138 K e h m e r k e n
Vi. '— — ------- -------- - - v .. :
rS L* 4. Ore antico, Corpore Brachiato.
Hoofd.
STUK.
292. T riton, Brachia bipartita ; quibusdam Che-,
liferis.
296. Sepia. Brachia oclo Jive decern ; injirucla Co*
pylis.
295. Clio. Brachia duo y dilatatay
293. L ernæa, Brachia duo Jive tria, teretia.
294. Scyllæa. Brachia. Jexs remotis paribus.
5. Ore antico, Corpore Pedato.
285. Aphrodita. Os inerme. Corpus ovale,
286. Nereis. Os Unguiculatum, Corpus elonga*
tu rn .
6. Oreinfero, Centrali.
297* Medusa. Corpus gelatinojum, lave.
298. Asteria. Corpus Coriaceum muricatum.
299. Echinus, Corpus Crujlaceum aculeatum.
D E R G E S L A G T E N. ISP
4. Den Bek van vooren; het LyJ met Armen.
292. St e en - Sl a k . De Armen in tweeën verdeeld,
fommigen met Schaaren.
296. Z e e -K at. Agt o f tien Armen, met N apjes
voorzien.
295. Vl e r k -W orm. Twee uitgebreide Armen.
293. Kieuw-Worm. Tw ee o f drie Armen,
die rond zyn,
294. K roos-Slak. Zes Armen, by afgezonderde
Paar en.
5. Den Bek van vooren; het LyJ als met
Pooten.
285. Z ee- R ups. Den Bek ongewapend ; het
Lighaam ovaal.
286. Z e e -D uizendeeen. Den Bek genageld;
het L y f langwerpig.
6. Den Bek van onderen, m,’ f middelpunt.
297. Z ee-Kwal. Het L y f glad en Slymerig.
298. Z e e - S t a r . Het L y f Lederagtig en gedoomd.
299. Z e e -E gel. Het L y f Korftig en met Pennen
gewapend.
VI.
Afdeel^
IX. '
HOOFDSTUK.