het overige deel ook wel Zwaagweg genoerad, de Westerzwaagdvjlc
en de Hoornsche weg of Keern worden döor Drechterland onderhouden,
de gedempte gracliten van Hoorn door die gemeenfce en
de overige waterkeeringen door de bannen, bebalve de kade längs
den Opperweg en längs ¿en Lageweg, die voor rekening is van
den polder.
Deze waterkeeringen liggen van 0.50 M. -— AP. tot 0.60 M.
+ AP.
De Oosterpolder wordt bemalen door een stoomgemaal en twee
vijzelmolens, staande even binnen den zeedijk op de grens tus-
scben de gemeenten Hoorn en Blokker met eene uitwateringssluis
in den zeedijk, waardoor het opgemalen water in zee wegstroomt.
De windmolens bebben eene vlucht -van 26 M. en vijzels van
1.90 M. middellijn.
Het stoomgemaal, in 1873 gesticht, heeft een cylindervormi-
gen ketel met Galloway-buizen en een verwarmingsoppervlak van
60 M2.
Het stoomtuig brengt eene vijzel in beweging van 1.80 M.
middellijn, die 20 M3 water per minuut kan opbrengen.
Zomerpeil 1.82 M. — AP.; winterpeil 2.02 M. — AP.
De polder is 1669.8200 H. groot, die allen de lasten dragen.
Deze bedroegen in de jaren 1888—1892 gemiddeld f 5.40 per
H. ’sjaars. Zij worden over de drie bannen hectaarsgewijze om-
geslagen en door deze geind.
Volgens het regiement van bestnur van 1869 (Prov. Blad n°.
43), gewijzigd in 1878 (Prov. Blad n°. 7) en in 1882 (Prov.'
Blad n°., 46), wordt het bestuur uitgeoefend door drie Molen-
meesters, waarvan den Yoorzitter, en een College van Hoofdingelanden.
Dit bestaat uit de gezamenlijke leden der Colleges van da-
gelijksch bestuur der drie bannen en kiest uit zijn midden zoo-
wel den Yoorzitter als de twee andere Molenmeesters, met dien
verstände, dat er uit ieder bansbestuur edn moet zitting heb-
ben. ')
DE WESTER/KOGGE.
Gemeenten: Iioorn, Berkhout, Avenhorn, Spanbroek en Wognum.
Bevat de bannen Dampfen en Avenhorn geheel, de banne
BerJchout, voor zoover die ten oosten van den Spierdijk Jigt,
benevens de landen van de bannen SpanbroeJc en Wognum, be-
zuiden den Bobeldijk en den Molendijk, en een deel der bannen
Grosthuizen en Scharwoude.
De waterkeeringen van dezen polder zijn, van Scharwoude
tot de stad Hoorn-, de Westfriesche'izeedijk; de gemeente-
werken van Hoorn, die echter . toelaten dat een deel van de
bebouwde kom dier gemeente in de Westerkogge afwatert;
voorts het terrein van het Station van den Staatsspoorweg.
Noordwaarts maakt de Hoornsche weg of het Keern, onderhouden
door Drechterland en hoog 0.50 M. -f- AP., de scheiding uit tus-
schen de Westerkogge en den Oosterpolder; van den Wognummer-
overtoom westwaarts tot de ringsloot van den Baarsdorpermeer
liggen de landen aan tegen den Molendijlc van het ambacht der
_Vier Noorder Koggen; vorder vloeit de genoemde ringsloot,
die geheel met het water der Westerkogge gemeen ligt, längs
dien Molendijk, beoosten en benoorden om den Baarsdorpermeer
heen. Van het punt, waar zij zieh zuidwestwaarts wendt
tot het Spierdijker-verlaat ligt de Westerkogge weder tegen
denzelfden Molendijk aah; van dat Spierdijker-McH^i tot door het
gebucht de Goorn is de straat- en grintweg of Spierdijk de wateraf-
scheiding tusschen de Wester kogge en den polder Ursem, welke
beide polders verder tusschen den Spierdijk en den WaUgsäijk
van elkander worden gescheiden door het Zeugedijkje, dat voor
rekening der eigenares, de Ned. Herv. Kerk te Avenhorn, wordt
onderhouden. Voorts wordt • de Westerkogge tegen Schermerboe-
zem gedekt door den Waligsdijk en verder ingesloten door den
kunstweg, die door de dorpen Grosthuizen en Scharwoude voort-
looptjjtot den zeedijk.