de Heer
Adanfon, heeft twee ballen, en bevat twee
bloemen, waar van de eene hermaphrodi-
tiefch , en de andere mannelyk o f misdragen
i s ; en zy word van een omkleedzel omv
a t , , ’t geen uit tien fchubben beftaat, welke
naar varkensborflels gelyken , o f uit e_en
eenig ft uk, ’t geen in tien ó f dertig Hekels
ingefneden is. A lle de foorten van Panikkoorn
hebben drie helmflyltjes, twee flam-
pertjes en twee lidteekens by wyze vanPen-
feelen. De fchede van hunne blaadjes is
platachtig aan de zyden , en is met een.
kroon van hairen b e ze t,, o f heeft dezelve
niet.
P A N O R P A , Panarpa, aitt Mufca
fcorpiura. Dezen naam geven verfcheide
Natuuronderzoekers aan de Schorpioen-Vliegt
die dus , om haar achterile d e e l, genoemt
word, ’t geen naar dat der Schorpioen ge-
lykt: dit is de BaHaart-Wefp van Swammer-
dam , die de Druiven befmec; zy onthoud
zich mede in de Weiden. Z/V.Sch-orpi^
o en - V l ie g .
P A P A R O L Dezen naam geeft men
aan een foort van Granaat-appelboom met
dubbele bloemen: zie G r a n a a t - a p p el^
boom;
P A P A Y A . ( Byvoegz. en Verbet.) Dit
is een Boom die in de OoH-Indiën, en in
Amerika g ro eit; men onderfcheid ’er twee
foorten van, een mannetje, en een w y fje ;
deeerfle, zecht FeuilUe, brengt alleen bloemen
, en geen vruchten v o o r t, . en de tweede
,draagt geen vruchten zoo hy door den
eerften niet bevrucht word, gelyk men zulks
mede in de Papayas opgemefkc heeft, die in
de warme Hoven van den tuin des Koninps
van Vrankryk gebloeit hebben, en alle wyfr
jes zynde , by gebrek van mannetjes , geen
vruchten voortbrachten. Pifo.n verzekert
echter, dat iedere Boom in ’ t byzonder,
bloemen en vruchten voortbrengt , zonder
de tuHchenkomH vaireenen tweeden , nodig
te hebben. Het onderfcheid , ’ t geen
men ’ er in opmerkt, is, dat het foort ’t geen
men het mannetje noemt ,. bladeren voortbrengt,
welke kleinder als die van het wyfje
z yn , en dat het gemeen in de boffehen is.
De w y f jes zyn ’er zeldzamer, en worden
in de Tuinen aangekweekt; meer dan de
onderfle. helft .van. den Ham in het eene en
a n d c i -
R A N I K K O O R N . ( Byvoegp...) De
PA PENH O U T . P A P IE R R IE T v: d: N Y L .
'andere fo o r t , is bladerloos, het, over jge is
’er beurtelings mede bezet, maar heeft geen
takken , en is met - een afchverwige fchors
bedekt. Mogelyk dat deze .onderfcheiding
ofverfchii van S.exe in de Papayaas alleen
van bunue vruchtbaarheid voortkcómt, wanneer
men de eene als Wilde , en de andere
als aangekweekte befchouwt. Wat den Papaja
wy fje betreft, zyne bloemen zyn zoo
groot als die van het Zvvaardkruid , zy be-
Haan uit v y f geele blaadjes. • Zyne vrucht
die men mede Papaya noemt, hangt aan het
boven einde van den Ham , naby de plaats
alwaar de Heelen en bladeren uitfpruiten.
De during van den Papaya is niet langer dan
vier o f v y f jaren, hier na verderft zyne top
en dit doet den geheelen boom Herven.
P A P E N PI O U T . ( Byvoegz. ) Dit
boompje , wiens Ham recht is , lchiet ter
hoogte van zes o f zeven voeten o p ;, het is
gefehikt om inde fchuilplaatzenof luHbofch^
jes geplarit te worden. De feboone roode
kleur van zyne vruchten , verfchaft een vry
fchoon gezicht in den herftl.
