V. In een byzondere Verhandeling daar over
A fdeel, wordt het genoemd Coccinella die zwart en glad
H oofd- * mec de Dekfchilden korter dan het L y f en
stuk . twee roode Vlakken. S co p o l i vondt’er in
de Koeijendrek een, dat de Schilden aan 't end
ros hadt, met agt fyne ftreepjes ; het L y f
ovaal glimmende , wat kleiner dan de eerfte
Soort. Dit fchynt tot deeze derde Soort te
behooren. G e o f f r o y heeft omftreeks Parys
’er een gevonden, met eene bruinroode Vlak op
ieder Dekfchild, ’t welk hy noemt l ’Efcarbot
a taches rouges o f de roódvlakkige. Het ont»
hieldt zig by de zwarte.
iv. (4 ) Meftkevertje dat zwart is , met de Dek-
LMufrTmacti’ fchilden tweevlakkig.
Viervlakkig.
Tor die Ovaal zwart en glad is, met twee
roode Vlakken op ieder Dekfchild , was dit
Meftkevertje elders getyteld. Het is grooter
dan de anderen zegt L i n NjEü s , en heeft op
’t voorfte van het Dekfchild een ongelyke ,
doch op het agterfte een HalfmaaDswyze roode
. Vlak. By Koppenhagen zou de Heer M u l l
e r deeze Soort, in de Aarde, gevonden hebben.
Koperkleurig De meergemelde Franfche Autheur heeft,
await‘ omftreeks Parys, niet dit Viervlakkig Meftkevert
»
{+) Hifter ater, Elytris bimaculatis. Syjl. Nat. X. Scara-
fcacusovatus niger glaber, maculis duabus rubris in fingulo K-
lytró. G A D D. Satag. ys,
vertje, maar een ander ontdekt, ’t welk hy
l’Efcarbot bronzé noemt, wegens de glanzige
Koperkleur, die hetzelve op de zwarte heeft.
De Kop daar van was onder het Borftftuk niet
20 zeer verborgen, dat ook geen zo fterke uit.
randing hadt, als de anderen. In de Mannetjes
vondt hy het Agterlyf, dat veel buiten de
Schilden uitfteekt, fpitfer dan in de Wyfjes.
De langte was een zesde, de breedte een
twaalfde Duims. Van deeze Soort hadt hy
ook eene Verfcheidenheid, die geheel zwart
was. Men ontmoetze, zegt h y , op dergely-
ke plaatzen.
V I L H O O F D S T U K .
Befchryving mn ’t Geflagt der D o o o g r a a -
v e r s , dus wegens een byzondere Eigenfcbap,
doch anders wegens de plaats, waar zy zig ont*
houden, gemeenlyk Kreng-Torren of Vuilnis-
Torren getyteld.
TTTY zyn dikwils genoodzaakt, den Geflagt-
naam af te leiden van één of meer voor-
naame Soorten, fchoon die eene Hoedanigheid
behelzen mogt, welke op allen niet toepafle-
lyk was. De Liefhebbers zien niet ongaarne?,
dat dus anderen als tot die Hoofdfoort betrokken
worden; ja liever dan dat men ’er een geheel
onbekenden en ongebruikelyken Geflagt-
Z. Deel. IX. Stuk, naam
V .
A fdeel
V I .
Hoofdstuk.
Naam.