VI1!, alzo die Zee - Appels, tot welken zy natuur-
Hoof»- lyk behooren ; de Zee-Klitten en dergelyke
STüK* eetbaare , naamelyk; zeldzaam verfteend voor-
(iunm.tK komen. De Heer W a l c h geeft ’er ook
maar ééne Afbeelding van. Zy vallen evenwel
op den Salvators»Berg by Aken, en Rolrond
op den Randberg in Switzerland ; Kegelvormig
zo aldaar als in zwarte Stinkfteen,
niet ver van Praag in Bohemen; ja men vindt-
ze by Verona , die als Hoorntjes gekromd
zyn. Ik bezit het indrukzel van zulk een regt
Naaldachtig Pennetje, omtrent een half Duim
lang, in een Keylleentje , dat uit een Zandkuil
by Hackney,niet ver van Londen, is gehaald.
De overige Verfcheidenheden van Jooden-
lleenen kunnen tot de voorigen t’huis gebragc
worden : des ik hier, het gene de Verfteende
Zee - Appelen betreft ( * ) , zal beüuiten, om over
te gaan tot de Schulpdieren. -
VIII. HOOFD-
(*) Van eene nieuwlings, onder de Maastrichter Verftee-
ningen, ontdekte Soort van Echinieten , welke zeer zeldzaam
is , geeft wylen de Hoogleeraar Walch de Afbeelding
en belchryving in het IX. STUK des Sfatutjorfchers,
alwaar zyn Ed. ook een nieuw vermoeden , aangaaude de oir-
fprong der Honigraatige , van bladz. 3 zs , hier voor, ter
baan brengt: zie Art, XVIII. Over de Suturen of Naaden
in dezeiven en hoe de Stippen verdiept kunnen zyn, redeneert
den Pastoor Meineke aldaar omftandig. Art. XVII.
Zie ook, in ’t VIIT. Stuk , eene Verhandeling over de Poru„
meifche en Mecklenburgfe Echinieten en derzelver Pennen
of Naalden.
Hoofd*
STUK»
VI I I . H O O F D S T U K .
Befchry ving der VerfteeniDgen van C o n c h y -
l i ë in o f Hoorens en Schulpen, zo veelfchaa-
lige als iweefchaalige en eenfchaalige; volgens
de Orde der N a tm r ly k e n ten grootjlen deels
g e fcU k t.
S eeze Rang van Helmintholithen is wel
de uit gebreidfte en aanzienlykfte onder
alle de Petrefakten. Dezelve , naamelyk, bevat
niet alleen de grootfte Stukken, maar
ook de meeste Verfcheidenheid derzelven, m
’t algemeen gefproken, en geeft veel Stoffe tot
bedenkingen en redeneeringen, dienende tevens
allermeest tot uitbreiding der Natuurlyke Historie,
door de befchouwing van zodanige Schepzelen
, welke nog niet buiten ’t Ryk derDelf-
ftoffen ontdekt zyn.
( i ) VerfteeniDgen van veelfchaalige S chulP 'HfJ ‘n(ho.
dieren. SSïïÊ
. , Verfteend»
Tot de S c h u l p d i e r e n , gemeen!yKZee-Tui-
Conchyliën genaamd , betrekt de Heer L i N-Pe"‘
NiEus , in de eerfte plaats, de Veelfchaaligen
of
( i ) He’.minthollthus Testaceorum «tuliivalvium. M ti.C o a -
chylia Lapidea maltivalvia. WALL- Min. Tom. II. p. 1o6.