DE GREB.
Gemeente: Warmenhnizen.
De Greb j s verdeeld in de Oude- of Weidgreb en de Nieuwe- of
Rietgreb. De Weitlgreb is krachtens uitgiftbrief van Graae L a-
moraal van E gmond van 31 Oct. 1517 in 1548. tot land ge-
maakt. ’) De liietgreb is niet lang daarna bedijkt.
De twee deelen zijn door eene sloot van den polder Geestmer-
ambaeht gescbeiden.
Elk der beide deelen is gebeel omgeven door zijne eigene kade,
Grebkaai genaamd, terwijl de geheele polder rondora door eene
sloi of vaarl is omringd. De kaden, boog 0.95 M. — AP.
worden door bet bestuur voor gemeene rekening onderbouden.
De bemaling geschiedt door een vijzelmolen, staande aan de
oostzijde van de Weidgreb, en uitslaande op de ringsloot, die tot
den boezem van den polder Geestmerambacht behoort. Vlucht
6.75 M.; middellijn van de vijzel 1.43 M.
De beide deelen des polders, de liietgreb en de Weidgreb, zijn
met elkander in vereeniging en gemeenschap van water gebracht
door een duiker, liggende in de sloot van Geestmerambacht, die
hen van elkander scbeidt.
Zomerpeil 2.26 M. :— AP.; des winters is het peil ongeveer
0.15 M. hooger.
Het water van de Rekerkoog wordt tegen vergoeding eener
vaste bijdrage, groot f 5 2 .— ’s jaars, door een duiker in de
Weidgreb ontvangen en met het water van deze uitgemalen.
De Weidgreb is groot 61.4790 H ., waarvan 2.1660 H. aan
den polder toebehooren en onbelast zijn; de liietgreb omvat 32.6300
H., zoodat de geheele belastbare grootte is 91.9430 H. De kosten
worden voor 2/3 over de landen van de Weidgreb, voor 1/3 over
die van de liietgreb omgeslagen. Hierbij dient te worden opgemerkt,
*) Giv. Sent. van het Hof van Holland 1603 n°. 27. Rekening van het
Hondsbosch over 1549.
dat beide deelen in de banne WdTmenhuizen als scliuldpliclitig
worden aangeslagen voor onderscheidene lasten door het bansbe-
stuur geheven; dat zij echter met betalen in de Uitwaterende
Sluizengelden en de Rietgreb ook geen Hondsboschlasten aan de
banne, doch daarvoor afzonderlijk is aangeslagen.
Het gemiddeld bedrag der lasten in de laatste jaren w a s/10.03
voor de Weidgreb en / 0.05 voor de Rietgreb per Are, uit welk hooger
bedrag behalve het hooger aandeel in de lasten, ook hetiZb«<fo-
boschge,Id betaald wordt, waarvoor de Grebpolder voor de Rietgreb
op eigen naam is aangeslagen.
Enkele perceelen van de gemeenten Oudkarspel en War-
menhuizen zijn bij de Greb in bemaling, hetzij tegen betaling
der gewone lasten, hetzij tegen eene vaste bijdrage. Zij loozen
hun water op de Greb door duihers, die zij zelve moeten on-
derhouden.
Volgens het regiement van 1856 (Prov. blad n°. 138) bestaat
het bestuur uit drie leden, waarvan een Voorzitter, die recht-
streeks door de stemgerechtigde ingelanden gekozen worden. ’)
DE REKEBKOOG.
Gemeente: Warmenhuizen.
Bewesten den Grebpolder liggen längs de vaart, die hem om-
geeft, eenige lagere perceelen van de banne Warmenhuizen, die
zoowel aan hunne zuid- en noordzijden, als längs genoemde
vaart, door kaden tegen het boezemwater van den polder Geestmerambacht
zijn gedekt, welke kaden, hoog 0.86 tyL — AP.
door het bestuur worden onderhouden. Aan de westzijde grenzen
die perceelen aan hoogere gronden, terwijl de slooten aan
die zijde door dämmen van GeestmerambachU water zijn afge-
sloten.