I. A fdeel, 't Is een bekende zaak, dat de Kinderen ,
I I . Ho o fd die men lang en hard laat fchreeuwen, dikwils
stuk. een Ereuk krygen. Zulk een Ongemak vereifcht
dcr°Breu!ak een fPoedigc hulpé, door het L y f , na dat de
ken. Breuk is ingebragt, te omzwagtclen, en met
een Kompres, op die plaats gelegd, het weder
uitkomen van de Breuk te verhoeden. Indien
men hier niet zorgvuldig in is, en het Kind nog
eenige Jaaren geen Bandje draagen laat, loopt
het gevaar, om in zyne Jongelingfchap, en zyn
geheele Leven lang, met zulk een M ig Ongemak
gekweld te zyn. [In Kinderen is het fny-
den van de Breuk, gelyk veele Kwakzalvers of
Landloopers de gewoonte hebben , geheel ver-
werpelyk; ja Jongelingen, van twintig of meer
Jaaren, kunnen fomtyds nog door bekwaame
Breukbanden tot geneezing worden gebragt (*).
Voorzijg. Doch in het behandelen van de Breuk-, in Ton-
'heid in *r Tz. . 7 J
behandelen ge Kinderen, is eene byzondere voorzigtigheid
*odla.Ven noodi8- Immers men weet, dat de beide Ballen
, of een derzelven, niet alleen in de Vrugt,
in Kinderen van eenige Weeken , maar zelfs in
Jongetjes van ettelyke Jaaren oud , dikwils nog
niet in 't Balzakje zyn gedaald, zo dat hetzelve
ledig , o f maar met één B a l, gevonden
wordt. Somtyds zitten de Ballen, gelyk in de
Vogelen en andere Dieren, die geen Balzakje
hebben, altoos plaats heeft, in de Lenden,
onder o f by de Nieren: fomtyds laager, in de
holi
* ) Heiitïr. Injlitut. Chirurg. P.IISe&.Y.Cap. ii6,
holte van het Buikvlies, tegen den mond aan i. A fdeel
van een lange Scheede, die zig naar het Bal- II. Hoofd
zakje uitftrekt, en door welke z y , by vervolg STUK‘ -
van tyd, in hetzelve daalcn moeten. Zeer
ligt, nu, kan het gebeuren, dat, wanneer de
Ingewanden van den Onderbuik , door de fterke
nederdrukking van het Middelrift, beneden-
waards worden geperft, een of de beide Ballen uit-
fchietcn, o f dat zy een gedeelte der Darmen,
die in ’t zelfde Buikvlies zyn beflooten, met zig
neemen. Het eerfte Geval is geen Darmbreuk,
die egter zig als zodanig vertoonen kan: het
andere is ’er een, daar men het Kind als mede
ter Wereld gekomen kan aanmerken, om dat-
de gefteldhejd der Deelen gelegenheid tot dezelve
gegeven heeft (*).' Waarfchynlyk zal
iets dergelyks oorzaak zyn, dat fommige Kinderen
Breuken krygen, anderen niet; immers,
dat hierom de Darmbreuken in.de Jongetjes by-
na alleen voorkomen, is overblykbaar. In alle
Liefch-Breuken der Jonge Kinderen, derhalve,
moet men naauwkeurig letten, om geen Bal te
neemen voor den uitgezakten Darm; dewyl de
drukking of beknelling van den Bal zeer na-
deelig zou kunnen zyn.]
Ondertuiïchen moet men zig niet bekommeren,
wanneer de Kinderen eenige Jaaren oud
worden, met geen of maar één Bal in ’tZakje:
want fomtyds komen die eerft op de agtoftien
Jaa-
(*} Haller. Opuicula Paihslogka. Obfeiv. XXYIIL
i. n 1 stul, M j