W OE.
BIS lict uitbarsten vau «Sen Fngelschen porlog, in bet jaar 178 0 , gaf
de Regering van W obrden een b lond er blijk van vaderlandslielllc,
door aan ieder harer iugezetenen , die op de vloot als soldaat of raatroos
dienst zou nemen, eene belooning van lien gulden, boven bet gewone
bandgeld, uit to reiken.
In de jaren 1786 en 1787 trok, omtrent W o e r d b s , bet iniddelpunt
der burger krijgsnoagt, zoowel als de zetel der commissie tcr verde-
diging van Holland en der stad Utrecht, eene groote menigte van alle
oorden , uit de steden en dorpen van Holland, meeslal inet den naant
van Genootschappers bestempeld, te zarnen , die van lijd tot tijd door
anderen werden afgelost, doch in aantal steeds vermeerderden. Riet
alleen oefenden deze zieh vlijlig in den wapenhandel, daar zij de wa-
penen in hunne banden als het volslrekt noodzakelijke middel ter bc-
homing van de gezöchte grondwettige herstelling beschouwden ; maar zij
bielden , bij aanhoudendbeid, zoo gewone als buitengewone , vergade-
ringen , in welke zij hunne gevoelens over het landsbestuur , onbewimpeld
te kennen gaven en middelen voorsloegen , welke zij oordcelden tot ver-
betering daarvan te kunneu strekken.
In den zomer van het jaar 1787, werd te W o erd en het regiment
infanterie van den Generaal P a l la bd y op het exercitieplein of de paradc-
plaals, nabij den hoofdwal, te zamen geroepen , om compagnieswijze,
in handen van de Generaais A l b e r t u s van R y s se l en S d l ja r d d e L e e b -
daal , te W o ebd en hun hoofdkwarlier houdende, den eed van getrouw-
heid aan de Stalen van Holland, onder ontslag uit dien der toenma-
lige generaliteit, af te leggen. Dan, daar nu verre de meeste Offi-
eieren , Onder- oilicieren en Soldaten, zieh aan de bevelen van den Stad-
houder, Prins WilLesi V, als Kapitein Generaal der toen nog Yereenigde
Niederlanden, verkozen te houden , en den hun voorgeslagen eed aan
de Staten van Holland weigerden, veroorzaakte dit niet Weinig bewe-
ging, te meer, daar een groot gedeelte dier troepen dien dag zieh vrij
oproerig hadden gedragen, zoodat inen alle reden had van vrees voor
opstand. Ter voorkomiDg nu van daaruit te wachten onheilen, vond
inen geraden , de gewapende burgerij der stad , en eenige burgers of
auxiliairen van andere plaatsen, welke zieh daar binnen bevonden,
onder de wapenen te brengen , en de noodige rondes , ter bewaring van
rust en goede orde, te doen; terwijl men zieh vooraf, met zeer veel
heleid, door tnsschenkomst van de meest vertrouwde Officieren en
Onderofficicren , van de scherpe patronen , waarvan de mihtairen waren
voorzien, had meester gemaakt. Nadat alzoo aan de troepen, die
alle naar gewoonte in orde geschaard stonden , den gevorderdeu eed
bekend gemaakt, en het afleggen daarvan door het grootsle gedeelte
geweigerd was, werden de onwilligen , bjj het ter nederleggen hunncr
wapenen, gelast, uit de gelederen te treden en voor als nog m de
stad te verblijven; wordende hun inmiddels gelegcnheid gegeven, om ,
na zieh eenigen tijd te hebben bedacht en tot inkeer te zijn gekomen ,
den gevorderden eed als nog afzonderlijk te doen en in dienst te bhj-
ven : een maatregel, welke ten gevolge had, dat , ondanks de po-
cingen der oranjegezinde Officieren, eenige der onwilligen den eed
aflepden en in dienst der Staten van Holland overgingen, waardoor
het gevreesd oproer verhinderd werd. Onder de weinige in dienst ge-
bleven Officieren, telde men de Overste N ah uys en den Kapiteln G a k -
k e r : terwijl de overigen zieh naar het destijds bestaande karup of
leger te Zcvst begaven, en in dienst vau den toetiuialigen Sladhouder
«vergingen.
