Inleiding,Onderwerp gehouden, die tot haar Voorflel
hadt: O f de Aandoenlykheid voor Prikkeling zo
wel afhangt van de Zenuwen , 'als de Ge-
• voeligheid ? De Heer Girard de Villars ,
Doktor in de Geneeskunde, verdeedigde zulks,
door den Uitflag van veele Proefneemingen, die
op het volgende uitkwam (*).
Uttflag
derzelven.
„ De Peezen zyn gevoelig. Dit Gevoel is
„ veel kennelyker in de Peëzen die met haar
„ Vliezen bedekt zyn, dan in de genen, die
* lApenett.,j
t a f et
bloot leggen. De Peesagtige Uitbreidzelen *
hebben een fcherper Gevoel dan de Peezen.
Eveneens is het met het Beenvlies enBekke-
„ neelvlies: men kan zig daar van verzekeren in
„ het witte blinkende Vlies van de Slaapfpier,
„ ’t welk door ’t buitenfte van ’t Bekkeneel-
„ vlies voortgebragt wordt. De Heer Girard
„ bewyft niets omtrent het Borftvlies, het Mid-
,, delfchot der Borft, hetHartezakje, hetBuik-
„ vlies, en alle Ingewanden die in de verdub-
„ beling van hetzelve begreepen zyn : want de
„ Gevoeligheid van al die Deelen was door den
„ Heer Lorry klaar aangetoond (f). De Le-
,, ver, de Milt, de Nieren, doorBytendeMid-
„ delen getergd, geeven fomtyds blyken van
„ een groote Gevoeligheid. Het zelfde neemt
„ men waar in het Galblaasje, het Alvlees en
„ de Pisleiders, maar zo beftendig niet': want
,, de
(*) S jc u t i l de M ed e c ine , &rc.' ^ d y r il 1 7 5 7 . pag. 312.
(f) In die van de Maanden Nor. Dec. 17 jd en Jour. *7J7-
„ de enkele Werktuiglyke Prikkeling veroor- Inleiding.
” zaakt in die Deelen zelden Pyn. De gevoe-
5„ ligften van alle Klieren zyn de Kwylklieren en
„ de groote Oorklicren vooral: de Slagaders zyn
,, het fomwylen; de Aderen zeldzaamer. Om-
” trent het Spinnewebs- en dunne Herfenvlies
, is geen zekerheid. In de Schol s- en Merg-
3) agtige zelfftandigheid van de Herfenen vindt
,, men geen Gevoel, ten minfte tot zekere diep-
’ ’ te. Het Verlangde en Ruggegraats - Merg
„ hebben een fcherp Gevoel; het dikke Her-
3, fenvlies is onbeweeglyk doch zeer gevoelig.
„ De Huid is insgelyks met een groote Gevoe-
” ligheid begaafd; doch niet overal eveneens.
„ Veel Gevoel vindt men in de Maag en ’t Ge-
„ darmte : het lighaam van de Waterblaas is
„ ook gevoelig, derzelver binnenfle Rok nog
„ meer , gelyk ook de Lyfmoedej en Pisleiders.
9, De voorftaande Klier heeft byna geen Ge-
,, voel: de Ballen veel. Alle Spieren zyn ge-
„ voelig: het Middelrift ook en bygevolg het
„ Hart.” -
De Heer Girard heeft, tot zyne Proefnee- Be W a a r
mingen, een Snymësje, Nyptangen en Bytende maakt.
middelen der Scheilcundigen gebruikt, doch van
de uitwerking deezer laatften raadt hy zig te
mistrouwen, dewyl zy de Vezelen doen krimpen
en Verfchynzelen voortbrengen, die bedriegen
onder den fchyn van Aandoenlykheid,
door een gedwongen Samentrekking te veroor-
zaaken. Hy merkt, verder, de Gevoelige * Senfibiles
I . D eel. 1 Stuk. E 4 ^