dan door
byzondere
wufelval-
ligheden.
fpreid waren. Was de Wereld toen reeds
tweeduizend Jaaren oud ? Van Adam tot No~
ach zyn maar tien Generatïën geweest (*>
Ook vraag i k , hoe de Zaaden der Boomen
en Planten, ja derzelver Plantzoenen, zyn bewaard
gebleeven: daar wy vinden dat Noachs
Duive terug kwam met een Olyfblad in de
Bek? ’t Was niet lang daarna dat Noach een
Wyngaard plantte , die Druiven droeg.
Nu kunnen zo wel naderhand door byzondere
Aardbeevingen , wier uitgeftrektheid wy
nog onlangs gezien en ondervonden hebben ( x) s
en waar van het geweld, op andere tyden ,
oneindig grooter kan zyn geweest; door Vuur-
braakingen , die ’er meer op den Aardkloot
•zyn dan men denkt ( y ); en door hooge opwellingen
van de Zee O ) > groote Omwentelingen
in des Aardkloots Oppervlakte ver-
oirzaakt zyn. Zwaare Aardbeevingen immers
vergezellen doorgaans de \ uurbraakingen en
deepf)
Dat zou 300 van onze Jaaren maaken, t welk be*
grypelyker is dan by de 3000 Jaaren, gelyk het volgens
de Griskfche Overzetting der Zeventigen beloopt , welke
de gemeene Rekening 1500 Jaaren te boven gaat. (En-
tyclopedie by de Erven F. H c u r r u Y N , bladz. 173-) Zekere
Jood AKiBA zou den Hebreeuwfchen Text , in dit opzigt,
befnoeid en dus de Jaaren van den Leeftyd der Patriarchen
ongelyk verkort hebben , die anders, door korter Jaaren te
neeroen, welke oudtyds in gebruik waren, misfchien vereffend
konden worden.
(x ) Zie dezelve op een Kaart vertoond en befchteeven in
de Nederlandfche Postryder van 17j ö , p, 4&S* .
deeze gaan dikmaals gepaard met groote uit-
gulpingen van Water , dat eeo verbaazendeDIJSG'
veelheid van Zand, Modder en Steenen, mee
zig voert. Op veele plaatfen des Aardkloots
vindt men de zigtbaare kentekenen en over-
blyfzels van Brandende Bergen, die reeds
over lang zyn uitgedoofd , ingezakt en tot
Dalen geworden. De Hekla op Ysland is
daar van een hedendaags voorbeeld, zynde
byna geheel tot Puimfteen uitgebrand, en gee-
vende, in plaats van Vuur , thans, gelyk andere
la.ater uitgebroken Vulkaanen op dat E iland
, door het fmelten van Ys en Sneeuw,
afgryzelyke Watefftroomen uit ( a). Het geweld
, nu, des Waters, by zulke afkortingen,
rukt groote ftukken van Gebergten en Rotfen
a f , en ftapelt dezelven dikwils elders weder
op elkander. Niet minder doet zulks de Vorst
jq de Noordelyke deelen en in de Hemelhooge
Ys-
(y ) In ’t Gebergte Tucuman , tot Peru behoorende ,
zyn brandende Bergen , die zig twee Mylen ver langs den
Weg uitftrekken. Tcg. Staat, als boven, bl, 143.Op Javazyn
’er zeven en meer dan honderd op den Aardkloot bekend.
Zie STRUÏCK Geograpbifcbt Aanmerkingen, Amft. I75j. p.
144.
(z) Zodanig eene was het , door welke Callao, de Ha»
venftad van Lima , in ’t jaar 174S geheel overdekt werdt.
Tegenvi. Staat van Amerika , I. D. bladz. 41, 47.
(a) Zie OlofseN and PovelsenS Reife dureb Island.
Koppenh. 1775;. II. Th. p. 134: item Grunf.r als boven.
III. Th, p. 75,
c 3