V. Het Borftftuk, dat ook groen is , heeft van
A f d e e l . vooren en van agteren een gebronften rand,
iSoFD- die zeer fraay affteekt, wanneer men'clnfekt,
s t u k . j n de Zonnefchyn, met een Vergrootglas be*
fchduwt. Alsdan ziet men ook de keurlyke
Stippeüng van het groen der Dekfchilden. Van
onderen heeft het L y f een blaauwen weer-
fchyn. Het is zeer vlug om andere Infekten
te vatten tot zyn Aas*
De Maskers De Maskers o f Wormen van de Zandloo-
of Woimen. pers zyn tot nog toe aan weinig Liefhebbers
bekend geweeft. In deeze Soort heeft de Heer
G e o f f r o y , zo hy verhaalt, het geluk gehad
van dezelven te ontdekken. Om ze te
vinden, zegt h y , moet men de ronde Gaatjes ,
die dikwilt in 4 o-Cron<l -vooïkoniPIl^ tn33r Op*
wroeten, fteekende eerft daar een Stokje o f
Rietje in , óm het kanaal niet te verliezen.'
Op den bodem komende, zal men dikwils het
Masker vinden, dat, ’er uitgehaald, zig in bog-
.ten plooit. Het is een lange, witte, weeke,
roDdeWorm, met zes harde Pooten, die, ge-
lyk de Kop, bruin zyn. Aan den Bek, waar
agter de Kop een rond Schulpagtig Plaatje heeft,
zyn twee fterke Nypers, waar mede deeze
Worm de andere Diertjes, die over de openiDg
loopen, tragt te vatten. Hy onthoudt z ig , ten
dien einde, digt aan de Oppervlakte der Aarde;
doch kruipt, zo dra hy geftoord wordt, naar
beneden, doende dikwils ook de gedagte Infekten
in zyn Hol tuimelen. Uit de openingen
gen ven dnrgelyke Gaatje, in de harde Paden
van Zandige Gronden, ziet men dikwils ook XVn.
de Infekten zelf voortkomen, die, wegens H oo fd -
hun gezwind loopen en vliegen, niet getnak-
kelyk te vangen zyn.
(2) Zandlooper die paarfchagtig is, met een
cwit Bandje en twee witte Maantjes op raaifchc.
de Dekfchilden.
Deeze wordt inzonderheid onderfcheidec
door de Kleur, welke bruin is met een paar-
fchen weerfchyn. Hy is ook grooter dan de
voorgaande in de mynen , ’t welk Doktor Sco-
r o L i getuigt, in zyn Land, altoos plaats te
hebben, De Oogen zyn niet geelagtig, gelyk
iu de groene, maar glanzig zwart. r>e tekening
op de Dekfchilden is omtrent zodanig als
onzefAutheur aanwyft.
(3) Zandlooper die groen is, hebbende twee Gt^ lieam
witte Stippen en een Streepje aan 't end»uitfehe.
der Dekfchilden.
De Heer F o r s k a ö l heeft deezen in
Duitfchland gevonden. Hy gelykt zeer naar
deeerfte Soort, maar is driemaal zo klein en
ge-
(2) Cicindela fubputpuiascens , Elytris fascia lunuhsque
daabus albis. Syft. Nat.X.
(3) Cicindela viridis , Elytris punftis duobus albis com U.
neoU apicum. Syfl. Nat. X.
J. DEEL. IX . StUK.