I. Afdeel. De Heer Brisson heeft deezen Bofch-Menfch
■ m.HooFD- geplaatfl: in het Geflagt der Aapen, onderfchei-
dendé denzelven alleen daar van door het Hoofd-
hair, dat bet geheels Aangezigt, zelfs ondier de
'Kin heen, omringt. Zulks zegt hy is blykbaar
uit de Afbeelding, welke Bontius daarvan gegeven
heeft; als ook dat het Aangezigt naakt
o f .zonder Hair zy. Y oo r ’t overige, zegt Brisson,
hebbep alle 6'chry vers, van deeze fport
van Aapen fpreekende, niets anders daar van.
gezegd, dan dat hy volmaakt naar een Menfch
zweemt, en dat het gcheele L y f , zo yan de
Mannetjes als van de Wyfjes, bedekt is met kort
en zagt Hair, Hy betrekt tot deezen Bofch-
* Hom9 Menfch of WildeMenfch * , gelykhy ze noemt»
St yejtns behalve den Orang - Qutang der Indiaanen van.
Bontius , Klein en Charleton, ook den Ba-
ris van Nieremberg , dien ik pu gaa befchry-
ven.
Bofch- Da Croix verhaalt, in. zynen Reistogt naai*
van A&ika, ^^^a 3 er langs de Kufl van Sierra-Léona
veele Eilanden z y n , daar men zekere fbort yan
Aapen vindt, die Baris genoemd worden. Men
vangtze nog zeer jong zynde, men kwecktze
o p , en weetze zo wel te temmen, dat zy by-
na zo veel dienft toebrengen als een Slaaf; want
zy gaan doorgaans regt op, gelyk een Menfch.
Men leert ze de Geerft Rampen in een Mortier
: men laatze Water in Kruiken uit de Rk
vier haaien en t’huis brengen, het Spit draaijen
en veelerley ander Werk verrigten. Een an-
, der
der Schryver verhaalt, dat de Aapen van Gui-1. Afdeel.
née, die men Baris noemt, groot en fterkzyn: ^ ^ ooro'
dat de Inwooners ze weeten te vangen met een
foprt van Voetangels en andere Werktuigen,
en dat zy de Jongen in Hokken zetten, om
dus de Ouden magtig te worden. Hard behandeld
wordende kryten zy als de Kinderen. Zy
dwingen ze op twee Pooten te gaan, door dé
Voorpooten aan den Hals vaft te maaken met
een Stok: dus gewennen zy ze om hun te dienen
, en gebmikenze vervolgens tot allerley
Huiswerk. Altyd egter behouden zy een Dief-
agtigen aart en men kan hun by geen lekkere
Spys of Drank vertrouwen, of zy neemen er
hun deel van.
Even ’t zelfde wordt verhaald van zekere ^Bofch-
Aapen van Brafil, die de Portugeezen elSelvago vanurafii,
noemen en de'Indiaanen QimjaForaü. Deeze
hebben, volwaflèn zynde, de langte van v y f
Voeten, zynde ongemeen dik van L y f , Hoofd
en Armen , doch zeer leelyk van gedaante.
Men gebruiktze dikwils in plaats vanSlaaven tot
allerley Huiswerk. Het is aardig te zien, wanneer
zy in de Keuken zyn en de reuk van ’t
Gebraad in de Neus krygen, hoe zy dan hunnen
Kop geduurig omdraaijen, of men ’er ook op-
paffe; want, zo dra zy alleen zyn , wordt ze-
kerlyk iets door hun gekaapt, ’t Is een Portugees
gebeurd, die eenige Kooplieden ten Eeten
hadt genoodigd, dat men, toen zy aan Tafel
zouden gaan, bemerkte- hoe de Aap, die het
*, n-EBt.. 1. stiik. Y 4 Spit