Twee schutsluizen verleenen toegang tot den polder: édn aan
het einde der vaart te Nederhorst den Berg, van welke de kosten
voor 1IÎ door de ambachtsvrouw van Nederhorst den Berg, voor
2/3 door den polder worden gedragen; de ander aan den Heeren-
weg te Ankeveen, dat is aan de zuidzijde des polders. Tan de
eerste is de doorvaartwijdte 4 .10 M., de schutkolklengte 21.50
M., de diepte van den bovendrempel 1.80 M. —- AP. en die
van den benedendrempel 2.8 0 M. — AP. Over deze sluis ligt
eene ophaalbrug. Tan de andere is de doorvaartwijdte 3.5 4 M.,
de schutkolklengte 14.95 M., de diepte van den boven- en van
den benedendrempel 1.93 M. en 2 .21 M. — AP. Over deze
sluis ligt eene voetbrug.
De geheele grootte des polders is 477.5231 H., waarvan
465.1901 H. schnldplichtig. Daar echter 191.2700 H. aan
den polder behooren, worden de lasten gedragen door 273.9201
H. Yerreweg het grootste gedeelte is een uitgeveende plas.
In het geheel zijn er niet meer dan ongeveer 100 H. onverveend.
Zie over de vervening Afd. I I I , Onderafd. IY.
Het gemiddeld bedrag der lasten was van 1888-—1892 bijna
f 2.8 6 per H. ’s jaars.
Het regiement van bestuur is van 1855 (Prov. Blad 1856 n°.
2); volgens art. 2 en 4 daarvan bestaat het bestuur uit drie
leden, door de ingelanden gekozen, zonder College van Hoofdin-
gelanden.
Bij art. 11 is aan het bestuur bijzonder opgedragen toe te zien,
dat geen veen getrokken, gestoken of gegraven worde uit gronden,
waarvan de vervening niet is toegestaan.
DE SPIEGELPOLDEB..
Gemeente: Nederhorst den Berg.
De Spiegelpolder wordt heschermd : ten westen door den Vecht-
d ijh , hoog 0.75 M. -j- AP., ten noorden door de Kees-Jan-
Toonenhade, hoog 0.30 M. — AP., ten oosten door de Owde
Booglcade, längs den Stichtsch-Ankeveenschen polder, hoog 0.30
M. — AP. en ten zuiden door de kade of het voetpad längs de
vaart en den molenvliet van dien polder, hoog 0.15 M. - f AP.
Al deze waterkeeringen worden door den polder onderhouden,
sedert de invoering van het bestuursreglement van 1876, doch
door de vanouds verhoefslaagden wordt eene tegen den penning
20 afkoopbare jaarlijksche bijdrage in het onderhoud betaald boven
de polderlasten.
De bemaling geschiedt door een windschepradmolen, staande
aan de Rhede- of Reevaa/rt of Niev/we Vecht bij den Bä/m/merweg
en op dat water uitslaande. De molen heeft eene vlucht van 24 M.
en een scheprad van 5.6 0 M. middellijn, met schoepen van 0.40
M. breedte.
In de Vechtkade liggen drie duikers tot het inlaten van water.
Het peil van den polder is 1 .25 M. — AP.
De grootte is 268.3988 H., waarvan 265.8988 H. de lasten
betalen. Yoorts worden de lasten nog betaald voor 2.5000 H.,
liggende bij de Kees-Jan-Toonenhade. De lasten bedroegen van
1888—1892 gemiddeld f 2 .60 per H. ’s jaars.
De polder is nagenoeg geheel uitgeveend, zoodat dan ook die
vervening is afgeloopen.
Bij het regiement van 1876 (Prov. Blad n°. 54) is het bestuur
opgedragen aan drie Poldermeesters, waarvan den Yoorzitter, die
rechtstreeks door de stemgerechtigde ingelanden worden gekozen.
l)
DE BLIJKPOLDER.
Gemeente: Nederhorst den Berg.
De Blijkpolder ligt ten zuiden van den Spiegelpolder, eveneens
aan de Rhede- of Reevaart of Nieuwe Vecht. Hij is aan de westzijde