AVIJK-BU-HEUSDEN , naam , welken men veelal ter onderscheiding
gceft aan liet d. VVuk , in het Land-van-Heusden, prov. Noord-Bra-
band. Zie Wi j i .
WIJK-B1NNEN , naam, welken de zeedorpbewoners meeslal geven
aan het vl. Bbverwuk , in het balj. van Blois, prov. Noprd-Holland.
Zie Beverwijk.
WIJKEL, d. prov. Friesland, kw. Zevenwouden , griet. Gaastcr-
land. Zie W vkel.
WIJKEL, oude naam, waaronder het d. W inkel in de Niedorper-
kogge, prov. Noord-Holland, weleens voorkomt. Zie Winkbl.
W1JKEN, buurs. in het graafs. Bergh, prov. Gelderland. Zie Wibken.
WIJK-EN-AALBURG, gern, in het Land-van-Heusden, prov. Noord-
Brßband , Tweede distr., arr. 's 1/ertogenbosch , kant. Heusden (10k. d.,
10 m. k., 8 s. d . ) ; palende N. W. aan de gem. Veen, N. 0 . aan de
Maas, 0 . aan de Doode-Maas, Z. e'n W. aan Heesbeen-Eetben-en-Gen-
deren.
Deze gem. hevat de beerl. Aa l b u r g cn W ij k ; beslaat, volgens
het kadaster ,-eene oppervlakte van 1223 blind. 32 v. r. 28 v. eil,,
waaronder 1222 bund. 36 v. r. 79 v. eil. belastbaar land ; teil 290 b.,
bewoond door 518 huisgez., nitmakende eene bevolking van ruinr
1720 inw., die meest in den landbouw en de paardenfokkerij hun be-
slaan vinden. Ook heeft men er eenen windkorenmolen en eene
seheepstimmerwerf.
De inw. die er , op 22 na , allen Herv. zijn , maken gedeeltelijk
de gem. van W ij k uit en behooren gedeeltelijk tot de gem. van Aal-
burg-en-Heesbeen.— De 22 1\.K. , die er wonen , parochieren te Heusden.
— Men heeft in deze gem. twee scholen, als: eene te W y k
en eene te A a l b u r g , welke gezameniyk gemiddeld door een getal
van 180 leerlingen bezocht worden.
WIJKENSTEIN of Wijkestein , voorm. adell. h. in het Land-van-
Heusden, prov. Noord-Braband, Tweede distr., arr. en 3 u. W. ten
N. van 's Hertogenbosch, kant. en 1 u. N. van Heusden, gem. JFijk-
en- Aalburg , £ u. W. van het d. W ijk , waartoe het behoort.
Dit huis was een oud zwaar gebouw, met eenen dikken Vierkanten
toren , en eenige ronde hangtorens. Het stond , met zijn grof mtior-
werk , rondom in eene diepe gracht, die met lanen en hoven omringd
was. — Ter plaatse, waar het gestaan heeft, ziet inen thans eene boe-
renhofstede.
WIJKERBROEK (DE), pold. in het balj. van Blois, prov.Noord-
Holland , arr. Haarlem, kant. Beverwijk, gem. IVijk-aan-zee-en-fFijk-
aan-Duin; palende N. aan de Heemskerker-Zuidbroek , 0 . en Z. aan
den St. Aagtendijk, die hem van de Buitendyksche landen scheidt,
W. aan den Hoilander-weg.
Deze pold., welke in het jaar 1295 bedijkt i s , beslaat, volgens het
kadaster , eene oppervlakte van 235 bund. 21 v. r. 66 v. eil., waaronder
205 bund. 25 v. r. 50 v. eil. schotbaar land. Men telt er
6 boerderijen. Hij wordt door eenen molen , op de haven van ßever-
wijk , van het overtollige water ontlast. Het polderbesluur bestaat uit
Dijkgraaf cn Heemraden, met Secretaris. .
In het jaar 1835 is de molen , door onvoorzigtigheid van het werkvolk ,
tot den grond toe afgebrand, doch in het jaar 1837 weder opgebouwd.
Vroeger lag in dezen pold. het Zwaansmee r . Zie dat woord.
WIJKERBRUG of Wiekbrbrug, brug in Deljland, prov. Zuid-Hol-
land, gem. cn 10 min. N. ten 0 . van Foorburg, over de Vliet.
