W 0 L
zijbuurten , welke laatste meestal bewoond worden door de arbcidende
klasse. Men telt er in de kom van bet d. 123 b. en 780 inw., en
met de zijbuurten 203 h. en ongeveer 1270 inw., die nieest hun bestaan
vinden in akkerbouw en veeteelt; brengende het te dezer plaatse in over-
vloed groeijende hakhout veel toe, dat de mindere klasse zieh door
handenarbeid brood kan verschaffen. De inw., voornamelijk de vrou-
wen , .zijn van eenen Sterken bouw.
Ofscboon het dorp op zieh zelve zeer welvarend is, zoo zijn evenwel
de in nabuurschap gelegen kolonien Frederiks- en Willemsoord voor haar
zeer onvoordeelig, uilhoofde somwijlen wel eens kolonisten zieh in dit
en de naburige dorpen met er woon nederzetten, alwaar zij dan , tot
nadeel der ingezetenen, van lieverlede verjaren en onderstand mocten
erlangen uit de armenkas.
Onder dit dorp üggen schoone bouwlande.n en bosschen , benevens
wei- en hooilanden , die zuidwaarts tot aan de Linde loopen en , van
Oldeholtpade af, binnen eenen dijk besloten liggen , naardien het bin-
nenloopend zeewater, bij zware stormen, hier anderzins zeer schade-
lijke overstroomingen zou veroorzaken. in dit bezwaar is echter, in het
jaar 1844, voorzien door het bouwen van eene keerwaaijersluis, in
de rivicr , even beneden het zoogenaamde Wijd der Linde. Aan de
zuidkant, längs de Linde, is W olvega grootendeels door uitgegraven
veenderijen begrensd, zoo dat hier goede gelegenheid is tot visschen
en jagen op watervogels en ander wild.
De naamsoorsprong van W olvega is moeijelijk op te sporen en alzoo be-
zwaarlijk met eenige zekerheid te bepalen ; dat de naam zou zijn ont-
leend van het JF olvenland, zoo als sommigen meenen (1), blijft, naar ons
inzien , allijd eene gissing. Het is echter buiten twijfel eene geschied-
kundige waarheid, dat W olvega reeds in het begin der dertiende eeuw
eene aanzienlijke plaats moet zijn geweest, wonende er, te dier tijd ,
het geslacht van den Ridder Hato , welke Hayo zieh, zoo als het ver-
haal luidt, bij de verovering of inneming van Damiate in den jare 1219,
zeer dapper moet gedragen hebben (2). Het dorp droeg in die tijden
•de naam van W olwagua , althans wordt dit alzoo in de Gesta Fresonum
opgegeven. Omtrent de naamsoorsprong, zullen wij nog met een enkel
woord melden, dat tot nu toe, het kwartier Zevenwouden, verreweg
de overige gedeelten van Friesland in boschrijkheid overtreft en men
alzoo hieruit, in verband met*hetgeen ons de geschiedkundige geschrif-
ten over die provincie mededeelen, gercedelijk mag besluiten , dat
in vroegere eeuwen , de bosschen alhier veel belangrijker en digter be-
wassen zijn geweest dan thans het geval is. Zooais men weet, zijn
zoodanige oorden doorgaans de verblijfplaats van wolven en andere
wilde dieren , en nuaannemende , dat zulks werkelijk zou hebben plaats
.gevonden, dan wordt de opgave van den Heer Bdddingu meer waar-
schijnlijk, te meer nog, daar het uit de, in het Grietenij-huis te W olvega,
voorhanden archieven blijkt, dat erzieh, in het begin deracht-
tiende eeuw, nog wolven en wilde varkens in die streken hebben opge-
■houden.
De Herv., die er ruim 1130 in getal zijn, behooren tot de gem. fF ol-
mega-Sonnega-Nijelamer-en-Nijeholtwolde, welke hier hare kerk heeft,
( 1 ) Zie B ü d d i n g h , Verhündeling over het .Westland, pa,g- 47-
(2) Zie Gesta Fresonum, uitgegeven door h e t Provinciaal Friesch-Genootschap-, tev
fpeoefening der Friesche Geschied-, Oudheid- en Taalkunde.
w o L.
staande aan het westeindc der plaats op eenen eenigzins verjievcn groud.
