$74' T E K .T E L L : T E N E B : T E N T : T E E :
*t geen met bruin en groen geftreept, en met
zwarte vlakken gefpikkelt is , die zich- langs
de geheele lengte van het lichaam , uitbreiden.
Hay , Sineps. Quadrvped.
T E K of T H E K . Dit is een -Boom
van het gedacht der CiftuS : hy groeit in de
Oofl-Indden: vermits zyn hout zeer hard is,
zoo gebruikt men het tot den Scheepsbouw;
dit is mogelyk dezelve Boom, die menThe-
ka noemt: zie T hega.
, T E L L E G I E . De Inwoonders van het
Eiland C y lo n , geeven dezen naam aan een
zoet., zeer aangenaam, en zeer gezond vocht,
’ t geen men in overvloed uit een boom trekt
die zy Ketule noemen, ’t geen een foortvan
Kokosboom fchynr te zyn.
T E N E B R I O , ( Verbet. ) Dit is een
foort van Schildvleugelig Infeét, ’ t geen
éraadswyze fprieten heeft: de twee eerde
paren pooten , hebben ieder v y f gewrichten
aan de voorvoeten ; de laatfte hebben ’er vier;
deszelfs borftfchild is glad, en met een rand
bezet. Het grootfte gedeelte der Tenebri-,
oos , vliegen; echter heeft men ’er die, by
gebrek van vleugelen, in ’ t geheel niet vliegen
;■ maar hier tegen loopen z y vry fnel.
Men onderfcheid de Tenebrioos noch’ in die
gene, wier bolachtige fprieten, een weinig
dikker omtrent het uiteinde zyn ; de andere
hebben fprieten met lange gewrichten , die
overal even dik zyn. De Tenebrio heeft ee-
nen vry kwaden reuk : men vind dit Infeft
in de Velden en Tuinen , onder de onreinheden.
T E N T E L L E . Dezen naam , geeven
dé Inwoonders van Madagaskaar aan den Ho*
ning, waar van hun Eiland verfcheide foor-
ten voortbrengt: zie op bet woord B y e .
• T E R E G A M . Dit is een groote Vy-
genboom van de Kuft van Malabaar, waar
van de wortel in Azyn verbroken , die. met
Kakauw bereid is , en des morgens nuchte-
ren ingenomen zynde , voor verfriflende gehouden
word. De Teregam is de Tricus,
Malabarica , folris rigidis , fructu- rotunda,
hnuginato fldvescente ; cerafi magnitudine ,
van Commelin♦
T E R E N I A B I N . D it is de Perfi-
T E R P E N T Y N B O O M . T E S S I O .
fche Manna : zie op bet wóórd M.an -
.n A. '
T E R P E N T Y N B O O M , Terebintbus
vulgaris. Dit is een boom van .een middelmatige
hoogte, die natuurlyk -op het Eiland
Chiö in Italiën , en in de Zuidelyke dee-
len van Vrankryk en Spanje groeit: zyn hout
is hart, en zeer harflachtig, en gelykt naar
dat van den Maftikboonr; zyne fchors is
graauw en afchverwig : men verkoopt hem
dikwyls voor den waren Narcapbtum : zie
dit woord. Zyne bladeren zyn groen , komen
’s j’aarlyks op nieuw v o o r t, en vallen
in den winter af: zy zyn verfcheide by el-
kanderen aan een rib gefchikt, die in een
eenig blad eindigt. De bloemen zyn een
foort van katjes ö f troffen: de vruchten komen
op fteeien voort die geen bloemen dragen
, dit zyn graauwachtige, eironde , en
in het aanraken flymachtige Beziën , die de
handen met een groenachtige blaauwe kleur
verwen. Men maakt infnydingen in den
flam en groote takken van dezen boom, om
'9er den fpeceryachtigen en vloeibaren Harft
uit te trekken, die ’ er alsdan uitvloeit. Dikwyls.
koomt dezen Harfl natuurlyk uit de
-blaasjes vo o r t, die zich als zoo veel wennen
aan het uitwendige-gedeelte van den
boom vertoonen;. maar het fchynt temuiter-
Hen nuttig te z yn , dat men af kappingen aan
de boomen verricht, die een overvloed van
byzonder en harflachtig fap bevatten, an~
derszints verfpreïd zich dit fap door het inwendige
van den boom , fïremt d’e groei-
jin g , en doet hem fterven. Men fchat den
fchors., de bladeren en de vruchten van den
Terpentynboom nuttig om den buikloop te
floppen , en de pis en her zaad te verwekken.
Het fchynt dat de Terpentynboom
ëen lange duriug h e e ft: men ziet ’ er in Italiën
die zeer oud zyn ; en Jozepbns verhaalt
in het vyfde Bo ek, een en.dertigfte Hoofd-
fluk., van de Jood'fche Oorlogen' , dat men
in zynen tyd, zes fladiën van de flad He-
bron , een Terpentynboom had , die zoo
oud als de Wereld was. De 7'erpentyn-
boom is wezentlyk niets anders als de Boom
die door den naam van Wilden Piftaffèn-
boom , betekent word; Zie P ï s t a s .se n-
b o O M.
T E S S I O. Dit is een foort vairjapanfche'
Palmboom, waar van men iri dat Land, den*
deeg
TETHIYS". T E T R A P : T E X O C T L I . T H E C A . T H E E ,
deeg b e r e id d ie men Sagou noemt : zie dit
woord.
