HET BURGER-NIEUWLAND.
Gemeente: Texel.
Aan de noordoostzijde van dezen polder strekt de Nieuwlander-
binnendijk, hoog 3 M. - f A P ., die hem van den polder Waalenburg
scheidt en door dezen wordt onderhouden. Aan de zuidoost-
zijde lag eene kade längs de Bertig gemeenschappelijhe polders, het
jBurgerdijlcje genaamd, dat echter door de eigenaars der gronden,
waarop het lag, is weggegraven.
Thans ligt op den huitenberm een rijweg.
Aan de west- en noordzijden is de polder van het Gerritsland
en Emerstekoog gescheiden' door afdamming van slooten en door
hooge gronden, bekend onder den naam van Bijkstallen.
De polder heeft geen bemalingsmiddelen. Hij ontvangt het
water van Gerritsland en van de achter gelegen Mientgronden,
die eene vrije doorwatering door den polder hehhen, en loost dit
met het zijne, door middel van een duiker in den Nieuwlander-
hinnendijk, op den polder Waalenburg. Een peil hestaat in dezen
polder niet.
Grootte 103.9780 H. Er worden geen jaarlijksche omslagen
geheven. Wanneer er kosten ten laste des polders gemaakt zip,
worden die over 101.8350 H. omgeslagen.
In 1888—1892 zijn geen omslagen geheven.
Het bestuur bestaat volgens het regiement van 1870 (Prov.
Blad n°. 57) uit drie leden, waarvan den Yoorzitter, die recht-
streeks door de stemgerechtigde ingelanden gekozen worden. *)
DE POLDER, WAALENBURG.
Gemeente: Texel.
In 1532 is al wat van de gronden van Waalenburg nog ten
gevolge van vroegere bedijkingen van dijken was omgeven, weder
door de zee overweldigd. Na dien tijd hieven de gronden ruim
tachtig jaar met de zee gemeen. De nieuwe bedijking is onder-
nomen ingevolge octrooi van 14 Maart 1612 en, eenmaal voltooid,
in stand gebleven.
Door de bedijking van het Noorden is deze polder geheel bin-
nenpolder geworden.
Aan de noordzijde ligt de Ruigendijk, van den Grietjendijk tot
den vroegeren Eijerlandschen zeedijk. Yan daar strekt de oude
Waalenburger-zeeävik tot den ouden Texelschen zeedijk. Eerstge-
noemde begrenst den polder ten zuidoosten en ten zuiden met
den dijk van het Burger-Nieuwland.
Ten westen ligt de Koog en de Everstekoog.
Met nitzondering van het grootste deel längs het Burger-Nieuwland
zijn de Texelsche dijken afgegraven en zijn zij thans bekend
onder den naam van DijJcstallen. De oude zeedijk tegen het
Noorden gelegen is nog 3.30 M. hoog, doch de andere kaden
hebben na de afgraving niet meer hoogte dan 0.20 M. -f- AP.
Al de dijken of bermen worden door den polder onderhouden.
Het water des polders en dat wat daarin uit de Koog en Ever-
steJcoog, uit Gerritsland en de daarachter gelegen Mientgronden
en het Burger-Nieuwland, door duikers in den Texelschen- en in
den Nieuwlander-binnendijk afvloeit, wordt deels geloosd door een
duiker in den Ruigendijk op het dijkskanaal van Eijerland, deels
door de oude uitwateringssluis, liggende in den vroegeren Waalen-
äwr^er-zeedijk, in een kanaal, dat door den polder het Noorden
het water doet afvloeien naar de uitwateringssluis van dien polder.
In die sluis liggen drie kokers, waarvan de zuidelijkste dient tot
afvoering van het water van Waalenburg en door dezen met het
Noorden wordt onderhouden.
Molens zijn hier niet. De vroeger bestaan hebbende scheprad-
molen is in 1876 gesloopt.
Het zomerpeil is 0.80 M. — AP.
De gemiddelde hoogte der landen is 0.50 M. — AP.
53*