a6a MUURBLOEM. MUURBLOEM".
C iv e t , en. andere reukwerken verfchaf-
fen.
M U U R B L O E M , S T E E N - V I O -
L I E R , G E E L E - V I O L E T T E N ,
Leucohium luteum. Deze Plant koomt ge-
wonelyk op de oude muren, puinhopen en
rotzen, voort, men kweekt haar mede in
de tuinen langs de muren aan. Hare wortelen
zyn talryk , witachtig , en houtachtig,
hare fteelen zyn een en een halve voet
h o o g ; zy fchieten een menigte takken uit,
die mede houtachtig en witachcig zyn : hare
bladeren zyn ta lryk , langwerpig, fpits,
witachtig: groen, en hebben een eenigzints
fcherpen , grasachtigen en bitteren fmaak;
hun lap doet het blauwe papier rood worden
;. hare: bloemen die zich in de maanden
April en Mey vertonen, zyn geel . hebben
een goeden reuk, maar een weinig aangena-
men fmaak , zy zyn kruiswys gelcbikt, en
bevallig voor het oog; men noemt haar iVi?-
gelbloemen a t Vit,letten', z y worden van lange
en platachtige fcheden g e v o lg t, die zich
in twee zaadhuisjes verdeden ,. welke- met
brëede en rosachtige zaden vervult zyn ,
die een fcherpen en. bitteren, fmaak hebben
.M
en- telt wier en- dertig fóorten van-Muur-
bloemen,dieby.de Liefhebbers bekent zyn»
Derzelver bloemen zyn het eenigfte onderwerp
, waarom-zy door de Blóemmiften aangekweekt
worden ; zy hebben deze Planten
zelfs haren naam in het grootiie gedeelte der
hedendaagfche talen ontrooft : men geeft
thans , in 'c Franfch v de naam- van Nagelbloem
niet meer, dan aan die gene , die op
de vervalle gebouwen groeit: de Engel-
fchen noemen haar mede alleen Walflower-,
waar tegen die van hunne Tuinen , by uit-
nemenheit, July-bloem. „ QStock-JulyrFlo-
wer y genoemt word. Eindelyk, de Nederlanders
laten de wilde P lan t, den naam
van Violier behouden,.. en betekenen die der
Tuinen door die van Nagelbloem , o f Violetten,
Z y die.zich op de aankweeking der bloemen
toeleggen, weeten , dat men dubbelde
en enkeltje Violetten ,.van allerlei kleuren
heeft, witte-, blauwe, violette, geele, pur-
pere-, fcharlakenkleurige, gemarmerde , gevlakte,
en jaspisachtige. De dubbelde worden
het uieefte begeert , zy- komen van zaden.
voo rt.,, uitgezonden de-.ggele.. Men.
zaait haar in de maand Maart op tuinbedden:
men bedekt de Planten , gedurende de koude
: zy beginnen omtrent het einde van de
maand September te teekenen : men plaatft
die gene die men opgemerkt heeft,, dat dubbelt
zyn ,. in potten o f bakken, die half met
meftraarde , en half met Tuin-aarde gevult
z yn , om haar gedurende den winter , voor
de koude te befchutten ; vervolgens kan
men haar op de bloemperken verplanten ,
men kan haar meede in de volle aarde
zaaijen. De dubbelde en enkelde Violet-
t e n , worden door looten , o f Rekken ,
vemenigtvuldigt:._ men kieft hier. toe de
fchoonfte fcheuten u i t , welke -men in de
aarde inlecht, door hen met houte haakjes
vaft te hechten: men befproeit hen om da
uitfchieting der wortelen te.bevorderen ,'en
men verplant hen op de tuinbedden. Men
gift , dat een Violet dubbelt zyn zal , ( en
dit is mede het gene men verlangt!) wanneer
hare knop die uitfchiet, dik.en ftovnp
is. Men fteekt ftekken van de Violetten-,.
wanneer zy uitgebloeit hebben , ’ t geen ui.
terlyk inden Zomer is.
Onder het groot getal dubbelde Violetten*
heeft men eenige, die vooral door de Bloem.
minnaren begeert worden een. dezer is-de
groote fcharlakenkleurige V io le t , die te
Londen de Violet van Brompton , genoemt
word ; . de Blóemmiften fchatten haar zeer
hoog om haar grootte en luifter: z y bezit
echter het nadeel, dat zy zeldzaam meer dan
een bloemfcbeut voortbrehgt.. klier teegen
is de Alpifche Violet met fmalle bladeren
en dubbelde bloemen , die een bleeke geele
kleur hebben ,. zeer bevallig om de. dichte
tros die hare bloemfcheuten* vormen , die
echter klein z y n , en een flaauwen reuk hebben.
Het fchyn t,. dat de groose dubbelde
V io le t , die inwendig geel , en uitwendig
roodachtig is-, en door de Engelfchen the
doublé rattenal flower, genoemt word , alle
andere o venreft, door de tegenftrydig--
heit van twee, verfchillende kleuren , de
grootte der bloemen ,. en haren aangenamen
reuk..
Het grootfte- gedeelte der- Blóemmiften
willen, dat het zekerfte middel om dubbelde
Violetten aan te kwceken, is , dat men
zulks door fcheuten o f loten -doet;. dit is
.volkomen waar ; maar de dubbelde Vio let--
ten, dievande afzetzels voortkoo'men, zyn
altoos.minder aanmerkelyk als die gene,fdi*
men.
