V. wordt te overtreffen. By ieder Plaat is door
Afdssu. eeQ jjefchryviag gevoegd, uit eigen On-
Hoofd- dervinding en Waarneeming opgemaakt, die
stuk. taamelyk voldoet. Inzonderheid wordt het
Werk van deczen Plaatfnyder van te meer belang
, dewyl hy langs hoe meer zyn Werk
maakt, om zodanige Kapellen uit te geeven,
die van niemand, en zelfs van R o e s e l , nog
niet afgebeeld o f befchreeven waren. Tot nog
toe heeft hy zig bepaald aan Infekten van ods
Nederland.
infekten Voor twintig Jaaren reeds kwam die uitvoe-
vanSweeden. rïge y erzameijBg aan >c Licht van de Sweedfche
Dieren , welke de Heer L i n n ^e u s , onder
den naars van Fauna Suêcica, uitgegeven heeft,
’c Is opmerkelyk, dat, hoe zeer ook de.Rangfchik-
king der Viervoetige Dieren, en die der Vis-
fchen, federt door Hem veranderd z y , die der
Infekten in zyne Tiende Uitgaaf van het Sa-
menftcl der Natuur, door my tot nog toe gevolgd
, even de zelfde is gebleeven. Onze
Ridder leidt de Verdeeling der Rangen-af van
de Vleugelen, en hy geeft alleen agt op de
Infekten in hunne Staat van Volmaaktheid,
.waarin zy voomeelen; gelyk wy ftraks zien
zullen. Deeze Manier van Verdeeling is na
onlangs gevolgd door verfcheide bekwaame
Autheuren en Liefhebbers der Infekten-Kunde.
Egypte, Dus Secft de Sweedfche Doktor Ha s s e l -
CIU* Qüi s T , die in de Jaaren 1750 en 1751 inSy.
rie, Egypte en Paleffina, is geweeft, eea L yli
der
d e r I n s e k t e n . ic i
Infekten, door hem aldaar gevonden, volgens V.
de gemelde. Orde , onder de andere Onder- F^|El“
werpen der Natuurlyke Hifforie. Te Zürich Hoofd-
kwam, in ’t jaar 1761, een Werk uit van srüK'
Doktor Sul z e r , met een Voorrede van den
Heer Johan ne s G e s n e r , die aldaar ook
Doktor in de Geneeskunde en opentlyk Leer-
aar der Natuurkunde en Wiskonft is. In dat
Werk heeft men de Kentekenen der Infekten,
volgens het Samenftel van onzen Autheur, door
vier-en-twintig Plaaten getragt op te helderen,
en ’er derzelver befchryving ordentlyk byge-
voegd.
Voorts zag men, in ’t iaar 1760, te Wee- Infekten
nen aan ’t Licht geeven de Befcbryving derln-iie.
fekten van Karniolie ( * ) , een Landlchap van
Ooftenryk, dat aan ’t end van den Golf van Ve-
netie legt, grenzende Ooffwaards aan Kroatië
en Slavonie. De Heer S co p o l l , Doktor in
de Geneeskunde en Keizerlyke Land-Arts te
Idria, een Stad by welke de Kwikzilver-Myoen
zyn in dat gedeelte van Frioul, ’t welk onder
het Ooftenrykfch Gebied behoort ; heeft de
Methode van L i nnaïus gevolgd, ténopzig-
te van de Rangfchikking en Geflagten, doch
de Kenmerken fomtyds hervormd en vader
Paaien gefield, om het eene van het anderere
onderfcheiden. OnUertuffchen mag men met
re-
Joann. Ant. SCOfOU; Entomolcgia C«misliet,
Vindob. 17*3.
J. Dï EL. IX. STUK. G 3
■ M