I t o
H i
KÜ
V, Dekfchilden kort, en de Pooten ruiger dan da
A fdeel. overjgen; doch qq^ geen Schildje agter het
Hoofd- Borftftuk, zegt L iN N iE U s . S e p p heeft her
stuk. Mannetje en Wyf j e , zo het fchynt van deeze
• Soort, zynde het Borftftuk van boven vlak
o f plat en met Brons befprengd; de Kleqr,
voor ’t overige, glanzig groen.
XVII.
Nuchicornis.
Kek-hoorxiige.
(17) Tor die bet Borftftuk weerloos en bet
Agterboofd met een regt overend Jlaandc
Doorn gewapend beeft.
Dit Torretje, van R o e s e l afgebeeld, was
door hem gevonden onder de, op ’t Land leggende
, Koeijen- en Paarde-Meft, Het was omtrent
van grootte als een Tarwe Graankorrel,
hebbende de Vleugehchilden Okerbruin met
zwart gefprenkeld en het Borftftuk zwart. In
Sweeden vondt men het met den Kop en *t
Borftftuk donkerzwart, de Dekfchilden Afch-
graauw met zwart gewolkt, in ’c vroege Voorjaar,
onder de Meft. In Deenemarken werdt
zulk een Nekboornige Tor onder de Puin ( * )
waargenomen. De Autheur der befchryying
van de Infekten , omftreeks Parys vallende,
brengt hem t’huis onder de Meft-Torren, die
geen
(17) Scarabzus Thorace inermi, Occipite Spina erefta ar-
mato. Faun. Suec. 5 ft- It. Gotl. Scarabsus Capite Thorace-
que atio opaco, Elytris cinereis nigro-nebulofis. R o e s . Inf.
11. T. A. f. 4.
(*) Sub Maceric, Faun, Fridrichsdatina. Kaft],
T7«+. p. 1.
geen Schildje hebben agter het Borftftuk, en V.
noemt hem de kleine geboomde zwarte Meft- Afdeel
Tor (*). Hoofd*
De langte is aldaar afgemeten omtrent een sTü**
vierde van een Duim te zyn, de breedte een
weinig minder. Hy verbeeldt z ig , dat een ander
ongehoornd Torretje, ’t welk daar nevens
in de Koeijen-Drek gevonden wordt, het W yfje
zy. Beiden zyn zy Zwartbruin, hebbende het
Kppfchild hoekig, van agteren gehoornd, de
Vleugeldekfelen kort engeftreept, Yzergraauw
gewolkt. Het ongehoornde Torretje, van by-
na de zelfde grootte , dat R oe s e l by het
voorgemelde vondt, was rood van Dekfchilden
en hadt het Borftftuk glimmend blaauw(f).
(18) Tor die bet Borftftuk weerloos, glad en xvin.
drievoudig geknobbeld beeft, de Schilden Suif rra-
met gekartelde Streepen. omfcraard-
0 lche.
Zwarte To r, die het halfmaaDswyze Kop-
fchild met drie Knobbeltjes uitgemonfterd heeft,
wordt dit Europifche Infekt elders geheten.
Mogelyk zal het zynen Bynaam daarvan hebben
, dat het onder den Grond zig onthoudt,
( 19)
( ï i ) Scarabaeus Thorace inermi glabro, triplici tuberculo,
Elytris ftriis crenatis. Syft. Nat. X. Scarabaeus niger, Capitis
clypeo lunato, tribus tiiberculis notato. Gadd. Satag.76.
(*) Le petit Boufier noir cornu. Hiß. ai regé des Inßcl.
aux envimns dé Paris. 17S2. Tom. I. pag, 89,
( f ) Tab. A. % 3.
I, deel. IX. Stuk. M 5