vm
Hoofd
STUK
Hclkie ■
Un.
Concet!'
tristen.
platte Madreporen , doch die geen Spiraale
Windingen van binnen hebben, door fommi-
gen ook Penningfteenen genaamd, onderfcheidc
hy te regt van de Helicieten, en geeft verder
een Plaat met de figuuren van veele der-
zelven uit Vrankryk (m) , onder welken ook
voorkomen zodanigen , als ik , in eene broo-
fche Kalkachtige Steenklomp vergaard, uit de
nabuurfchap van Brusfel heb. Een brokje daar
van, met eenige Vergrooting hier in Fig. i r .
voorgefteld, toont aan, dat deeze ten opzigt
van ’c inwendige meer naar Ammonieten o f
Nautilieten gelyken, als maar weinige Draai-
jen hebbende, met halfmaanswyze Scheidwan-
den o f Middelfchotjes, die eenigszins naar ’c
middelpunt fchynen geftrekr te zyn: doch de
platheid en uitwendige vlakte doetze evenwel
zeer van de gedagte Hoorntjes van P l a n -
c o s verfchillen. In eenigen derzelven is zelfs
het Mondftuk blykbaar. Uit deeze blykt nog
duidelyker, dat de Helicieten georganizeerde
Huisjes van Schepzelen zyn.
Op veelerley Soorten van Verfteende Lig-
haamen, wier Origineelen tot de Zee'- Schepze
»
,, al6 met zulke Dckzeltjes meer.cn geflooten te zyn” : doch
wy menen reien te hebben om hier aan te tvjyfelen, volgt ‘et
onmiddelyk óp Waar uit niet blykt, dat LlNNaws van dit
denkbeeld is geweest, gelyk men onverhoeds uk, het zeggen
van Guettard ’ ■ efluiten zou en waar mede liy misfchien
zyn zonderlinge denkbeeld , dat de Helicieten tot de Koraal?#
behooren konden , een glimp heeft willen ge? ven*
zelen behooren , komen zekere plekjes voor, VtflI.
dikwils weinig grooter dan Stippen, welke %
Zy op ’t bloote Oog, *t zy door een Vergroot Conctn*
glas, zig voordoen , als o f zy uic evenwydige*r,KM«
Cirkeltjes beftonden. Men vindtze meest op
gladde Petrefakten , gelyk Terebratulieten ,
Belemnieten , Oftracieten ; zelfs Fungieten en
Tubiporieten. Somwylen vindt menze tusfchen
de Plaatjes, uic welken de Sehaalen der My-
tuliettn beftaan , en op de Steenkernen van
Hoorens. De zelfftandigheid is Kalkachtig.
Sommigen hebben gemeend, dat zy van Poly-
pen, anderen, gelyk G u e t t a r d (w) ,dat
zy van het uitgeftojte Vogt des Schulpdiers
ontftonden. De Heer W a l c h , deeze Gevoelens
te regt ongegrond oordeelende (o_) ,
houdtze wel niet voor eigentlyke Verfteende
Zee - Wormpjes j aangezien ’er met geene rnoog-
lykheid eenige holte in te ontdekken is ; maar
voor het Kalkachtig overblyfzel van zodanigen
, als men zo dikwils op de Nacuurlyke
Hoorens en Schulpen ziet , ja tusfchen de
Plaatjes der Oefteren aantreft (p). Immers,
dat van de indrukzelen van dergelyke Wormhuisjes,
op de Conchyliën, evenwydige Cirkel
(m) Tom. Uh PU. XIU, deitelfde Memoires.
(n) Mem. ie ï Ac ad, R, iet Sciences 4 de 1'Aa. I7SI.
(o) Naturf. 11. STÜK. Art. 9. p-
(p) De Serpula planotbis , fpirtrbis , filopan* % flomera