V.
Afdeel,
X I I I .
Hoofd»
stuk,
PI. LXXV.
-f'f. 7, i .
XXXVIT.
Cylindricas.
Cylindfi-
fehe.
5$4 B e s c h r t v im o van de
D e P o p e lle r-B o k ken z yn in Holland niet
ongemeen, en wegens de verwarring die in \
voorgaande fchynt plaats te hebben, als ook
om dat z y nergens wel fchynen afgebeeld te
z y n , vertoon ik dit In fe k t , van beide Sexen.
H e t Mannetje CFig. 7 .) is doorgaans v r y veel
k le in e r dan het W y f je (M g i 8 .) H e t eerfte
heeft de Sprieten ten minfte zo lang als ’t L y f ;
het andere heeft dezelven veel korter. In
beiden z yn z y witagtig met zwarte Knopjes-
aan ’t end van ieder Le ed je . D e K le u r van
het geheele In fek t is g e e l, doch de menigvuldige
verheven zwarte P ukkeltjes o f Stippen
op de D e k fc h ild e n , doen dezelven z ig S agryn-
agtig graauw vertoonen. H e t Borftftuk i s , g e -
ly k het L y f van onderen, met W o llig h e id bezet.
D e Pooten z yn allen nagenpeg even
lang en de Vo eten Lo o d k le u rig . E e n kleine
Soorc van in la n d fch e P o p e lie r -B o k je s , die n ie t.
meer dan h a lf zo lang z yn als d e e z e , komt
nagenoeg met de Kenmerken van onzen A u -,
theur overeen*
£ 3 7 ) B o k -T o r , die bet B o r jijiu k ongedoornd
en Rolrond b e e f t , met eene w ita g tig e
, rT S tr e ep , de Dekfcbilden D a k sw y s ’ ve r b
e v e n , ; ^ voorjle Pooten bleek.
D it
(17) Cerambyx Thorace mutico cylindrko linea albida,
Elycris faftigiatis nigris, fedibmanticis pallidis. Syft.Nat.X.
tO I S . Inf. II, Staraij x. T. a.
D i t vindt men thans op de L y f t der Sweed.
fche D ie re n , als zig onthoudende in het H o ut
der Hazelnooteboomen' (* ). D e Sprieten omtrent
van langte als het L y f , dat zwart is ge-
f lip p e ld , met de Pooten eenigermaate R o eft-
kleurig.
R o e s e l befchryft een k le in e zwarte fmal-
ly v ig e H o u tk e v e r, voortkomende van een Oranje
k le u rig W o rm p je , dat z ig onthoudt in de
verdorde T a k je s der Hazelnooteboomen ; doch
de A fb e e ld in g , welke h y daar van g e e f t , en
die hier aangehaald w o rdt, gelyk t veeleer naar
onze blaauwe B o k je s , die het B o rftftu k , Booten
en het L y f , O ran je hebben, de K o p zw a rt,
de D ek fchilden Lo o d k le u rig b la a uw : maar het
Borftftuk is in dezelven met twee zwarte S t ip je
s , g e ly k in de volgende Soort.
( 3 8 ) B o k -T o r , die bet B o r jijiu k ongedoornd
en geel h e e f t , met tw e e zw a r te S tip p en ,
de D ek fcbild en D a k sw y s ’ v e rb e v en , egaal
va n breedte en zw a r t .
E e n Roeftkleurige roflb B o k ,- die de D e k fchilden
zwartagtig Afchgraauw heeft met uitgeholde
zwarte S t ip p e n , wordt hier toe be»
, tro k -
(*) Tdun. Sun. Ed. -XL p. 191. N. ««X.
(3*) Cerambyx Thorace mutico cylindrico luteo, punfti*
duobus nigris, Elytris faftigiatis linearibus nigris. SyJ}. Nat. X.
Cerambyx fenugiueo-rufus, Elytris nigro-einereis pun&is n -
cavatis nigris. UDDM. D{Q\ Ji.
N n 3
V .
A fdeel.
X l i l .
Hoofd.
STUK.
BJaauvr
Bokje,
XXXVIIX.
Oculatas.
Geoogd*.
1. Deel. IX. s tu k .