12, naarmate vereischt wordt om het water tot 0.50 M. boven
volzee te keeren.
De polder telt 21 bemalingen, bescbermd door waterkeerende
kaden ter hoogte van 0.25 M. -|r- A P ., die ieder haar
molen hebben, waarmeae haar water wordt uitgemalen op de
Groote Sloot, de egalementvaarten en het Kanaal, alien deel uit-
makende van Schermerboezem, ten minste zoo lang de bruggen in
de. stortgronden längs het Kanaal niet worden gesloten.
De volgende Staat wijst aan de vlucht der molens, de afmetin-
gen der schepraden, de middellijn der vijze.ls en oppervlakte van
elke bemaling.
N A AM
der
M O L E N S .
Lengte
der
roeden.
Middellijn
der
schepraden.
Breedte
der
schoepen
Middellijn
der
vijzel.
Oppervlakte
van
iederen
polder
Aanmerktngen.
Meter. Meter. Meter. Meter. Hectaren.
. A. 25 70 _ _ _ _ 1.85
514 7775
B. 23 43 — — — . — 1.58
* Deze molens
C. 24 — — — — — 1.80 311 4118 zijn ook inmaal-
D. 23 50 5 20 33 K9 195 1826 ders,.
E. 26 25 1.80 381 0010.
F . 19 60 - - - - 1.55 125 4600
Zuider G. 24 - - - 1.60 167 2864
Noorder G. * 48 32 4 66 29 225 7029
H. ’ 20 32 4 80 - 34 ■Bj 327 1198
I. * 20 46 4 62 - 34 - 257 5682
K. * 20 56 - — - 1.60 235 1407
L. 23 72 - - 1.75 172 7556
Zuider M. * 19 90 4 64 - 30 - 142 5160
Noorder M en wester N. * 22 54 5 26 - 32 - 250 7239
Ooster N. * 49 20 4 75 34 - 158 3569
N. S. * 20 25 4 78 32 - 273 4247
0. T. * 23 40 4 74 H 41 - 374 4076
P. ’ 16 60 4 32 III 25 B 118 1970
P. V. | 19 56 4 86 - 35 - 351 3557
Q. * 19 66 4 84 - 26 116 3435
R. * 21 24 4 70 - 32 - 312 7439
Buiten deze polders zijn er nog ruim 1139 H. zoogenaamd
onbemalen land, in het noordelijk en noordwestelijk deel van de
Zijpe gelegen. Het grootste gedeelte daarvan loost zi}n water
door duikers op Schermtrboezem,. Op de lagere gedeelten staan,
voor rekening der eigenaars, molens van verschillende afmeting en
inrichting en wel: 9 vijzelmolens, 1 sehepradmolen en 10 turbines.
De polder de Zijpe heeft twee sluizen. De eerste, de Oude
Sluis, in het gebucht van dien naarn gelegen, is, na indijking
van den Anna-Paulownapolder, van schut- in doorvaartsluis ver-
anderd, daar ingevolge overeenkomst met het bestuur van even-
genoemden polder, den 28atcn October 1863 aangegaan, de bin-
nenboezem van den Anna-Paulownapolder alleen van de gemeen-
schap met het Zijper-boezemwater aan de Oude Sluis mag worden
afgesloten, wanneer het boezemwater van den Anna-Paulownapolder
hooger dan het water in de Zijpe stijgt, of wanneer de ebdeuren
in de Van Ewijcksluis niet gesloten worden gehouden, indien dit
door Dijkgraaf en Heemraden van de Zijpe en Hazepolder is
verlangd.
De tweede, een klein honten sluisje, dient tot waterkeering
tusschen de bemaling It en de daarlangs loopende egalementvaart
in de nabijheid van den overrit naar Petten.
De Jacob Klaassensluis, die den polder zoo noodig in geval
van doorbraak aan het zuidelijk einde van de Groote Shot kan
afsluiten van het Noordhollandsch kanaal, heeft geene deuren,
maar houten schuiven met bewegingstoestellen.
Het peil van den polder is dat van Schermerboezem, waarmede
het polderwater gemeen ligt en waarvan het een deel uitmaakt.
Voor de afzonderlijke bemalingen bestaan geen vaste peilen.
Het water wordt gedurende de wintermaanden zoo diep mogelijk
weggemalen. In de hooggelegen landen wordt gedurende den
zomer door dezelfde molens het water ingemalen.
De Hazepolder heeft geene bemaling. Hij ontvans;t, door een
duiker in den Razedwarsdijk, het overtollig water van het Pet-
temervlak, en loost dit, met zijn eigen water, door middel van
een duiker in den Broomerdijk, op de Hondsbossche vaart.