M Y L A B R I S . M A N B A R S T E N .
men van zaden aankweekt, en zy brengen
nooit bloemen voort die zop fchoon , o f
groot zyn : bet is.dus beter dat men haar alle
jaren op nieuw zaait ,' en dat men zelfs
zyn zaad, tegens dat van eenen anderen
Liefhebber verruilt, die op een andere
plaats-, diergelyke Violetten , aankweekt.
Deze ontdekking die men aan het geval ver-
fchuldigt is , en waar aan nïen lang getwyf-
felt heeft, word thans van een ieder toege-
ftemt.
M Y L A B R I S . Dit is een Schildvleu-
gelig Infeél, waar van de fprieten dikker aan
de uiteindens , en de gewrichten bolachtig
rond , en een weinig driehoekig zyn , zy
zyn op een korte en breéde fnuit geplaatft:
vier fprieten vergezellen den mond o f het
uiteinde van den fnuit van dit kleine Dier.
De fchilden o f dekfchilden der vleugelen ,
zyn byna rond , en zoo k o r t ,. dat zy alleen
, twee derde g'edeeltens van het lichaam
bedekken. Men vind de-Mylabris op
de bloemen. Zyne oogen zyn vry uitfte-
kende-
M Y N B A R S T E N .en L O O D L Y -
N I G E - B A R S T E N . W y hebben van-
dit eerfte foort van barffeh , op het artikel
M e t a a l - A d e r -en gefprooken : het is
genoeg dat wy hier zeggen , dat men barften
in alle de aardlagen vind , en zelfs in dej;
fteenen die in- lagen gefchikt zyn. Deze
barften zyn merkbaar en gemakkelyk te, on-
derfcheiden,. vooral in de gronden dïè: niet
omgedolven zyn : men kan hen.in de holen-
en uithollingen opmerken , en in alle de
doorfnydlngen , welke eenigzins diep zyn.
Z y zyn altoos loodlynig , en het is alleen by
toéval, zecht de Heer de Buffon , dat zy
fchuins zyn. Vermits de horizontale lagen
alleen door toeval overgebogen zyn , zoo is
het zichtbaar dat deze barften door de verdroging
en van' een wyking derftoffen voortgebracht
worden waar uit deze horifóntale
lagen te zamen geftelt zyn. De loodlynige
barften der fteengroeven , die met meer o f
min regelmatige , en halfdoorfchynende za-
menftremmingen bekleed zyn , zyn zoo veel
onderaardfche kanalen, door welke het water
in de Grotten en holen vloeit, die ’è-rde
Bommen en loosplaatzen van zyn : zie S t a -
ïiA C T iT EN , A a r d e , M b t a a l - A d e -
e e n en Y Sb ERGt n. lie t is in de barften-
M Y N in E R T Z . M Y N K R IS T A L : 26-f
van-den Zand-fteen , Schiftus o fR o ts fte en ,
dat men de Metalen , Mineralen , het Kri-
ftal , de Zwavel en Bitumen vind. In de
groeven dér Marmer- en. Kalkfteenen , zyn
zy met. Spath , Plaafter/Ieen , en zandachtig
ge aarde vervult:, itj de. Kleiaarden, Kryterr,
en Mqrgels , vind men deze barften,,.,of ledig,
o f met ftoïïen vervult , die ’er door den
regen fngevoert zyn.'
M Y N en E R T Z . (jByvóegz. ) liiid z .
135- tde kol. reg. 14. Men verftaat in het
byzonder door het woord E n z , de vermengingen
die de Natuur in hare onderaardfche
werkplaatzen voortbrengt, door de vereeni-
ging van de kleinfte Metaalachtige deeltjes ,
met verfchillende vreemde ftoffen , indier-
voegen , dat deze Metaalachtige deeltjes ,
zich , van alle de eigenfchappen en kenmerken
der Metalen, berooft vinden;, tot dat de-
konft , hen van hunne Mineralifeerders be-
v ryd , en van al het gene dat tot hunne-
zelfftandigheit niet behoort, zy-neemen
alsdan , è.en wezentlyke metaalachtige gedaante
aan,, en worden-Metalen-, o f Halve-
Mfetalen.
B/adz. 136 , 2dé kol. reg, 28. Wanneer
men aanmerkt dat de Ertzen door de onder-
aardfche dampen fchynen voortgebragt te
worden , die-zich in de fpleeten der Bergen
vafthechten ,; welke zy langzamerhand vervullen,
zoo ihoet men toeftemmen , dat deze
dampen , die ten opzichten van hunnen
oorfprong van eenen verfchillenden aart kon-
nen zyn , zich onderling , op verfchillende-
wyzen vermengen : uit deze op verfcheiden
wyzen vereenigde dampen ,. komen allerlei
foorten van Ertzen , en Metaalachtige vermengingen
v o o r t, die men vry dikwyls op -
dezelve plaats, in dezelve ader vind.
M Y N - K R Ï S T A L , W y geven dezen-
naam aan Kriftallifatiën , die meer ofmin
doorfchynende , zeer hard , en zomtyds ge-
kleurt zyn , en die men in de barften der
Mynen vind. Deze Kriftallen vormen geen
kegels , die van bunnen voetfteun a f , vry
ftaaii , maar zy zyn met elkanderen vermengt
, uitgezonden: aan den punt, die ge-
wonelyk zeshoekig is : men kan hen als
Qüartsachtige Kriftallen befchouwen : zie
Q.u a r t z ,
Kk£3 , M Y N .