vin.
H o o fd -
STUK.
Zotskap.
P t . IV.
Fig. 10.
Paarde-
Voet.
, Fig. SI,
f f o V i i s i e ï h i s ö è I
dè Hoogleeraar W & t c ii ondèi* den haam vag
Chamieten voorgefteld heeft, behooren derhal-
ve niet tot dezelven.
Van de ëigentlyke Zotskap-Doublet zyhde
Verfteehingen zeer zeldzaam, én, zo men ’er
van heeft, dan komen Bucardieten in plaats (v)',’
Ten minften heb ik nog nergens eene Afbeelding
daar van aangetroffen* De figuur der Na*
tuurlyke Zotskap is bekend. Men w e e t, dat
dezelve niet enkel opftaande en haakige, maar'
weezentlyk omgekrulde Ooren of Hoofens heeft;,
éven als dezelven voorkomen in die fraaije
Steenkern uit Normandie, van Fig. i e , op onze
Vierde Plaat. Dit is eene Verfteening als van
Zee- Slyk , welke de Normandifche Pe tref akten
, die men verkeerdelyk alsvan Busfweileruit
den Elzas afkomftig opgegeven heeft, kenbaar
maakt* Hét Stuk half zydeïings afgebeeld,
heeft juist deèze grootte.
T o t die zelfde Verfteeningen behooren zeef
raare Stukken, ook binnen weinige Jaaren eerst
ontdekt; die de Lithologi sten zeer in verwarring
gebragt hebben, over het Origineel én waar
dezelven te plaatzen. Dè geleerde W alch
hadtze eerst t’huis gebragt tot de Vérierieten,
of tot de Trigonellen , maar naderhand betrok
hy ze tot de Hart. Doubletten (V),- met den
Heer M a r t i n i , Wien het Origineel voor-
, ........ kwam
(v) Selyk by Gmelih , Mintral - Systim, IV, Th, p. # *
Tab. XIV. Fig. jö i,
A N C o N C H Y L l ë N . «fff;
fewam geheel onbekend te zyn. Zy hebben , v ijf,
op zyde gezien, een driehoekige figuur, st is H oofd»
waar, en zyn overdwars gebandeerd met boó-*TÖ *
gen , die alleenlyk uit knobbels beftaan 5 ten
minfte is in de kléinen de vertooning zodanig
(zie onze Fig. 11.) maar in zeer grooten,
hoedanig ik ’er hëb van by de drie Duimen
over *t kruis en aan de Klinkzyde langer, ziet
men duidelyk , dat de Knobbels Schubachtig
hol naar agteren zyn , gelyk in de Nagel - Doubletten
(x). De geftalte, voor ’t Overige , als
ménse wel befehouwt, zweemt zo zeer naar
die der Paarde - boeten, zogenaamd, welke mee
de Nagel-Doubletten vermaagfehapt zyn en
ook dikwils knobbelig gedoomd , dat menze
niet beter dan tot dergelyken kaö t’huis brengen.
Wanneer men een Paarde-VoetsDoublet
op zyde befehouwt, en vergelykt hetzelve met
deeze Petrefakten , dan zal men een grooté
overeenkomst vinden.. Dat meer is; de platte
kant puilt in dezelven even zodanig' u it, en is'
op dergélyke manier geribd ö f gefleufd; hoewel
men ’er die Koraalswyze Korreltjes, welke
fommigen van deeze Verfteende Doubletten
aan de Klink o f ’t Mondftuk verfieren, niet
in waarneemt. JVlisfchien zal men in vervolg
van tyd nog wel nader liet cigeaclyke Origineel,
dat
(w) CUsfific. TaheÜe. III. Deel. Suppl. Plaat V. a , Fig,
4-, J & V. C, Fig. I.
(jO zie Nat, Bijl. XV.STUK3als boven,blada;.ï89,*s®*