T S /T H I Y S', Tetkin.. £ Byvoegz. ) De
Heer Èiancbi ze ch t, dat men de Tethiys in
de klaffeVer Holothuriaas moet plaatzen. Zie
hier de befchryving van dit Dier , ’ t geen
hy op de Stranden van de Adriatifche-Zee ,-
ontdekt h e e ft, Tetbyum plerumque fpberi-
cum,. malum aurantium lufitanieum formd &
eolore referens, quod borifonialiter di(fe£tum ,
fibras radiatim djfeas ofiendit
T E - T R A P H O Ê . De Inwoonders van
Guinee , geeven dezen naam aan een Plant,
die in hun Land tegens den buikloop beroemt
is. De Bewoonders van de Kuft van
Malabaar,, op welke zy mede groeit, noemen
haar Wellta cadavalli. Petivert , die
haar onder de foorten van het klein Kliffen-
kruid geplaatfl heeft y befchryft haar dus :
Xantiutn Malabaricum, capitolis lanugiriojis.
Hare fleel is boutachtig en katoenachtig :
hare bladeren zyn by paren op korte, fteeien
g e p la a t f ld ie eerfl ruig zyn , maar in ’t
vervolg ruuw en fcherp worden : de bloemen
die troswys voortkomen , beftaan uit
blaadjes van een fchoone groene kleur : de
helmftyltjes hebben een fchoone Tcharlaken
kleur ; op de bloemen volgen houtachtige
vruchten, die gelykvormig aan die van onze
Hondsrozen zyn , maar zy zyn een derde
kleinder. De wortel van deze Plaat, word
in de bloedflortingen gebruikt.
T E X O C T L I , Arbor texoBlifera- Bdexi-
cancr. D it is-een boom die zonder aankwce-
•king op de bergachtige plaatzen van Mexi-
ko groeit: hy heeft de grootte van onze
Appelboomen. Zyne takken zyn met een
oneindig getal doornen b e ze t, dé appelen
en bladeren die hy voortbrengt ,• gelyken
naar de onze ; zyne bladeren zyn echter
veel wreeder, en meer getant; de vruchten
hebben de grootte yan een Kaftanje , zyn
geel en hard voor dat zy ryp zyn ; maar zy
worden zeer zagt door het rypen: zy bevatten
drie zeer harde zaden* De Mexikanen'
laten de vruchten van dezen Boom volkoo-
men ryp worden, waar na zy haar met Salpeter
befproeijen, om haar te bewaren. Z y
willen , dat hoe onaangenamer de fmaakvan*
deze appelen, voor de Europeanen i s , hoe
aangenamer.zy voor de Inboorlingen zyn^
375
T H E C A . Dit is een baftaart Eikenboom
van de Kuft van Malabaar , waar van
men geheele Bolfchen vind ; zyne flam is
hoog en d ik , en met een ruwe , dikke, en
afchverwige fchors ,- bekleed ; hy fchiet
een menigte kwaftachtige en vierkantachtige
takken uit: zyne wortel is roodachtig; zy ne
bladeren , die by paren voortkoomen ,
zyn groot , dik., en hebben eenen rinsachti-
gen fmaak; zyne bloemen zyn klein , welriekende
, w i t , en hebben zes rondachtige
bloembladen : .zy worden door peu-lswyze
vruchten gevolgt, die ieder vier zaden van
eënen bitteren fmaak, bevatten. De Indianen
gebruiken zyn h o u t, ’ t geen witachtig,
en hard is , tot de bouwing van hunne Tem-
pelen. De bladeren van den Theca , gee-
yen een fap u k , ’t geen dient om hun Katoen
en Z y d e , purper te verwen : men eet
deze bladeren , en men maakt ’er een firoop
van., die de Sprouw geneefl. De bloemen
van dezen Boom , in den Honing van dit
Land, gekookt zynde , zyn een geneesmiddel
tegens de opfloppingen van 'het water en
de waterzucht^
T H E E v a n BE A N T I L L I S C H E
E I L A N D E Nv Dit is- een K ruid ’ t geen
menigvuldig tuffchen -de fpleten der Rotzeuj
op de oude. muuren , en in de weiden en
tuinen van deze Eilanden g ro e it, in welke
men h e t , even als een fchadel-yk Onkruid
uitfcheurt. Deze Plant fchiet ter hoogte van
drie voeten op: hare takken zyn met kleine
donkere groene , lange en fmalie bladeren-
bezet, die in een punt eindigen , gelyk die
van de Chineefche Thee : men fchat hen-
zweetdryvende.
T H E E (C n iN E E s eH E e n J a p a n -
s c h e ) QByvoegz.\) De Thee die het boog-
fte in Japan gefchat word , is die van Udfi,
een kleine Stad naby Meaco. Alle de Thee-
die aan het H o f van den Keizer en door het
Keizerlyk geflacht gebruikt word , moet op
eenen Berg ingezamelt worden , die naby
deze Stad is , en een aangenaam gezicht ver-
fchaft: men zamelt deze 1 hee met ongeloof-
lyke voorzorgen in ; de plantaadjen is met
een breede en diepe gragt omringt; dé 1 hee-
boompjes zyn ’ er by wyze van wandellaneu
in geplant, en men verzuimt niet een e enige
dach om deze doorgangen met bezemerr
te. reinigen ;• zy die de Thee inzamelen ,
moe^-