Behalve eene in 1892 gebouwde inundatiesluis bij de fortifica-
tien bij Kudelstaart liggen in den ringdijk bij Kudelstaart twee
duikers, die in verbinding staan met duikers uitkomende in den
Westeinderplas ; deze dienen om versch water in te laten, gene
om afgesneden gedeelten van Kudeldaart van het overtollige water
te ontlasten.
Het peil is 4.80 M. — AP.
De grootte van den polder is 889 H.
De polder is nog in eigendom van de Maatschappij tot
droogmaking van het zuidelijk deel der Legmeerplassen en is nog
onverdeeld.
Alle lasten worden dus betaald door die Maatschappij, die bo-
vendien nog voor een deel de lasten moet dragen van den Uithoomschen
polder, wiens gebied zieh wettelijk nog over een deel
der drooggemaakte gronden uitstrekt.
Een regiement bestaat hier niet.
DE KALSLAGERPOLDEIt.
Gemeente : Uithoorn.
De Kalslagerpolder is de zuidelijkst gelegen polder der Provincie
aan de ßrecht. Hij ligt tusschen dezen stroom en den Zuider-
legmeerpolder bezuiden den Uithoornschen polder, en bestaat uit eene
betrekkelijk smalle strook gronds. Yodr de invoering van het
nieuwe bestuursreglement was zijn toestand een geheel andere,
daar toen een groot gedeelte der Zuideligke Legmeerplassen tot
den polder behoorde. Daar echter feitelijk de polder tijdens de
droogmakerij van den Zuider-Legmeerpolder zijne bemoeiingen be-
perkt had binnen zijne tegenwoordige uitgestrektheid en zieh
van alle inmenging in de droogmakerij had onthouden, is hij ook
wettelijk in 1887 daarvan afgescheiden.
De waterkeeringen zijn eene kade längs de ßrecht, door som-
migen voor een deel ook wel Amstel genoemd, en eene kade, die
den polder vroeger beschermde tegen het water van den Zuidelijken
Legmeerplas, van welke kaden het onderhond, vroeger verhoef-
slaagd, met 1 Januari 1862 op den polder is overgegaan.
In het onderhoud wordt echter door de eigenaars der kade
eene bijdrage van f 0.045 per strekkenden M., afkoopbaar tegen
den penning 20, jaarlijks betaald.
Deze kaden worden naar gelang der behoefte op hoogte, maar
niet op een vast bepaald peil gehouden.
De polder wordt bemalen door een windschepradmolen, staande
aan d§ ßrecht of Amstel bij het Gouäsche tolhnis. Vlucht 25.60
M.; middellijn van het scheprad 5.50 M.; breedte der schoepen
0.58 M. Het peil is 1.90 M. L-rk AP.
De polder is groot 170.6861 H ., waarvan 169.5424 H. de
lasten dragen. Deze bedroegen van 1889—1892 f 4.80 gemid-
deld per H. ’sjaars. Zij waren echter in 1891 aanmerkelijk hoo-
ger dan gew'oonlijk, wegens buitengewone uitgaven aan de Am-
stelkade. De overige gronden behooren aan den polder. -
Bij regiement van 1887 (Prov. Blad n°. 72) is het bestuur
opgedragen aan drie leden, waarvan een Yoorzitter, die recht-
streeks door stemgerechtigde ingelanden worden gekozen. ’)
DE UITHOORNSCHE POLDER.
Gemeenten : Uithoorn en Aalsmeer.
De üithoornsche polder ligt bij het dorp Uithoorn, ten westen
van den Amstel en ten oosten van den Zuidelijken Legnteerpolder,
ofschoon zijn gebied zieh ver in dien polder uitstrekt.
Terwijl de grens loopt van de noordelijke grens van den Kalslagerpolder,\
A] het Hais ter Lucht, längs den buitenteen der ßrecht-
kade tot Vrouwenakker, en van daar längs den Amsteldijk
tot de sluis te Uithoorn, van daar door den Zijdelmeer tot de
grens van; den (voormaligen) Thamerluitenpolder, van daar door
den tegenwoordigen Noorder-Legineerpolder de grenzen volgende