Men onderfcheid verfcheide andere foorten
van Papenhout; te weten , het Papenhout
met witte vruchten ; dat met Roode vruchten
, ’ t geen men in Hongaryen , Moraviën
en Neder.-OóHenryk vind ; het Papenhout
met breede bladeren , o f het Groote Papen-
bout; dat van Virginiën, waar van men twee
foorten h e e ft, het eene laat zyne bladeren
vallen ,. en het andere blyft altoos groen.
Gelukkig hebben alle de tamme Dieren ,
eenen natuurlyken af keer voor dezen Heester
, die zeer fchadelyk is. De Infecten
zelfs , koomen ’er nooit op. Het poeder
van de zaadhuisjes van het Papenhout-, over
het haft en de ltleederen' geftrooit zynde ,
dood de luizen. Men trekt een roode verf
uit het omkleedzel der zaden. Zyn hout,
,’ t geen geel is , gehoorzaamt aan den beitel.,
en word zomtyds tot Bceldfnyders werk gebruikt.
P A P I E R R I E T v an den N Y L .
( Byvoegz.) Bladz. 239. ade kol. regel 12.
van onder. De Japanners bereiden hun Papier
van den fchors van den Confchy...., een
zeer dikke Boom , die in hun Land groeit.
Zie hier de wyze op welke zy dit verricht
ten. Men kapt den Boom gelyks de aarde
a f ; hy fchiet vervolgens nieuwe fcheucen
uit.: .wanneer deze de dikte van een vingej:
•
P A P Y R : P A R A G :-K R : P A R E T : 29$
verkregen hebben , zoo kapt men hen a f ,
men laat hen in een ketel kooken tot dat ’er
de fchors zich van affeheid , men droogt deze
fchors en laat haar noch twee malen kooken
, met haar, geftadig om te roeren, ten
einde ’ er; een foort van pap van te vormen -
men verdeelt en verplet haar noch meer
in houte mortieren; men plaatft deze pap in
Vierkante doofen, op welke men groote ftee-
nen lecht om ’er het water uic te drukken:
men plaatft deze ftoffe op vormen van koper,
en-handelt verders op de wyze der Papiermakers,
P A P Y R A C E A . De Natuurkundigen
geven dezen, naam aan een foort van witte
Nautilus,'die men in de Middelandfche Zee-
vind , en zelfs aan verfcheide andere foorten
van Schelpen, wier rok zoo dun ais papier
is', in plaats dat de andere fchelpen van
het zelfde gedacht en foort dik en zwaar-
zyn.
P A R A G U A 'Y 'S C H -K R U ID : Dit
is een Plant , die , volgens eenige Schry»
vers, onder het getal der Caflïnes o f Thee
der Appalaches kan geplaatft worden ; om
dat zy ’ er den reuk en fmaak van heeft..
De Zendelingen die in Paraguay geveftigt
zyn, dry ven ’er een zoo aanmerkelyken koophandel
-met hunne zuidelyke naburen mede,
en vooral met de Spanjaarden , dat zy ’er in ■
verruiling alle de waren voor bekoomen die
tot de behoeftens van hun Land nodig zyn :
zy hebben de opiettenlieit om het alleen in
een grof poeder te verkoopen , ten einde de
vorm der bladeren te verbergen , , die deze
Thee uitmaken , .waar van men een menigvuldig
gebruik in Peru, Spanje, enz. maakc.
Het fchynt echter dat dit de Thee van de
Zuidzee is , en mogelyk die gene , die men
Thee van de Rivier van Lima , noemt. Zie
T hee v an M a r t in iq o e , en T hee
o f C assine der. Z uld- Z ee.
Vermits dit Kruid, zeer zeldzaam in Europa
i s , zoo kan men in deszelfs plaats de
Fiburnum pihni-foUüm van Linnens , gebruiken;
vermits deze Plant dezelve krachten
bezit. In Paraguay gebruikt men dik-
wyls in deszelfs plaats het Kruid, ’c geen
men Acciofa, noemt.
P A R E 1’ Ü V I E R . ( Byvoegz.) Eeni-
ge willen, dat dit dezelve boom niet is ,d ie
m'en Wonderbaren Fygenboom yau Amerika
O o 3., noemt.