dom is overeen te brengen met de voorschriften van het regiement.
Het regiement is vastgesteld in 1872 (Prov. Blad n° 79), doch
is ten gevolge van de toevoeging van enkele perceelen gewijzigd
en opnieuw vastgesteld in 1885 (Prov. Blad n° 68).
Het bestuur is opgedragen aan drie leden, die uit hun midden
een Yoorzitter kiezen.
De leden worden rechtstreeks door de stemgerecbtigde inge-
landen gekozen. x)
DE REKERLANDEN.
Gemeente: Warmenhuizen.
Tusscben den West,frieselten dijk en het Noorähollanäseh ka-
naal, van het gehucht Krabbendam znidwaarts tot Schoorldam,
liggen de Jiekerlanden, te zamen eene uitgestrektheid hebbende
van 22.3310 H. Zij zijn längs het Kanaal beschermd door eene
kade, hoog 0.80 M. -j- AP. Het Kanaal heeft echter inhaminen of
aanvaarten, loopende tot of naar den Westfriesehen dijk, en längs
deze is de kade te Krabbendam lager en wel 0.40 tot 0.50 M.
-j- AP. Deze kaden worden door de eigenaars onderhouden;
längs het Kanaal ligt daarop de stortgrond.
De Rekerlanden loozen hun water door vijf duikers in den
Westfrieschen dijk op den polder Geestmerambacht, terwijl door
hen geen bemalingskosten worden voldaan, waarvan zij zijn vrij-
gesteld bij eene arbitrale uitspraak tusschen de Graaflijkheid van
Egmond en Geestmerambacht van 9 April 1593 2).
Zij hebben geen eigen bestuur. Het bansbestuur van Warmenhuizen
voert de noodige schouwen en heft van de ingelanden de
Hondsbossche- en Uitwaterende Sluizen-geIden, tot een gemiddeld
jaarlijksch bedrag van f 2,10 per H ., berekend over de jaren
1888—1892. Andere dijks- of polderlasten worden van de Re-
lcerlanäen niet geheven.
DE POLDER OUDORP.
Gemeente: Oudorp.
Ligt ten westen, zuiden en oosten omgeven door dat gedeelte
van den Westfriesehen dijk, dat Geestmerambachls Omloopdijh
wordt genoemd, strekkende van de brug bij de Zes Wielen zuid-
waarts tot den kanaaldijk bij de voormalige Friesche poort te Älk-
m,aar en zoo längs het Kanaal en de Schermer-ringvaart tot den
Huigendyk, (zie boven bl. 529). Ten noorden is de polder ge-
dekt, deels door den weg van den HuigendijJc tot de Ällemans-
[Salvemaansfbrug, genaamd de JBreelaan, die voor rekening van
Älkmaar is, deels door de kade längs den tocht, waarop de strijk-
molens bij de Zes Wielen het water van Raaksmaat overmalen,
en die tot Schermerboezem behoort. Deze kade is ter lengte van
300 M. in onderhoud bij den polder. De Westfriese he dijk ligt
1.25, de kade 0.20 M. -f- AP.
De Oudorperpolder wordt bemalen door een vijzelmolen, staande
aan de noordzijde bij de AUemans- (Ilalvemaans-)brug en nitma-
lende op Raaksmaatsboezem.
Flucht 2-3.60 M.; middellijn van de vijzel 1.90 M.
In 1865 is er voor het lagere gedeelte van den polder, groot
byna 60 H ., een kleine molen opgericht, die het water naar
den hooger gelegen molen toe maalt.
Nabij den molen ligt eene pomp om in tijd van dropgte water
uit Raaksmaatsboezem, in te laten.
Het zomerpeil van het hooger gelegen deel van den polder is
1.27 M. en van het lagere deel 1.97 M. AP. Yast winterpeil
is niet aangenomen.
De polder bevat 238.9554 H ., waarvan 230.4550 de volle
lasten dragen. Het bedrag daarvan is in de jaren 1888__1892
geweest / 3 . 4 5 per H. ’s jaars.
Daarenboven ontvangt de polder eene recognitie van f 5
s jaars van 3.2330 H ., die vroeger tot-den Vroonerm,eer be-
43*