V.
A fdeel.
XV.
H o o fd stuk.
xxii.
ze laatfte betrokken beeft een Infekt, het welke,
,in de befchry ving der Sweedfche Dieren, door
denzelven genoemd was Necydalis of Baftaard-
Bokje met de Dekfchilden geeZ getópt. Hy meent,
dat onze Authcur een van beiden niet gezien
zou hebben: doch dezelve tekent thans de
Woonplaats aan in de Zonnebloemen, die
Aardpeeren aan de Wortels draagen. Ook be-
gryp ik niet, dat ’er een groot verfchil in z y ,
ten opzigt van de Kenmerken van ons Samen-
ftel: want G e o f f r o y getuigt z e lf, dat hy
hetzelve tot de Cicindeles gebragt zou hebben ,
daar het veel naar geleek; ware het niet ge-
weeft: wegens het getal der Leedjes van de
Pooten, en dat de Vleugels wat buiten de
Dekfchilden’ uulïeeken: weshalve hy' ’er een
byzonderGeflagt van gemaakt heeft onder den
naam van IMtc'jdalis, waar van zyn Ed. twee
Verfcheiden heden, om ft reeks Parys, op de Eiken
'Ttftacea.
Bruinroode.
zwervende, doch van elks maar één, gevonden
hadt. Die beiden waren geel getipt, doch
het eene hadt het Bcrftftuk geel, het andere
zwart
(22) Sc. Jans Vlieg die het BorJIJluk gerand,
en geel met een zwarte Vlak, bet Lyfr
de Dekfchilden en Pooten, Loodkleurig heeft.
Deeze
(* ) H iji. des Inf. env. P a r is . Tom. I. p. 372.
(22) Cantharis Thorace marginato Havo macula nigra,
Corpoie nigro, Elytris Pedibusque lividis. Syft. N a t. X. Can-
tharis nigra, Elytris lividis, Faun, Suee. 593. ,
Deeze gelykt veel, zegt men,naar de Loodkleurige,
doch is viermaal kleinder en een der
kleinften van dit Geflagt. De overeenkomft
van die kleuren is my duifter.
(23) St. Jans Vlieg die zwart is, met het BorJIJluk
aan de zyden, en de rand der Dekfcbil-
den, bleekgeel, de] Sprieten Kamswyzc.
Deeze is,^zo wel als de volgende Soort,
door dén Heer R o l a n d e r i n Amerika waargenomen.
De Sprieten zyn zwart, en als een
Kam, Zaagswyze, getand: de Dekfchilden
zwart en geftreept met uitgeholde Stippen.
£24) St. Jans Vlieg die gedagtig is, hebben-
de de Dekfchilden geftreept met drie zwar:
te banden en de Sprieten Zaagswyze.
Dit is dan ook een Weftindifche. De Sprieten
zyn platagtig en zwart; zo lang als t Lyf.
(25) St. Jans Vlieg die het Borftjluk gerand
heeft, aan de zyden rood',de Dekfchilden
zwart met een witten band, de Sprieten
gekamd. ^
Deeze
(23) Cantharis atra ,Clyp ei lateribus bafique exteriore Ely-
trorum luteis, Antennis pe&inatis. Syft. N a t . X.
(24) Cantharis flavefcens, Elytris ftriatil, fafcdsque tribus
nigris, Antennis ferratis. Syft. Nat. X.
(25) Cantharis Thorace marginato lateribus rubro, Elytris
nigris fafcia alba, Antennis peftitiatis.M(L . ¥• Syft, N a t .X .
I. DEEL. IX, STOK, Q q 4
V.
A f d e e l .
XV.
H o o fd s
t u k .
XXIII. P eS in d ia .
Gekamde.
XXIV.
Serrata.
Zaïgsprie- txge.
xxr.
Trupita.
Indiaanfche.