Siet is een tamelijk goed onderhouden gebouw , dat in-1646 gebpuwd
of wel vernieuwd is geworden. Er zijn tot dit bedehuis twee ingangen j
boven die aan de Zuidzijde vindt men eenen blaauwen steen in den
muur gemetseld , waarop de onderstaande regelen te lezen zjjn :
Anno 1646.
Als T itan Jü llidm den vierden daeh ontweide t
Ontfonckte dese kerck door ijver in Gods geest,
Ons Grietman ( 1 ) D irck va n B aer d t de eerste sleen hier leide,
Tot nadenck van zijn hand Maer Christe Eerc meest :
De kerk vertoont overigens geene uiterlijke pracht en bevat van binnen
slechts weinige gedenkteekenen, die den oudheidminnaar belang
können inboezemen. Zij is van een fraai orgel voorzien, waarop aan
de voorzijde het navolgende opschrift gevonden wordt :
1733 is dit orgel gemaakt onder directie van Jonkhr. Doco van H aren
Grietman deser deelen, e n .................................... (2) van Friesland, na
bewilliging der ingezetenen.
In vroegere jaren waren de wanden van dit kerkgebouw met onder-
scheidene wapenborden , alle van de familie v a n H aren behängen,
welke echter thans (1849) tot twee verminderd zijn ; het eene is van
.lonker W illem van H aren en het andere van Jonker Dnco van H a r e n .
Op h e t eerstvermelde zwartgeverwde bord Staat geschreven :
CI30CGXXVIII.
De Hoog welgehoren Heer Jonker W illem van H a r e n , in leven ge~
weest Grietman van Stellingwerf Westeinde en oldt subslituut Grietman
van der B ild t, gestorven den 1:8 September 1728 , in ’t Tb ja a r
zijns ouderdoms.
obijt den 18 Septembr.
Op het tweede wit marmerkleurige wapenbord leest men ;
COIDCCXXXXII.
Den Hoog welgeboren Heer Jonker Dnco van H aren , tn leven oud
en subslituut Grietman over Stellingwerf TFesteinde, Raad ier Admi-
raliteyt in Friesland & C C & C G in den ouderdom van 34 ja ren .
obijt den X X X November.
In deze kerk is aan den noord-oost-kant nog aanwezig de familiegraf-
kelder der van H a r e n s , in welke onderscheidene leden van dat geslacht,
ter rüste zijn neder gelegd , en onder anderen , ook de zoo evengc-
noemde Jonker Doco. Van dezen kelder is thans niets meer te zien ,
hebbende men voor eenige jaren de blaauwe, met wapens voorziene,
grafzerken , waarmede de vloer der kerk bedekt i s , met eenen plan-
ken-bekleeding overtrokken.
De bruinhouten predikstoel, die, wat hare constructie betreft, zeer
eenvoudig is , draagt, volgens overlevering, nog een merkwaardig blijk
uit de tijden van den oorlog der Munsterschen en Keulschen, in ver-
bond met Frankrijk tegen Holland, in de jaren 1 6 7 2 , 1673 en 1674;
inen vindt namelijk in de leuning der trap,_ welke naar den predikstoel
leidt, eene insnijding naar den vorm te oordeelen , veroorzaakt door
f i ) Het woord Grietman is , uaar men zegt, in de onrustige tyden van 1795, vor
dwenen, -toen geene familiewapens .noch opsehriften, voor de nakomelingen yarn
waarde, geduld werden.
(2) Hier zijn eenige woorden afgebeiteld die vermoedelijlr almede in de hier boven- ,
bedoelde revolutionäre tijden zijn weggenomen, en denkelyk zullen zijn geweest KaacF
ter Admiralität.