Aan de oostzijde van dit eiland, ongeveer in het midden, ligt
-eene uitgestrekt'heid vau 12.2540 H., die bekend is onder den
naam van Oude Slootgaard en niet tot den polder behoort. Deze
landen, lager dan de hen omringende landen van den Speketers-
polder, hebben eene. kade, die hen daarvan scheidt, en loozen hun
water door een duiker, onder Raaksmaatsboezem door in den
Slootgaard, tot welk,s gebied zij bij het règlement van bestuur
van dien polder zijn gebracht.
De vijzelmolen, die den Speketerspolder bemaalt, staat aan de
oostzijde en werpt het water uit op meergenoemden boezem.
Vlucht 14.50 M.; middellijn der vijzel 2 M.
Nabij den molen is eene pomp tot inlating van water.
Zomerpeil 1.65 M . ; A P .
Grootte des polders 165.8602 H ., waarvan onbelast 1.3550
H. rietland, dat buitendijks ligt en 9.6921 H., die als water en
wegen vrij zijn van lasten. Deze bedroegen voor de overige hec-
taren in de jaren 1888—1892 / 6.80 per H . ’s jaars.
Het bestuur bestaat volgens het règlement van 1868 (Prov.
Blad 11° 52), gewijzigd in 1872 (Prov. Blad n° 60) en in 1879
(Prov. Blad n° 43), uit vijf leden, waarvan één Yoorzitter, die
rechtstreeks door de stemgerechtigde ingelanden gekozen worden.
’)
DE SLOOTGAARD.
Gemeenten : Harenkarspel en Oude Niedorpr.
Bij besluit van de Staten van Holland en Westfriesland van
20 Maart 1590 is voor den tijd van tien jaar vrijdom van aile
verpondingen toegestaan voor den Slootgaardpolder, die Vrouwe
S a b in a v a n E gmond voornemens was in dat jaar te bedijken; en
volgens eene rekening van den Bentmeester van Egmond is de
onderneming werkelijk in dat jaar tot stand gebracht, zooals gemeid
wordt in de geschreven aanteekeningen van S. E ik e l e n b e k g ,
berustende in het archief der stad Alkmaar, bl. 1120.
Pen westen, noorden en oosten is de polder door een riugdijk
of kade, hoog 0.10 M. — AP., tegen het water van Raaksmaatsboezem
beschermd. Het onderhoud dier kade geschiedt door
het bestuur.
Ten zuiden grenst de polder aan het Waarland. De sloot, die
aldaar tussehen beide polders loopt, is in 1823 aan beide
einden van Raaksmaatsboezem afgedamd. De kade, vroeger daar-
langs gelegen, had alzoo geen water meer te keeren en is daarom
gesiecht. De sloot zelve, ofschoon bij het kadaster staande op
naam van den Slootgaard, is bij den Waarlandspolder gevoegd.
In het noordoostelijk deel des polders staat de vijzelmolen, die
het polderwater op Raaksmaatsboezem uitslaat. Vlucht 26 M. ;
middellijn der vijzel 1.80 M.
In den dam, die de scheiding uitmaakt tussehen den Waar-
lands- en den Slootgaardpolder, ligt een duiker tot inlaten van
water, evenals bij den molen.
Zomerpeil 2.06 M. — AP.
Bij den Speketerspolder is reeds opgemerkt, dat aan diens oostzijde,
ongeveer in het midden, eene uitgestrektheid ligt van
12.2540 H., die bekend is onder den naam van Ouden Slootgaard
en niet tot den Speketerspolder behoort. Deze landen, lager dan
de hen omringende landen van dien Speketer, hebben eene kade,
die hen daarvan scheidt. Zij loozen hun water door een duiker,
onder Raaksmaatsboezem door, in den Slootgaard, tot wièns gebied
zij behooren en met wiens landen zij hectaarsgewijze in de polderlasten
dragen.
De polder is, met inbegrip van den Ouden Slootgaard, groot
231.1289 H., die allen de volle lasten betalen. Gemiddeld be-
drag van deze in de jaren 1888—1892/ 4 . 4 0 per H. ’s jaars.
Boven is reeds gezegd (zie bl. 642), dat de landen van dezen
polder, voor zoover zij in de banne Harenkarspel liggen, in alle
de lasten dier banne worden aangeslagen zonder onderscheid van
°ud of nieuw land ; dat de Hotidsboschlzsten, waarvoor de Sloot