YERSEKE, gem. op lict eil. Zuid-Beveland, prov. Zeeland, arr. en
kant. Goes, (3 k. d., 8 m. k., 3 s. d.); palende N. aan de Ooster-
Schelde, 0 . aan het verdrenken land van Zuid-Beveland , Z. aan de
gem. Krniningen, Z. W. aan Schore-en-Vlake, W. aan Kappelle-Bie-
zelinge-en-Eversdijk, en aan Wemeldingen.
Deze gem. bestaat uil de Moeren van Y e r s e k e , den Buren-pol -
der enden Popp en d ij ke-polder , benevens gedeelle van de Kaa rs-
polde r en den T h o l s e i n d e - p o l d e r , en daarin het d. Yer s ek e
en de b. Y e rs eke n d am , beslaat eene oppervlakte volgens het ka-
daster, van 1333 bund. ; telt 120 h., bewoond door 136 huisgez. uit-
makende eene bevolking van ongeveer 770 inw., die, ineest bun be-
staan vinden in den landbonw. Ook heeft men er eene meestoof en
cenen bon ten windkorenmolcn.
De Herv., die er ruim 700 in getal zijn , onder welke 300 Ledematen,
maken eene gem. uit, welke tot de klass. van Goes, ring van Kruiningen,
belioort. De eerste, die in deze gem. het leeraarambt heeft
waargenomen , is geweest J an G h ijs , die in Februarij van het jaar 1381
herwaafts kwarn , doch in bet zelfde jaar naarOostende vertrok- en in
1382 opgevolgd werd door Matthias van Esse» , die ook reeds na een
jaar verblijfs naar elders trok. Het beroep geschiedt onder mcdcstem-
ruing van den Ambachtsheer.
Men heeft er ook een 60tal Christelijk-Afgescbeidenen. — De 3 R. K.,
die er wonen , parocbieren te Goes. — Men heeft in deze gem, 66ne
school, welke gemiddeld door 80 leerlingen bezocht wordt.
Yerseke is eene beerl., welke, reeds sedert onhengelijke jaren, onder
onderscheidene Heeren is verdeeld geweest. In 104 komt nog Rid-
der Boedewijn va» Yerseke voor , in 1289 was Aeoud v a n Yerseke in aan-
zien. Naderhand verdwijnt die familienaam. Deze heerl. wordt thans in
eigendom bezeten door de Heeren J acobus Dobisiccs te Yerseke en. Mr.
F rans Nicolaas va» der Biet , te Goes. Zij was van afwisselende grootte.
In het jaar 1464 besloeg zij, volgens de rekening van den Rent-
meester Bewestenschelde, eene oppervlakte van 2661 gem. 266 v. r.,
in 1 6 7 7 , volgens die zelfde rekening, 2623 gem. 280 v. r., en in
1740, volgens den Tegenwoordigen staat van alle volken, 2373 gem.
237 v. r. groot.
Het d. Yerseke ook wel Yersike , J ersike , en Yrsike gespeld, ligt
2J u. O. van Goes, op het uiterste van den oostkant van Zuid-Beveland
, digt tegen den dijk , die eertijds de Oostwatering en de West-
watering geheel van elkander schcidde en nu gedeeltelijk door de Ooster-
schelde bespoeld wordt. Het is vermaard wegcns zijne oudheid ; geeft
zijnen naam aan de Westwatering, genaamd Bewesten-Yerseke, en is
vrij groot en voorzien van onderscheidene straten. Vroeger vooral moet
het zeer bloeijend geweest zijn , zoodat bet in het begin der veertiende
eeuw, zelfs met Reimerswaal en Goes kon wedijveren. Het ontving
toch van Graaf W ieeem reeds, den 30 October 1323 , bijzondere hand-
vesten en regten, en dus 10 jaren oudere dan de van Goas bekende.
Er werd toen eene Woensdagsche weekmarkt gehouden, waar men
verpligt was gebruik te maken van «die coerenmate , die es terGoys,”
waarop deze handvesten vooral betrekking hebben.
Het betrekkelijk gewigt derplaatskan men, onder andere , ook daar
uit afleiden , dat hier het onderdekenscbap over het weslelijke deel van
Zuid-Beveland gevestigd was, tot dat bet steeds rijzende Goes in 1413
wist te bewerken , dat het derwaarts veriegd werd. Na den onder-
gang van de Oostwatering is het dorp echter zeer vervallen.
