tnsschen den bovenkant van den vloer en den top van liet gßwelf, is
van de voorkamer gesclieiden door eene deur, waarvan de slag-
drempel ligt op 3 .02 M. — AP. In de voorkamer, wijd over
haar geheele lengte van 4 .85 M. tot 2 .64 M., ligt over eene lengte
van 3.1 3 M. een honten vloer met den bovenkant op 2.29
M. — AP.; aan den voorkant is over eene lengte van 1 .45 M.
een verhoogdc bemetseling aangebracht, waarvan het bovenvlak
ligt op 1.19 M. — AP. De top van het gewelf der voorkamer
ligt over de geheele lengte op eene hoogte van 1 . 2 1 M.
+ A P . Aan de dagzijde is de sluis voorzien van 2 naast elkaar
gelegen sclmiven, met een tusschenstijl breed 35 cM.
De Molensluis van Schellinkhout onder Schellinkhout, in onder-
hond en beheer bij het bestuur van den polder Schellinkhout:
steenen duikersluis met ééne opening, wijd 1 .8 8 M., slagdrempel-
diepte 1.58 M. — AP. met ééne schuif en ééne deur. De
doorstroomingswijdte bij het hardsteenen aanslagraam deT schuif
is 1 .56 M .
De Inlaatduiker van den Binnen- en Buiien- Uiteräijk onder
Schellinkhout: ijzeren buis wijd 0.30 M., liggende met den on-
derkant op 0.50 M. — AP. met eene sluitbare metalen klep
aan beide uiteinden.
De Molensluis van Wijdenes en Oostérleek onder Wijdenes, in
onderhoud en beheer bij den polder Wijdenes en Oosterleek:
steenen duikersluis met ééne opening, wijd 1.70 M ., slagdrempel-
diepte 1.7 4 M .:%# A P . met ééne schuif en ééne deur.
De Spuiler onder Venhuizen, in onderhoud en beheer bij het
polderbestuur van Venhuizen en Hem. Deze duiker, wijd 0.79
M., met een slagdrempeldiepte van 0.50 M. — AP., heeft eene
buiten- en «ene binnenschuif en dient om des zomers bij groote
droógte water in te laten ten behoeve der landen van de banne
Hem.
De Molensluis van Venhuizen en Hem onder Venhuizen, in
onderhoud en beheer bij het bestuur (molenmeesters) vän den
polder Venhuizen en Hem: steenen duikersluis met ééne opening,
wijd 3.58 M ., slagdrempeldiepte 1.73 M . — A P ., met 2
naast elkaar gelegen buitenschuiven, gescheiden door een tusschenstijl
en 2 paar binnendeuren. De doorstroomingswijdte der sluis
bij de schuiven bedraagt 3 .2 4 M .
De Molensluis van den Houlerpolder onder Venhuizen, in onderhoud
en beheer bij het bestuur (molenmeesters) van dien polder
: steenen duikersluis met dene opening, wijd 3.47 M., slagdrempeldiepte
1.75 M. — AP. met 2 naast elkaar gelegen
buitenschuiven, gescheiden door een tusschenstijl en 2 paar
binnendeuren. De doorstroomingswijdte der sluis bij de schuiven
bedraagt 3 .14 M.
De Molensluis van het Grootslag onder Bovenkarspel, in onderhoud
en beheer bij het bestuur van den polder het Grootslag:
steenen duikersluis met eene opening, wijd 4.15 M., slagdrempeldiepte
1.56 M.g|Sj AP. met twee naast elkaar gelegen buitenschuiven
, gescheiden door een tusschenstijl en twee binnendeuren.
De Keersl/uis te Broekerhaven onder Bovenkarspel, in 1878
vemieuwd, wijd 5.40 M ., slagdrempeldiepte 2 M . — A P .;
met een paar hooge buitenvloeddeuren, keerende tot 2.7 5 M .
-j- AP. en een paar läge binnenvloeddeuren, keerende tot 1.80
M. -j- AP. De geheele lengte der sluis is 15 M., terwijl de
afstand tusschen de punten der deuren 8_. 10 M. bedraagt.
In den regel staan de deuren der sluis open, zoodat het zeewater
toegang tot de haven heeft; bij een stand van 0.50 M.
-f- A P . worden gewoonlijk de binnenvloeddeuren gesloten, omdat
de aan de haven liggende overtoom op 0.50 AP. ligt. Deze
overtoom kan evenwel zoo noodig opgezet worden tot de hoogte
der aansluitende kaden, zijnde 1.40 M. AP. Bij een waterstand
van 1.70 M . -j- A P . sluit men de buitenvloeddeuren.
De sluis, waarover een ijzeren draaibrug voor rijtuigverkeer,
zoomede alle werken van de binnen- en buitenhaven tot in zee,
daaronder begrepen de boven reeds genoemde overtoom, waarover
de schuiten uit de haven in het binuenwater worden gebracht,.
worden voor gemeenschappelijke rekening der gemeenten
Bovenkarspel, Grootebroek, Hoogkarspel en Andijk, met eene vaste