Binnengedijkte Buitendijken of de Noorderluitendijken, welke
laatste naam door het bestuur wordt gebruikt.
Zij liggen, zooals uit hunne wording volgt, tusschen den
' Sini-Jagten- en den Assendelver-dijk, tusschen den Nieuwendam
van 1357 en de Overdijking van 1718 besloten en hebben al-
zoo geene eigene waterkeering te onderhouden.
De waterlossing geschiedt, door een 'duiker in den onden As-
sendelver-dijk, genaamd het Langelaandersluisje, op de wateren
van den Assendelver-Zuiderpolder, waarvoor door de Noorderbui-
tendijken jaarlijks eene som van f 82,50 aan den Assendelver-
polder wordt betaald, volgens overeenkomst van den 18den Juli
1891.
Daar de polder booger ligt dan alle die hem omgeven, en
alzoo groote behoefte heeft om in den zomer of bij langdurige
droogte water in te tappen , is bij den Nieuwendam een schep-
radmolen gebouwd, om in die gevallen water uit den polder het
Woud in te malen. Het onderhoud van dien molen is ten laste
van het bestuur van den Sint-Aagtenäijk.
Ylucht van den molen 18 M.; middellijn van het scheprad
2.30 M.; breedte der schoepen 0.26 M.
Zomerpeil 1 M. BjBIAP ; winterpeil 1.30 M. —. AP.
Grootte des polders 154.4870 H ., die allen de volle lasten
betalen. Gemiddeld bedrag van dezen in de jaren 1888—1892
f 2.20 per H. ’s jaars.
De landen beoosten de K il, die den polder doorsnijdt, ter
grootte van 20.5510 H., betalen nog daarenboven aan den polder
Assendelf't, tot wiens gebied zij voor 1856 behoorden, eene
jaarlijksche bijdrage van f 0.58 per H. in de kosten der wegen.
HondsboschgAH&a worden van die landen niet meer geheven.
Het bestuur, wiens zetel te HeemsJcerlc is gevestigd, bestaat
uit drie Poldermeesters, waarvan den Yoorzitter, die rechtstreeks
door de stemgerechtigde ingelanden gekozen worden, volgens het
regiement van 1860 (Prov. Blad n°. 76) *).
DE POLDER ASSENDELFT.
Gemeente: Assendelf t.
De polder Assendelfi is gelegen binnen den AssendeVoer-zee-
d ijk , ten oosten tegen de Nauernasche vaart en den Assendelver-
Veenpolder, ten noorden tegen den polder Krommenie en ten
westen tegen het Woud en de verschillende polders, die laDgza-
merhand in de Krommenije en het I J zijn ingedijkt, de Noorder-
huitendijken, de Buitenlanden onder Assendelf t en de Kaag.
De Assendelver-zeedijk staat onder een afzonderlijk bestuur
(zie hieronder blz. 430), en ligt niet in den polder.
Aan de oostzijde is de waterkeering de dijk van de Nauernasche
vaart, hoog 0.50 M. + AP. en de omringkade van den
Assendelver- Veenpolder, die door dezen polder op 0.20 M. -j- AP.
wordt onderhouden. De dijk van de Nauernasche vaart moet, behalve
waar de Veenpolder er aan grenst en een klein deel, dat onder
beheer is der Commissie voor den Zaanlandschen Communicatieweg,
door den polder onderhouden worden.
Ten noorden ligt tusschen den polder en den polder Krommenie
de Klamdijk of Achterkade, strekkende van de Nauernasche
vaart tot den Lagedijk. Deze dijk of kade ligt op 0.50 M.
— AP. en wordt voor gemeene rekening sedert 2 September
1886. onderhouden. Yroeger was hij bij de eigenaars verhoef-
slaagd.
Aan de westzijde ligt de Lagedijk, ook wel Westdijk ge-
noemd, hoog 0.40 M. — AP. die bij den Nieuwendam, in den
zoogenaamden Groenendijk of Ouden Assendelver-zeedijk overgaat.
Deze dijk ligt op 0.80 M. -f- AP.
Beide dijken zijn bij den polder in onderhoud.
De polder wordt in twee deelen gescheiden door den Klam.p-
of Zijdewindsdijk, waarop de Zaanlandsche Communicatieweg lieft.
De deelen worden Noorder- en Zuiderpolder geheeten. Deze
binnendijk ligt op 0.75 M. — AP. en is ten laste der direetie
van den daarop liggenden weg.