De kcrk slond vöör de Reformatie ter begeving van den Deken en het
kapitlel van St. Salvatorskcrk te Utrecht. Zij moet volgens een jaartal,
daarin gevonden , reeds in de dertiende eeuw gebouwd zijn. Voormaals
was zij eenegroole en deftige kruiskerk, doch de westzijde, die tegen een
hoogen en dikken toren aanstond, is den 3 Mei 1323 afgebrand. Ook
werd toen het dorp bijna geheel in de asch gelegd, en weinige dagen
later gebeurde het zelfde met de woningen aan den dam. Zij werd echter
in het begin der zeventiende eeuw weder hersteld o£ liever afgesloten
door cenen muur. De kerk was in den ouden tijd vöorzien met een
kollegie van Provisor en Deken , hetwelk in het jaar 1413 , met dat
van Waarden naar Goes veriegd werd. Men ziet er even als elders in
Zuid-Beveland nog uitgehouwene beeiden van heiligen op de uitstek-
kan der Ovaalgebindten , binnen de kerk, tegen de zijmuren. De toren
, door gezegde brand van de kerk afgescheiden, is in 1821 afge-
broken en in de plaats daarvan heeft men op de kerk een koepelto-
rentje en op het dak een kloktorentje gebouwd. Vroeger prijkte zij
als moederkerk met vijf spitsen , eveu als die van Kapelle. De kerk
zelve is toen tevens verkleind en hersteld. Hierop zinspeelt ongctwjjfeld
het volgende opschrift, in den gevel der kerk te lezen.:
Als Q oirym Veasban alhier Godswoord leerde,
Werd ik begonnen , doch swaarlijk volent,
•J)e kerkmeesters, die met hem mijncn val keerden,
Waren I ngee Godpdt , Adoef Oostee welbekend.
Het dorp had voortijds, behalve zijne jaarmarkt, ook een paarden-
en koeijenmarkt; alleen de jaarmarkt is overgebleven , doch wordt weinig
bezocht. Herlog W ieleb va» Beijeren heeft voor zieh en zijne na-
komelingen , aan allen die woonden of wonen zouden in de parochie
van Yerseke de vrije vaarl toegestaan door alle zijne landen, zonder
toi of breuke te betalen.
Het wapen dezer gem. beslaat in een veld van zilver, met 9 her-
melijnen, gcplaatst 3 en 4 ; met een hoofdstnk van keel, beladen met
eene golvende fasce van zilver.
YERSEKE (DE), voormalig water, prov. Zeeland, hetwelk een
noordelijke en zuidelijke rigting had. Het liep ten W. van Kruinin-
gen , waar het door den later zoogenoemden Zanddijk beperkt werd,
Hooger op scheidde bet Tholseinde, zoodat van deze heerl. 1102 gem.
39 v. r., tot de Weslwatering en 432 gem. 93 v.r. tot de Oostwatering
behoorden. Bij den Yersekcndam vereenigde het zieh met de
Schelde. De Kruiningsche vliet is een overblijfsel van de g eu l, door
welke het zieh met de Hinkelinge verboud.
YERSEKE (BREEDE-W ATERING- BE WESTEN-), dijkgraafs. op
het eil. Zuid-Beveland, prov. Zeeland, dis tr., arr. en kant. Goes;
palende N. aan den Wilhelmina-polder, N. O. aan de Ooster-Schelde ,
0 . aan het verdronken Zuid-Beveland , Z. 0 . aan de watering van
Kruiningen , Z. aan de Wester-Schelde..
Tot deze watering behooren de volgende pold.: de Bure n- p o l d e r ,
de Ko u d e - p o l d e r , de Kaa r s - p o l d e r , de Ve r d e r f - p o l d e r ,
S t o rmez a n d en Oud- Ni s s e . De Yerseke, die haar van de Öost-
watering en van Kruiningen afscheidde , vormde aan deze zijde een uitge-
strekt moeras, nogin de Moeren van Ye r s eke en VIake aanwezig.
Door den Wijtvliet of Wichvliet, waaruit naderhand de heerlijkheid
van Kattendijkc voortkwam, de Zwaak en de Deurlo, welker namen
nog onder Wemelingen bewaard zijn , werd deze laatstgenoemde plaats
zoo zeer van de zuidelijke gronden afgescheiden, dat zij langen tijd