Inleiding, dezelve, z y n z y met Sprieten aan 5t hoofd voorzien,
hebbende zes Pooten en nooit meer. Zy
ruijen o f verwiflèlen van Huid, gelyk .de Schaaldieren;
en dit gefchiedt in de meeften voor dat
zy hunne laattte verandering van Gedaante ondergaan
hebben; zeer weinigen vindt men ’er,
wien zulks naderhand gebeurt. Deeze Dieren
zyn het alleen, waai- aan de Heer Brisson den
naam van Insekten geeft.
Wormen. neden^e ° f laatfte Klaffe heeft hy alle
ritmes. Zulke Schepzelen gebragt, welker Lighaam, of
ten minften een gedeelte van het Lighaam, bekwaam
is tot eene beweeging die in famen-
trekkingen uitrekking beftaat, gelyk de Wormen
, en die geene Sprieten, Pooten noch Lugt-
fiippen hebben.
Dit is de Verdeeling van het Ryk der Dieren,
volgens den Heer Brisson. Van de twee
eerfte Kiaffen, naamelyk der Viervoetige Dieren
en WalvüTchen, is in ’t Jaar 1756 een Boekdeel
uitgekomen, dat eene uitvoerige Befchry-
ving van dezelven behelft. W y zullen ’er hier
'een Schets van geeven, gelyk wy van die van
L innaeus en Klein gedaan hebben.
Rangen der De Klaffe der Viervoetige Dieren is door
D £ r sehem verdeeld in de volgende agttien Rangen f .
t Ordines j_ Quadrupeda edentula.
Viervoetige Dieren, die geheel Tandeloos zyn.
D e M i er ën-E e t e r en ’t Schobdi er.
. 2. Quadrupeda dentibus Molaribus tantum donata,
Die enkel Kiezen of Agtertanden hebben. Inleidinó.
D e L u i a a r d en A r m a d i l .
3- Quadrupeda dentibus Inciforiis nullis, Ca-
ninis & Molaribus prcefentibus.
Die geen Snytanden, doch Hondstanden en
Kiezen hebben.
D e O l y ph a n t en Z e e -K oe.
4. Quadrupeda ., dentibus Inciforiis in Maxilla
fuperiore nullis, in inferiore [ex donata.
Die geen Snytanden hebben in de Bovenkaak,
maar zes in de Onderkaak.
Het Geüagt der Kemelen, waar van vier Soorten.
, 5. Quadrupeda, dentibus Inciforiis in Maxilla
fuperiore nullis, in inferiore octo, & Pe-
dibus bifulcis-
Die geen Snytanden hebben in de Bovenkaak,
maar agt in de Onderkaak, en wier Hoeven
in tweeën gefpleeten zyn.
De Koei jen, Schaapen , Geiten, Herten, enz. _
6. Quadrupeda, dentibus Inciforiis in utraque
Maxilla & Pede folidungulo donata.
Die Snytanden hebben in de beide Kaaken en
ongefpleeten Hoeven.
Het Geüagt der Paarden ,waar van v y f Soorten.
, P Quadrupeda, dentibus Inciforiis in utraque
Maxilla & Pedibus bifulcis.
Die Snytanden hebben in de beide Kaaken en
wier Hoeven in tweeën gefpleeten zyn.
Het Geüagt der Zwynen , waar van zes Soorten.
8. Quadrupeda, dentibus Inciforiis in utraque
isru*,