Deze reservekas, waarin zieh somtijds een vrij aanzienlijk bedrag
bevond, is geheel verbruikt in 1888. In 1890 en 1891 zijn
daarin weder kunnen gestört worden de sommen van f 1672.98
en f 448.385.
Bedragen de zoo even genoemde uitgaven daarentegen in eenig
jaar rneer dan de som van f 48000 en het bedrag der reservekas,
dan wordt het ontbrekende tot een bedrag van f 16000
omgeslagen over al het oude land in bet hierboven aangewezen ge-
deelte van bet Noorderk wartier gelegen, daaronder begrepen die landen,
door welke de kosten van gewoon onderhoud worden gedFagen.
Indien bet ontbrekende meer dan f 16 000 beloopt, wordt het
meerdere tot een bedrag van f 36000 bijgedragen door al het
zoo even genoemde oude land en de drooggemaakte meren in
hetzelfde district gelegen. Wat ook daarna nog ontbreken mocht,
wordt gedekt door subsidien, hetzij van de Provincie, hetzij van
het liijk of van beide gezamenlijk.
De omslag der buitengewone bijdragen geschiedt hectaresge-
wijze. Landen, die bewezen worden één meter boven AP. te liggen,
zijn v t ì j . Het geheel aantal hectaren schuldplichtig oud land
in het district bedraagt 31968.1426 H.
Dit schuldplichtige onde land met de drooggemaakte meren te
zamen telt 52501.6195 H ., volgens den staat te vinden in Prov.
Blad n°. 69 van 1872.
Tot het heilen der buitengewone bijdragen wordt niet overge-
gaan zondeT uitdrukkelijke toestemming van Gedeputeerde Staten.
De invordering geschiedt, voor zoover de landen in eenig water-
schap gelegen zijn, door tusschenkomst van diens bestuur.
Buitengewone omslagen hebben plaats gehad in 1863 teil bedinge
van het maximum ad f 52000, terwijl toen door de Provincie
en het liijk ieder daarenboven is betaald f 23884.5 5|. Boven-
dien verleende de Provincie nog een subsidie van f 845.67.
Ook in 1888 en 1889 had een buitengewone omslag plaats
over de landen der l e en 2e categorie ten bedrage van f 9890.70
en f 27005.33 en in 1890 over alle schuldplichtige landen
ad / 37506.91.
Het toezicht op het onderhoud van den geheelen Noorder IJ-
en Zeedijk is opgedragen aan een college van 15 leden onder
den naam van Hoofdingelanden. Van deze hebben er 7 zitting
voor de vanouds dijkplichtige en nu nog met-het gewoon onderhoud
belaste waterschappen, 4 voor de overige oude landen
en 4 voor de drooggemaakte meren aan de buitengewone bijdragen
onderworpen.
Tan de zeven eersten worden gekozen;
66n door het bestuur van den Assendelver-zeedijk.
//— // dat van den polder Westzaan.
n . // > n" ‘ n // * H Oostzaü/n.
// // n n het Hoogheemraadschap Waterland.
n n n -» den polder Katwoude.
h u u h // Zuidpolder en
// // // // n_ polder de Zeevang.
Tan de vier leden voor de andere oude landen:
den door het bestuur van het Heemraadschap Wormer^Jisp enNeki
h // dat van den Eilmdspolder.
- u ^ h n u » GrootUmmerpolder en
i/ n ' h - // - a Kereenigden Uitgeester- en Heemsksrlcer
Broek.
Tan de vier leden voor de meren:
edn door het bestuur van de Beemster.
n a dat van de Burmer.
» h n u n Sckermer en
' h h n n h Wijdewormer.
De zetel van het college is gevestigd te Monnikendam.
Het benoemt uit zijn midden een voorzitter en vier leden
om met dezen uit te maken de Commissie voor de loopende
zaken.
Het college is bevoegd om aan de met het gewoon onderhoud
belaste dijksbesturen voorsebriften te geven, noodzakelijk in het
algemeen belang der Tereeniging.
Het ontvangt jaarlijks van elk dier besturen eene raming der
voorgenomen werken; het beslist daaromtrent, na met die be