WIJKER-HEK (HEX), boerdery in het balj, van Blois, prov. Noord-
Holland, arr. cn 2£ u. N, van Haarlem, kant. en £ u. W. van Be
verwijk, gem. IFijk-aan-Zee-en-fFijk-aan-Dum, £ W. O. van Wyk-
aan-Zee, aan den schulpweg van dat dorp naar Beverwijk.
Deze boerderij beeft hären naam ontleend van een hek, dat vroeger ,
toen voor de duinmeijerijen de wildernis met eenen konijncnheining
van 'de bouwlandcn was afgescheiden, alhier was geplaatst, tot open-
houding van de gemeenschap tusschen Beverwijk en Wijk-aan-Zee.
Zij behoort thans tot de hofstede W esterhout en is alzoo een eigen-
dom van Jonkheer L osas Boreel , woonachtig te Wijk-aan-Duin.
WIJKER-MEER (HET), Water in Noord-Holland.
Dit meer, hoewel gewoonlijk als een afzonderlijk water bescbouwd wor-
dende; is eigenlijk een inham van het IJ , zieh uitstrekkende.van Spa-
rendam en de landtong aan het zuideinde van Assendelft, Buitenhui-
zen genaamd , tot aan Beverwijk , en besloten tusschen de gem. Velsen
ten Z. W. en Z., Beverwijk ten W ., Wijk-aan-Zee-en-Wijk-aan-
Duin ten N., Assendelft ten N. 0 .
In overoude tijden was het meer veel grooter dan tegenwoordig, het
plagt zieh tot op eenen kleinen afstand, volgens eene naauwkeurige
kaart van 1676 , slechts 180 ell., van de stede Beverwijk uit te strek-
ken. Door verzanding en opspoeling van slib is die afstand, vdn tijd
tot tijd , aanmerkelijk grooter geworden , zoo dat men zieh heeft gc-
noodzaakt gevonden , door het aldus aangespoelde land , in de gewone
geul der schepen , eene vaart open te houden voor de vaartuigen naar
Beverwijk , of van daar elders henen beslemd. Het zal, buiten het aan-
gewonnen land , thans nog eene oppervlakte beslaan van 1200 a 1300
bund., leverende den aanwas uitmuntende wei- en hooilanden op.
Vroeger slond dit meer verder Noord en Noordoostwaarts in verbin-
ding , door den Ki l , in den Ham , en Krommen-IJe , met het Lange-
Meer, doch al de modderslib, uit de Zuiderzee door Pampus, bij
storm en hooge vloeden , en daardoor beroerd water, in het IJ en
eindelijk in dit meer gebragt wordende, krijgt, bij de ebbe en Stil
weder, tijd van te bezinken , en is daardoor de verlanding van dit
meer over het algemeen aanmerkelijk toegenomen , zoodat die verbin-
ding met het Lange-meer, reeds meer dan twee eeuwen is vervallen.
Een origineele kaart van den St. Aagtendijk in 1594 opgemaakt en
onder berusting van den Heer C. K ar sh o f f , Burgeraeester van Wijk-
aan-Zee-en-Wijk-aan-Duin, bewijst, dat destijds het meer nog bestond
tot achter het huis Assumburgh , terwijl het vandaar a f, nu reeds ter
lengte van 2400 eilen zuidwestwaarts is verland, zijnde ook vandaar,
de geheele westelijke oever tot digt aan de Velserbroek toe aanmerkelijk
aangewassen , zoo dat de Pijp- of Beverwijkervaart, welke volgens
T i r i o n , in 1750, eene lengte had van 150 roeden (525 Ned. eilen)
thans reeds eene lengte heeft van 1000 Med. eilen.
Ten N. 0 . wordt het meer binnen zijne palen gehouden door den
St. Aagtendijk en den Assendelverdijk , en ten Zuidwesten door den Rijn-
landschen-Slaperdijk , zijnde de ruimte tusschen die dijken onbedijkt,
waardoor een gedeelte van de gemeente Beverwijk, Velsen, Wijk-aan-Zee-
en-Wijk-aan-Duin op den vloed liggen , hetwelk zeer tot last is van
de bebouwde gedeelten der eerstgenoemde plaatsen , welke bijna bij
elken boogen of meer dan gewonen vloed worden overstroomd , zijnde
echter deze overstrooming, ter goeder tijd körnende , zeer nuttig voor
de bemesting der omliggende buitenlanden , welke daardoor steeds tot
hooilanden kunnen worden gebruikt.