van den Eollandsch-Ankeveenschen polder, van den BroeMijk west-
waarts tot den Eeintjesrakspolder, aan welken de Broekerpolder
ten zuidwesten grenst en van welken hij door eene kade is ge-
scheiden.
De hoogte van den Vechtdijk längs dezen polder is 0.9 4 M.
+ AP.; die van den Broekdijk is 0.1 2 M. + AP. en van de
Eollandsche kade en die van den Eeintjesraksdijk 0.40 M.
— AP.
Noch de Veehtdijk, noch de BroeMijk worden door den polder
onderhouden. Zi] zijn voor rekening van Commissarissen van ket
Zandpad.
De Eollandsche kade hehoort bij den Eollandsch-Ankeveenschen
polder.
Een windschepradmolen nabij Uitermeer maalt het polderwater
uit op de Vecht. Vlucht 21.50 M.; middellijn van het scheprad
4 .40 M.; breedte der schoepen 0.30 M.
De polder heeft twee inlaatduikers, één in de kade nabij den
Eollandsch-Ankeveenschen molen, den ander m den Veehtdijk
nabij Uitermeer.
Zomerpeil 0.80 M. — AP.; winterpeil 0.70 M. — AP.
Grootte des polders 137.7086 H , die allen in den omslag
worden begrepen.
Gemiddeld bedrag van den omslag in 1888—1891 / 4.121
per H. ’s jaars.
Overeenkomstig het regiement, goedgekeurd bij K. B. van 9
April 1835 n°. 81, bestaat het bestuur uit vier Poldermeesters,
door de ingelanden gekozen.
Zie over de vervening in dezen polder Afd. I II, Onderafd. I"V.
DE heintjesbaeseoldeb.
Gemeente : Weesperkarspel.
De Eeintjesrakspolder ligt ten noordwesten tegen de F echt,
ten noordoosten tegen den Broekerpolder en ten zuiden en westen
tegen den Eollandsch-Ankeveenschen polder.
De waterkeering aan de Vecht wordt onderhouden bij verhoef-
slaging op ongeveer 0.90 M. -j- AP. Zij schijnt echter weinig
onderhoud te vereischen. De kaden tusschen den polder en den
Broeker- en Eollandsch-Ankeveenschen polder zijn niet hooger dan
0.40 M. - v AP. en zijn niet ten laste van den polder.
De Kees-Jan-Toonenkade, die een klein deel van den polder
beschermt in het westen, is hoog 0.30 M. — AP. en behoort
tot den Spiegelpolder.
Eén windschepradmolen, staande nabij de Vecht, houdt den
polder droog. Vlucht 17.50 M.; middellijn van het scheprad
4 .5 0 M.; breedte der schoepen 0.30 M.
Er zijn twee inlaatduikers, één bij den molen en één in den
Fechtdijk bij de hofstede Schapendoorn.
Er is geen vast peil. Men maalt zooveel mogelijk water uit.
Gewoonlijk is het ongeveer 1.25 M. AP.
De polder is groot 115.9800 BL., die allen de volle lasten be-
talen. Deze bedroegen van 1888—1892 gemiddeld f 3.8 5 per
H. ’s jaars.
Bovendien worden nog 14 H. weiland, die in den Eollandsch-
Ankeveenschen polder liggen, bemalen tegen betaling der gewone
lasten.
Het regiement, goedgekeurd bij K. B. van 9 April 1835 n°.
81, bepaalt, dat het bestuur wordt uitgeoefend door vier Poldermeesters,
door de ingelanden gekozen. Sedert vele jaren bestaat
het bestuur echter uit slechts drie Poldermeesters, daar er me-
nigmaâl te weinig personen zijn, die het vereischte grondbezit
(5 H.) hebben.
In den Eeintjesrakspolder heeft geene vervening meer plaats.
DE HOLLANDSCH-ANKEVEENSCHE POLDEE.
Gemeente : Weesperkarspel.
De Eollandsch-Ankeveensche polder is ten noordoosten en oos-
ten gedekt door den ’s Gravelandschen weg of BroeMijk, ook wel
21