ring van Kennemerland tusschen de Beetskoog en de Westerhoog,
hetgeen echter door sommigen schijnt bet.wijfeld te worden, en
van bet gemeenelandshuis te M am : van hot diephouden van de
buitenliaven aldaar, met het onderhoud der havenboofden, der
havenboorden en van bet oevenverk längs bet aan bet Hoogheem-
raadscbap toebeboorend bnitenland; voorts van bet diephouden
van de binnenbaven met het onderhoud van de verlaten Dam- en
Oostersluizen: van bet onderhouden van de havenboorden te
Schardam en van het oeverwerk längs het buitenland aldaar; ein-
delijk nog van de peilmaling en bet toezicht daarop.
Het peil van Sehermerboezem is, (zooals reeds boven gezegd
is) 0.58 M. — AP.
De scrootte van de landen, waarover de omslag geheven wordt,
is 46271.6701 H., die de volle lasten betaleu; 15143.8150 H.
betalen 60 °/0 en 6612.2574 H. 50 °/0. De omslag bedraagt
echter tot beden slecbts eenige weinige centen per hectare.
De inricbting van bet bestuur is door het reglement van 1881
gelieel veranderd.
Het bestaat tbans uit een Dijkgraaf en zes Hoogheemraden,
uitmakende bet college van dagelijksch bestuur en twaajf Hoofd-
ingelanden.
De Dijkgraaf en de Hoogheemraden worden benoemd door de
Koningin, elk nit een drietal dooT de Algemeene Yergadering voor
te dragen.
De Hoofdingelanden worden benoemd: twee door het bestuur
van bet ambacht West friesland, genaamd Geestmerambaeht, een
door dat van den Zijpe- en HdaepoWer, een door dat van den
Sehermer, een dooT dat van de Beemster, een door dat van de
Partner, terwijl zes polderdistrieten bij een aan bet reglement
gevoegden staat opgenoemd en vergaderende twee te Aihmaar en
een te Uitgeest, te Wormerveer, te Pwrmerend en te Rijp ieder
de keuze van een Hoofdingeland hebben.
§ 2. DE LANDEN BINNEN DEN BING YAN HET
HOOGHEEMRAADSOHAP YAN DE UITWATERENDE
SLUIZEN IN KENNEMERLAND EN
WESTFRIESLAND.
A. De polders bewesten Westfriesland, bet Noordhollandseh
kanaal bezuiden Alkm.aar, het Älkmaardermeer en de oude (groo-
tendeels verlande) Kromrm.enije.
Ten westen wördt deze groep door de duinen en de Honds-
bossche zeewering begrensd. Ten noorden loopt de grens van de
Hondsbossche zeewering bezuiden den Hazepolder tot den ouden
ScJwprlschen zeedijk, die verder tot Krabbendam de noordelijke
grens uitmaakt. Benoorden den tot de Zijpe behoorende Hazepolder
ligt echter nog het Vlak van Petten met het Korfwater,
dat tot de hier beschreven groep behoort.
Yan Krabbendam loopt de oostelijke grens zuidwaarts, tusscben
den lienvpöld’er en de Bekerlanden tot bet Noordhollandseh kanaal,
om dat te volgen tot de grens der gemeente Alkmaar.
Längs deze verlaat zip het kanaal om zieh te wenden tot de
sluis der Zes Wielen en deze voorbijgegaan zijnde, altijd de
grens der gemeente volgende, weder tot het kanaal te komen,
dat verder zuidwaarts met bet Lange- of Älkmaardermeer de groep
ten oosten begrenst. Yerder is de grens de oude, grootendeels
verlande, Krommenije, afgedamd bij bet Älkmaardermeer dooT den
dijk van den polder bet Woud, zuidelijker door den weg bij
Krommeniedijk en door den Nieuwendam; voorts längs den
vervallen Sint-Aagtendijk tot de overdijking van 1719 of
Nieuwendijk.
De zuidelijke grens wordt gevormd door den Sint-Aagtendijk
en door de booge gronden benoorden Beverwijk.