Met den aan vang van Augustus van dat jaar, werden omstrccks Wocawi«
tonten opgeslagcn , tot een veldleger van gewapende burgers, zoo Ae voct
als te paard , ten getale van eenige honderd man , voorzien van alles wat
tot eenen veldtogt vcreischt w o r d t , waarover de Heer A . C. Mappa ,
een Delvenaar, Kommandant van het Vaderlandsch Genootschap te
dier stede, het opperbevel kreeg, door de zijnen gehouden voor cen
man van moed en in krijgskunde zeer bedreven. » D.t legertje zou
om de woorden te gebruiken van W ybo F ym jb (1), » voomamelijk
» dienen, om de oproermakers in het oog te houden, en te trekken
» daar het noodig was , om dezelve te beteugelen en oogenblikkelijk
. te straffen ; voorts kon dit kampement dienen om de burgerkorpsen
» in den wapenhandel , in de voor vrije ingezetenen zoo hoogstnoodigo
» kriipskunde te oefenen , en om den algemeenen vijand afbreuk te
, doe„; dewijl het zoodanig was ingerigt, dat het oogenblikkeluk trek-
» ken kon , waar de nqod het vorderde.”
Bii het inrukken van de Pruissen in Holland, op het laatst van dit
iaar 1787 , werd ook W o e r d b s door hen bezet, doch het daar lig-
lende regiment infanterie van M a u r v it s , hield gedurende zijn verblyf
in die stad eene zoo voorbeeldige krijgstucht, dat de inwoners over
niets dan over den last der inkwartiering te klagen hadden.
Bii den inval der Franschen in ons Vaderland, op het einde van het
iaar 179 4 , waarbij ook de stad W o e r d e n , als voormnur der provincie
Holland in eenen geduchten Staat van tegenweer gesteld en met een
aantal troepen bezet werd, werd de Remonstrantsche kerk tot inlcgering
i n p e r u im d , inzonderheid voor die, welke tot het korps van den Duit-
sehen Prins v a n H oh en eo behoorden , doch deze gingen met de voor
hen wegens de strenge koude van dat jaargetijde, bestemde brandstoffen
zoo onvoorzigtig te werk , dat dit kerkgebouw daardoor in brand
geraakte- door welk onheil, en vermits de brandspuiten uithoolde
van den feilen vorst niet konden werken , niet alleen dit gebouw zelve ,
maar ook de Roomsche kerk en verdere daarbij gelegene woningen,
proot pevaar liepen , om door de vlammen te worden verteerd. Gelukkig
echter werd deze brand , tot welks blussching men zieh alleen door
het aanbrengen van water met emmers bedienen kon , nog tydig ge-
stuit. Weinig tijds daarna kwam ook het terugwijkend gedeelte van
het Hollandsche hoofdkwartier , onder bevel van den jongen en dap-
peren Prins F r e d e r ik van Oranje , op het alleronverwachtst, binnen
W o e rd en ; doch vertrok, na eenen nacht aldaar te hebben vertoefd ,
naar den kant van Leyden , terwijl het te W o b rd en zijnde garnizoen ,
na eenige versterking te hebben bekomen , onder bevel van zekeren Kolonei
H a r e l l achterbleef.
W oerdbn , in het volgcnde jaar door de Franschen opgeeischt zijnde,
werd vervolgens door hen, zonder den rninsten tegenstand , bezet, waar-
bü het Hollandsche garnizoen, op het glacis der vesting, de wapens
moest nederleggen en buiten dienst werd gesteld.
Den 29 April 1798 stond de stad op den rand van hären onder-
gang, door eenen verschrikkelijken brand, in eene op den binnenwal
staandeartillerieloods, in wier nabijheid een kruidmagazijn stond, waarin
180,000 pond buskruid bewaard werd. Het lood uit de vensters van
dit fhagazijn was door de hitte reeds aan het smelten en reeds was de
plantsiergoot, benevens de daar rondom staande palissaden aan het
branden, toen eenige brave en moedige kanonniers, ondersteund doov