Dit waaltje, op oude kaarten Foreestwaal genoemd, bestaat
eenvoudig uit twee stukjes weiland, ter grootte van 1.9530 H .,
waarop door den eigenaar een watermolentje is geplaatst.
Bij het kadaster der gemeente Hoorn zijn deze perceelen be-
kend onder seetie C n°. 172, 173 en 174.
DE GItOOTE WAAL.
Gemeenten: Hoorn en Berkhout.
Tiadat bij eene doorbraak van den zeedijk niet ver van Hoorn
in 1514 een groot gat was geslagen, waardoor veel grond weg-
spoelde, is door de Staten van Holland en Wesifriesland op 18
.Tanuari 1627 een octrooi verleend om deze Waal of Weel, de
Groote Waal of Berhhovter Waal genaamd, te bedijken.
De polder is gebeel omgeven door een eigen ringdijk, hoog
1 .8 2 M.gljj AP., die nit de kas wordt onderhouden. Hij wordt
door den spoorweg Furnierend—Hoorn doorsneden.
Een vijzelmolen, aan de oostzijde geplaatst, maalt bet water
nit op de ringsloot, die tot den boezem der Westerlogge behoort.
Vlucht 15.50 M.; middellijn van de vijzel 1.20 M.
De polder heeft een inlaatduiker aan de oostzijde.
Zomerpeil 1.16 M. onder bet zomerpeil van de Westerlogge,
dns 4 .0 2 » AP.
De polder betaalt, wegens gronden voor de bedijking ingeno-
men, aan de banne Dampfen eene bijdrage, die bij eene overeen-
komst in 1882 gesloten, tot een bedrag van f 10.70 per H. is
vastgesteld voor 9.1473 H. en aan de banne Berkhout, bij wijze
van uitkoop, kracbtens overeenkomst van 5 Eebruari 1838, eene
vaste som van f 50 ’s jaars; voorts door tusscbenkomst der
banne Berlhont aan de Westerkogge, voor het recht van uit-
maling op haar boezem, eene vaste uitkeering van f 67.50
’s jaars.
Grootte des polders 57.3357 H., waarvan 55.6459 H. de
lasten betalen, bedragende ongeveer f 10 per PI. ’s jaars.
Volgens het regiement van 1870 (Prov. Blad n°. 58), gewij-
zigd in 1887 (Prov. Blad n°. 41), bestaat het bestuur uit drie
leden, waarvan den Voorzitter, allen rechtstreeks door de stem-
gerechtigde ingelanden gekozen. !)
DE BAARSDORPERMEER.
Gemeente: Berlhout.
Het Baa/rsdorpermeer, vroeger ook wel Wognummermeer genoemd,
is bedijkt en drooggemaakt krachtens octrooi van 8 Maart
1624. Het is geheel omgeven door een omringdijk, hoog 1.20
M .^ S |A P . Deze dijk keert het water van de ringsloot des
polders, die geheel tot den boezem der Westerlogge behoort. Hij
ligt onafgescheiden van' de aangrenzende landerijen en wordt door
de eigenaars van deze onderhouden in denzelfden toestand, terwijl
van oudsher het grasgewas door dezen wordt genoten, zon-
. ■ , ° ’
der daarvoor eenige vergöeding'aart'aen polder te betalen.
De polder wordt bemalen door een stoomgemaal, staande aan
de oostzijde en uitslaande op de ringsloot.
Het is in 1875 gestiebt. De ketel, in 1891 vernieuwd, is cy-
lindervormig en van Cornwall-systeem. Hij heeft een verwar-
mingsoppervlak van 18.50 M2. en werkt met 5 atmosferen
spanning. De ; centrifugaalpomp , door de machine in beweging
gebracht, heeft 14 WPK. De afvoerbuis heeft 0.3 5 M. mid-
dellijn.
In de nabijheid van het stoomgemaal is een inlaatduiker.
Zomerpeil 4 .0 5 M. —- AP. Des winters wordt zoo laag
mogelijk afgemalen.
Voor het recht van uitmalen op de Westerlogge betaalt de
polder aan deze eene vaste jaarlijksche uitkeering van f 100,
volgens eene beslissing van Gecommitteerde Baden van Westfriesland
en het Noorderkwartier van 22 December 1623.